Het zuiden van de VS bleek erger dan Zuid-Afrika voor de gevluchte fotograaf Ernest Cole

In het Oscargenomineerde I Am Not Your Negro (2016) leek het geregeld alsof James Baldwin (1924-1987) uit zijn graf was opgestaan en samen met regisseur Raoul Peck een documentaire had gemaakt. Naadloos liet Peck onder meer een brief van de Amerikaanse schrijver en activist aan zijn uitgever uit 1979 versmelten met historisch beeldmateriaal en hedendaagse nieuwsflarden. Het resulteerde in een poëtische film over historisch racisme in de VS die bitter actueel voelde.

In zijn nieuwe docu Ernest Cole: Lost and Found laat Peck opnieuw een zwarte kunstenaar tot leven komen. Ditmaal de Zuid-Afrikaanse straatfotograaf Ernest Cole (1940-1990), die clandestien vastlegde wat apartheid dagelijks betekende voor zijn zwarte landgenoten. Hij legde onmenselijke en willekeurige controles vast. Toonde mensen opgepropt als sardientjes in een trein, sommigen hangend uit ramen en staand tussen wagons omdat er onvoldoende plek is. Op een paar meter afstand zie je dan ruime, halflege perrons achter een Whites Only/Net Blankes-bord.

House of Bondage

Na publicatie van zijn beelden in fotoboek House of Bondage (1967) moest Cole zijn geboorteland ontvluchten naar de VS. Hij werd er gelauwerd, maar op de roes van zijn plots verworven vrijheid volgde snel de kater. Cole raakte aan lager wal, werd dakloos en stierf op 49-jarige leeftijd aan alvleesklierkanker. Zowel hij als zijn werk raakte in de vergetelheid.

Hoewel de foto’s van Cole voor het brede publiek waarschijnlijk nieuw zijn, kwam Peck (1953) er zelf als tiener al mee in aanraking, vertelt hij in Cannes, waar zijn film in première ging. Hij werd geboren in Haïti, maar toen hij acht was ontvluchtte zijn familie daar de brute dictatuur richting Congo in Afrika. Peck groeide deels op in de VS en Frankrijk en trok op zijn zeventiende naar Berlijn om er te studeren. „Daar hadden alle onafhankelijkheidsbewegingen een hoofdkwartier en leerde ik Coles foto’s kennen.”

Peck volgde op de voet wat er gebeurde in landen als Brazilië, Chili, Nicaragua, Mozambique én zag mensen als Cole als voorganger in de strijd. Peck: „Ik was ook deel van de anti-apartheidsstrijd, we gebruikten Coles foto’s om te laten zien wat er gaande was in Zuid-Afrika.”

Peck maakte in de jaren die volgden talloze geëngageerde speelfilms en documentaires en was kortstondig minister van Cultuur in Haïti. Na het succes van I Am Not Your Negro namen de erven-Ernest Cole contact met hem op met de vraag of hij niet iets wilde doen met de fotograaf, van wie in 2017 op mysterieuze wijze 60.000 netjes geordende en gedateerde negatieven opdoken in een bankkluis in Stockholm. In eerste instantie had Peck het te druk, twee jaar later, toen hij nog meer foto’s en informatie ontving, besefte Peck dat er een groter verhaal in de fotograaf en zijn werk zat dan alleen een thrillerachtige plot over de verdwenen en hervonden negatieven.

Pecks film gaat niet alleen in op de gruwel in Zuid-Afrika, via Coles onthutsende oeuvre en nog schokkender nieuwsbeelden. Hij laat ook zien hoe de fotograaf in de VS evenzeer in een mal werd gedrukt door zijn huidskleur. Bladen in de VS gaven Cole alleen opdrachten waarin hij een chroniqueur werd „van onrecht, ellende en wreedheid”. Cole nam de opdracht aan om naar het zuiden van de VS te reizen; hij zou ‘de zwarte op het platteland door de ogen van een buitenstaander’ vastleggen. In Lost and Found vertelt hij vervolgens dat wat hij er zag „ironisch” en „pervers” genoeg leek op zijn geboorteland. Terwijl de kijker Coles foto’s ziet van het dagelijks leven in het zuiden, horen we dat hij tijdens het fotograferen banger was dan in Zuid-Afrika. In zijn thuisland vreesde hij arrestatie, in de VS om neergeschoten te worden. ‘The free world’ waarvan hij droomde bleek allesbehalve vrij.

