N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Provinciale Statenverkiezingen Woensdag worden alle nieuwe Statenleden geïnstalleerd. BBB’ers die in de provincie komen, zijn grondig klaargestoomd. „De angst is dat de partij niet goed op poten wordt gezet.”
Professionele trainers, pitches voor het landelijk bestuur, onderlinge app-groepjes, heel veel werkbezoeken. De BBB’ers die in de provincie komen, zijn grondig klaargestoomd, blijkt uit gesprekken met de lijsttrekkers. „Er rust nogal een verantwoordelijkheid op onze schouders.”
De kennismaking met BBB
Kees Hanse uit Zierikzee zat op een strobaal achter het podium te wachten tot hij namens de akkerbouwers mocht speechen bij de boerenprotesten op het Malieveld in Den Haag. Het was 1 oktober 2019. Naast hem zat een vrouw die ook moest speechen. Ze zei dat ze een politieke partij wilde oprichten. Nee hè, dacht Hanse, „daar heb je weer zo’n gelukszoeker”.
Die vrouw was Caroline van der Plas. Ze vroeg of Hanse op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamerlijst wilde. Nee dus. Een paar weken later kwamen ze elkaar weer tegen en kreeg Hanse opnieuw de vraag. Nu zei hij ja. „Ik had erover nagedacht en dacht: als je wil dat het anders wordt, moet je er zelf ook wat voor doen.” Hij haalde de Kamer niet, maar bleef betrokken bij BBB en werd lijsttrekker in Zeeland.
Zoals Hanse dachten er meer. Neem de lijsttrekker in Flevoland, Anja Keuter. Haar man en zoons zijn samen eigenaar van twee kotters en een visgroothandel. De visserij is kapotgemaakt, vindt ze. Ze vreest dat de boeren hetzelfde lot ondergaan. „Die kant moeten we als Nederland niet op. Ik dacht: nu is het moment om in actie te komen.”
Carla Evers, lijsttrekker in Overijssel, is pluimveehouder en akkerbouwer. Ze woont in een gebied waar veel landbouwgrond natuur moet worden; zes boeren zijn verplaatst, een zevende volgt nog. Het proces loopt al jaren en boeren zijn nooit serieus genomen, vindt ze. „Het is heel heftig als er over je heen wordt gewalst. Ik heb zoveel verdriet aan keukentafels gezien. Ik dacht: ik moet de politiek in. Nu ga ik zélf mijn uiterste best doen.”
Wie de provinciale kandidatenlijsten bekijkt, ziet veel mensen uit de landbouwsector: akkerbouwers, veehouders, jagers, dierenartsen. Een tweede grote groep zijn oud-politici van andere, veelal lokale partijen. Aangevuld met onder meer docenten, adviseurs, managers, mensen uit de communicatiewereld.
Sommigen kenden partijleider Caroline van der Plas al langer, anderen kwamen toevallig in contact met een BBB’er. John Frenken, lijsttrekker in Noord-Brabant, was wethouder voor de lokale partij Dorpsvisie in Son en Breugel en kwam tijdens overleggen „iemand van het eerste uur van BBB” tegen. „Die zei: kom eens een keer praten.” Het gesprek vond plaats in een boerenschuur aan een keukentafel, met een kop koffie. „En ja weet je, het voelde goed.”
Dierenarts Anton Verleun, lijsttrekker uit Utrecht, maakt zich druk over het stikstofbeleid dat van bovenaf wordt doorgedrukt en sprak erover met een clubgenoot bij zijn rugbyclub. Die clubgenoot was toevallig de partner van de landelijk secretaris van BBB.
Annetje Schoolmeesters, oud-presentator van de Limburgse tv-zender L1TV en nu eigenaar van communicatiebedrijf FarmPR, zegt „nooit eerder” een partij te hebben gehad „die bij mij de juiste snaar raakte. Tot ze Van der Plas bezig zag. „Toen heb ik heel simpel op de website van de partij een formulier ingevuld.” Ze werd meteen gebeld door Frank Timmermans, ook een Limburger, die eerder op de BBB-kandidatenlijst voor de Tweede Kamerverkiezingen stond en nu rayonhoofd in Limburg is. Hij zei: „Joh, leuk, kom gezellig op de eerstvolgende vergadering. En daar zaten we dan, met zes, zeven mensen op een boerenerf. Ik voelde meteen: die willen hetzelfde als ik.”
De provinciale afdeling
Na de aanmeldingen voor de lijst, anderhalf jaar geleden, zijn in elke provincie sollicitatieprocedures opgesteld. Kandidaten hielden een pitch voor het landelijk bestuur. Gouke Moes, lijsttrekker in Groningen: „Iedereen kreeg twee minuten. Wie ben je, waarom moet je op de lijst en wat breng je mee? Het bestuur moest een goed gevoel bij de kandidaten hebben.”
Over het samenstellen van de kandidatenlijsten onderhield het partijbestuur een direct lijntje met de provincies via ‘rayonhoofden’, mensen die vanaf het begin betrokken zijn geweest bij de partij. Toch vinden de provinciale afdelingen niet dat ze aan de leiband van ‘landelijk’ lopen, ze kregen juist veel ruimte.
Het verliep „heel democratisch”, zegt Moes. „Iedereen heeft een eigen voorkeurslijstje gemaakt en dat heb ik gewoon in Excel gestopt. Daar draaide de lijstvolgorde uit.” Die lijst is voorgelegd aan het partijbestuur, dat de kandidaten heeft gescreend, en daarna aan de leden.
De geselecteerde kandidaten volgden trainingen die varieerden van ‘speechen als Obama’ tot communicatiecursussen en ‘politieke documenten leren lezen’. Van de cursisten werd verwacht dat zij de helft van de trainingskosten op zich namen. Henk Vermeer, rechterhand van Caroline van der Plas, regelde „professionele trainers van buiten de partij”: één voor elke provincie.
„De grootste angst van BBB is dat de partij niet goed op poten wordt gezet”, legt Kees Hanse uit, „dat de partij met ruzie uit elkaar valt. We zijn allemaal mensen met weinig ervaring.” De afgelopen weken volgde hij nog een cursus formeren.
De BBB’ers onderhouden contact via appgroepen. Er is er ook één waar de provinciale lijsttrekkers vragen en adviezen delen. „Er rust nogal een verantwoordelijkheid op onze schouders”, zegt Annetje Schoolmeesters. „De opdracht is: houd het hoofd koel, en de voeten warm.”
De regionale BBB-lijsttrekkers beschrijven hun partij als een „platte organisatie” en een „familie”, waarbij iedereen met elkaar contact onderhoudt en steun bij elkaar vindt. Schoolmeesters schetst hoe BBB in Limburg brunches en andere bijeenkomsten organiseert in boerenschuren, om elkaar nog beter te leren kennen en om ervaringen uit te wisselen: „Dan wordt het stro aan de kant gezet en worden lange tafels uitgeklapt. En het is altijd: die levert de kaas, die levert de melk en het brood. Eén appje is voldoende om de hele tafel vol te hebben.”
Om de regionale afdelingen van BBB richting te geven, heeft het partijbestuur in Deventer vier ‘kernwaarden’ geformuleerd: naoberschap (‘er voor elkaar zijn en respectvol met anderen omgaan’), wat gij niet wil dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet, wees authentiek en blijf bij jezelf, én wees professioneel (‘het algemeen belang gaat boven het persoonlijk belang’).
De verkiezingsprogramma’s
De verkiezingsprogramma’s van de afdelingen zijn gebaseerd op het programma van BBB voor de Tweede Kamerverkiezingen van 2021. Daarin stonden acht ‘pijlers’: gezonde bodem, gezonde planten, gezonde dieren, gezonde boeren, gezonde burgers, gezonde economie, gezond onderwijs en gezonde maatschappij. De ene provinciale lijsttrekker noemt het een ‘blauwdruk’, de ander ‘leidraad’, ‘kapstok’, ‘kader’, ‘format’ of ‘hoofdstukindeling’.
Dit basisprogramma werd vervolgens door elke provincie verder „ingekleurd”, zegt Annetje Schoolmeesters. „Want Rik Loeters in Gelderland heeft andere uitdagingen dan John Frenken in Noord-Brabant en ik hier in Limburg.” Een onderwerp dat bijvoorbeeld in Gelderland speelt en niet in Limburg is de aanleg van de noordtak van de Betuwelijn. De provinciale afdeling van BBB is daar fel tegen. „Die spoorlijn is bedoeld voor goederenvervoer vanuit Rotterdam naar Duitsland”, zegt de Gelderse lijsttrekker Loeters. „De inwoners van de Achterhoek krijgen er alleen maar overlast van.”
De landelijke pijlers werden door de provinciale afdelingen uitgewerkt in subgroepjes. „Het was echt teambuilding”, zegt lijsttrekker Ingrid de Sain in Noord-Holland. „We hebben elkaars standpunten leren kennen. Soms zag je verschillen tussen mensen van het platteland en mensen uit de stad. Dan zeiden de stedelingen: wij hebben ons nooit zorgen gemaakt om voedsel. Dat jullie daar zo mee worstelen, hadden we ons nooit zo gerealiseerd.”