Cole kreeg ondertussen te horen dat hij „zijn passie” niet in zijn nieuwe werk legde, witte collega’s zeiden dat het „scherpte” miste. Volgens Peck werd de kracht van Coles Amerikaanse foto’s indertijd niet erkend omdat het „niet gebruikelijk was om te kijken naar het werk van een zwarte fotograaf. En er was een soort van exotisme. Mensen wisten wat hij had gedaan in Zuid-Afrika en hoe gevaarlijk dat was. Dat zagen ze als zijn waarde.”

Net als in I Am Not Your Negro krijgen historische beelden in Pecks film een extra betekenislaag door de zeer aanwezige vertelstem van de hoofdpersoon, zijn observaties over de samenlevingen waarin hij werkt en wat hij voelde als balling. De soms bijna brekende stem waarmee acteur LaKeith Stanfield praat als Cole, is even hypnotiserend als die van Samuel L. Jackson in I Am Not Your Negro. Hij roept wel meer vragen op, want anders dan Baldwin was Cole geen schrijver of publiek figuur, er zijn veel minder teksten en filmfragmenten van hem. Waarop zijn de woorden in de film gebaseerd, legt Peck hem niets in de mond?

De keuze om het verhaal zo te vertellen was „een proces”, vertelt de regisseur in Cannes. „De eerste stap was dat ik besliste dat Ernest zijn eigen verhaal moest vertellen want niets wat ik over hem las klopte.” Zo stoorde Peck zich als hij weer las dat Cole depressief was, zwerver werd en leed aan paranoia. Volgens de regisseur werd de fotograaf zo ontmenselijkt; niemand wordt dakloos omdat hij lui of gek is. „Ik wilde dus geen talking heads, maar een organische, intieme film vanuit zijn oogpunt.”

Hij deed uitgebreide research, sprak met mensen die Cole hadden gekend, las House of Bondage, dat teksten van Cole bevatte, keer op keer en „destilleerde er een soort scenario uit”. Peck: „Maar ik wist dat ik meer nodig had.” Dus begon Peck zichzelf „in Coles huid” te schrijven. „Een van de eerste vragen waarmee ik startte was: ‘Waarom voel ik me zo incompleet?’ Die eerste zin brengt je in een bepaalde geestestoestand en vervolgens blijven de zinnen komen, alsof je poëzie schrijft, omdat je zo veel van zijn gedachten en gemoedstoestand in je hebt opgenomen.”

Gemengde koppels

Hetzelfde geldt voor de foto’s die hij selecteerde, legt Peck uit. Hij begon door zijn research verbanden te zien tussen beelden. Zo bemerkte hij hoe veel foto’s Cole van gemengde koppels in de VS maakte. Zelf heeft de fotograaf nooit iets gezegd over een fascinatie voor dit onderwerp, maar Peck realiseerde zich dat deze relaties verboden waren in Zuid-Afrika. „Het was als ‘tekstanalyse’ vroeger op school. Wanneer je een tekst simpelweg leest, zie je bepaalde zaken niet, maar als je gaat letten op welke woorden er worden gebruikt, veel voorkomende adjectieven of de opbouw, krijg je plots inzicht in hoe een tekst is ontstaan.”

Weet hij iets over hoe Coles negatieven na veertig jaar opdoken in een kluis in Zweden? De bank beweert geen gegevens te hebben over wie ze in bewaring gaf of wie betaalde voor de opslag. Dat is weinig plausibel. Peck wil er aan het slot van ons gesprek niet te diep op ingaan, hoewel hij wel een idee heeft. „We hebben wat navraag gedaan en ik hoop dat Zweedse journalisten ermee aan de slag gaan.” Vlak voor de première van zijn film liet de Zweedse Hasselblad Foundation weten honderden kostbare prints van Cole terug te geven aan zijn familie. Peck: „Omdat ze bang waren voor de film. Dat hebben ze jarenlang niet willen doen.”