Zo ging het ook in de andere provincies. Gert-Jan Schuinder in Drenthe: „Uiteindelijk hebben we met het team het hele ding doorgeakkerd. Dat concept is naar het partijbestuur gegaan.” Concepten werden heen en weer „gepingpongd” tussen de provincie en het partijbestuur in Deventer. Carla Evers in Overijssel: „Bij sommige punten zeiden ze: dat is niet handig, kijk daar nog even naar. Maar het waren vooral punten en komma’s. Ze zijn niet met een grote rode stift door onze plannen gegaan. Zo is de partij niet.”
Lees ook: Getalsmatig is coalitievorming in de provincies niet zo moeilijk. Maar inhoudelijk?
Provincies lazen ook met elkaar mee. Ook als provincies niet helemaal op één lijn zaten, was er volgens Schuinder ruimte voor een eigen invulling. Als voorbeeld noemt hij Groningen Airport Eelde. „Drenthe heeft daar meer last van, Groningen meer lust. Daarin zoeken we dan onderling de overeenstemming.” In het verkiezingsprogramma voor Groningen ligt nu nadruk op het economische belang van het vliegveld, terwijl in het Drentse programma daarnaast nog een aanvulling staat: de regionale leefbaarheid en de gezondheid van boer en burger gaan altijd voor.
De verkenningsfase
Voor de coalitie-onderhandelingen hebben de provinciale afdelingen draaiboeken klaar liggen, maar de BBB’ers willen weinig kwijt over hun inzet. „De afspraak die we gemaakt hebben is: we onderhandelen met elkaar en niet via de pers”, zegt Anja Keuter.
De breekpunten van BBB in de provincie waren al bekend – die zijn landelijk geformuleerd. De stikstofdeadline moet van 2030 naar 2035 en gedwongen uitkoop van boeren is een no-go. In Noord-Brabant speelt daarnaast een discussie over ‘emissiearme’ stalvloeren die in 2024 in Brabantse stallen moeten liggen. „Die verplichting ligt landelijk pas op 2028”, zegt lijsttrekker John Frenken. „Noord-Brabant heeft dat naar voren gehaald. Wij vinden dat de provincie in ieder geval niet vooruit hoeft te lopen.”
BBB sluit geen enkele partij op voorhand uit als coalitiepartner. Bij de kennismakingsgesprekken met de andere gekozen partijen in Limburg hadden de BBB’ers blauwe bessensap meegenomen als presentje. „Vers geperst door een van onze kandidaten”, vertelt Annetje Schoolmeesters.
In Drenthe heeft de partij het eigen programma naast dat van de andere partijen gelegd om te kijken hoeveel de programma’s overlappen. De overlap lag tussen de 43 en 87 procent, zegt Gert-Jan Schuinder. Welke partijen dat zijn, wil hij niet zeggen. „We gebruiken het in ons advies aan de verkenner.”
De onderhandelaars gaan „open” de verkenningsperiode in, benadrukken de lijsttrekkers. De keuze voor de verkenners is ook met dat idee in het achterhoofd gemaakt. „Geen mensen van BBB, maar mensen die boven de partijen staan én die onze provincie goed kennen”, zegt Anja Keuter. Noord-Brabant koos bijvoorbeeld voor een partijloze burgemeester. Die keuze werd van tevoren voorgelegd aan de landelijke top.
Lees ook: ‘Wij zijn generaties lang zuinig op de natuur geweest en daar moeten we nu voor boeten’
De partij had voorafgaand aan de verkiezingen een groslijst gemaakt van verkenners, formateurs en mogelijke gedeputeerden. De verkenners zijn meer dan eens bekenden van BBB’ers. Neem oud-staatssecretaris Fred Teeven, verkenner in Zuid-Holland. Jager Heidi Looy, nummer twee in die provincie, was Teevens persoonlijk assistent toen hij voor de VVD in de Tweede Kamer zat, en daarvoor was zij ook al zijn rechterhand, toen hij officier van justitie was. En BBB-partijleider Van der Plas kent de Utrechtse verkenner Danny de Vries al twintig jaar, twitterde ze.
Het coalitieakkoord dat straks in de provincie gesloten wordt, moet „niet in beton worden gegoten”, zegt Gouke Moes. „We willen een akkoord op hoofdlijnen en veel aan Provinciale Staten overlaten.” Dán kun je echt „verbinding zoeken” met elkaar, zegt hij.
„BBB ziet graag dat het coalitieakkoord in heldere taal wordt geschreven. Korte zinnen met makkelijke woorden”, zegt Schoolmeesters. „Iedereen moet het kunnen begrijpen.” Robert Kaijser, vicefractievoorzitter in Zuid-Holland, zegt het concept-coalitieakkoord te willen voorleggen aan provinciale BBB-leden. „En landelijk kijkt mee om onjuistheden te voorkomen. Als we niet te véél van het programma afwijken, dan is het goed.”