Het verlies van de Russische klant pijnigt de Italiaanse handtassenmaker

Made in Italy Door sancties tegen Rusland zijn makers van handgemaakte tassen en schoenen in Italië veel klanten kwijt. Noodgedwongen zoeken sommige van hen andere afzetmarkten. „Ik liep door het exportverbod 40.000 tot 50.000 euro per jaar mis.”

Italianen verwelkomen de Oekraïense president Zelensky bij zijn bezoek aan Rome.
Italianen verwelkomen de Oekraïense president Zelensky bij zijn bezoek aan Rome. Foto Simona Tagliaventi

Toen Rusland februari vorig jaar Oekraïne binnenviel, kwam de oorlog ook voor de Italiaanse schoenenmaakster Monica Virgili (51) snel erg dichtbij. Virgili heeft veel Russische en Oekraïense klanten, als bedrijfsleider van schoenenfabrikant Vittorio Virgili in Sant’Elpidio a Mare, een gemeente in de Oost-Italiaanse regio De Marken. De streek is de exportleider van Italiaanse schoenen naar Rusland.

Virgili exporteerde voor de oorlog 80 procent van haar schoenen, waarvan 15 procent naar Rusland en 10 procent naar Oekraïne. Maar in 2022 stortte die markt volledig in. „Van de ene op de andere dag konden de Russen onze lopende bestellingen niet meer betalen.” De oorlog had ook een persoonlijke kant. Russische klanten belden haar op, gestrand op zakenreis in Italië met een geblokkeerde creditcard. En Oekraïense klanten konden niet naar huis. Ze hielp de Russen uit de nood en bood een Oekraïense familie maandenlang onderdak.

Decennialang waren de banden tussen Rusland en Italië zeer goed. Italië werd ook wel het ‘meest pro-Russische land in het Westen’ genoemd. Op het moment van de inval in Oekraïne haalde Italië 45 procent van zijn gas uit Rusland. Ter vergelijking: voor Nederland was dat ongeveer 15 procent. Met ongeveer vijfhonderd ondernemingen in Rusland is ook de Italiaanse bedrijfswereld er stevig verankerd.

De oorlog zette die nauwe relatie op zijn kop. Toenmalig premier Mario Draghi bouwde begin 2022 de Italiaanse afhankelijkheid van Russisch gas in een razend tempo af, en zijn opvolgster, Giorgia Meloni, trekt die lijn vastberaden door. Onder meer dankzij gas uit Algerije, Noorwegen en Azerbeidzjan en lng (vloeibaar gas) uit de Verenigde Staten zal Italië tegen het einde van dit jaar al 75 procent van zijn Russische gas hebben vervangen. Tegen 2024 hoopt Rome de gaskraan vanuit Moskou helemaal dicht te draaien.

Sancties

Net als Draghi is Meloni een felle voorstander van de westerse sancties tegen Moskou. De Europese Unie heeft sinds het begin van de oorlog bijna de helft van haar export naar Rusland, ter waarde van meer dan 43,9 miljard euro, verboden.

De vorige sanctieronde, na Ruslands annexatie van de Krim in 2014, raakte in Italië vooral de voedselsector. Dat leidde toen tot veel protest van politici als Silvio Berlusconi, een nauwe vriend van president Poetin, en van de radicaal-rechtse Matteo Salvini, een Poetin-bewonderaar. Beiden zijn nu coalitiepartners van premier Meloni. Over de huidige strafmaatregelen hoor je hen minder. Die treffen onder meer luxeproducten onder de verzamelnaam Made in Italy, zoals mode en design. Op producten die een inkoopwaarde hebben vanaf 300 euro geldt een uitvoerverbod naar Rusland.

Op macro-economisch vlak lijkt de Italiaanse economie ondanks deze sancties goed stand te houden. Het bbp groeit dit jaar met 1,2 procent, verwacht de Europese Commissie. „Maar op het individuele bedrijfsniveau is dit wel degelijk moeilijk”, zegt voorzitter Valentino Fenni van de schoenenfabrikanten in de provincie Fermo, een van de belangrijkste productiecentra voor schoenen in Europa. „Immers, het gaat vaak om ambachtelijke midden- en kleinbedrijven, doorgaans nog in familiehanden.” Door de sancties verliezen zij ineens een belangrijke afzetmarkt.

De schoenen van Vittorio Virgili vallen niet onder het uitvoerverbod omdat ze aan inkoopprijs minder kosten dan 300 euro, en toch stuit het bedrijf op heel wat obstakels. „Russische klanten kampen met betalingsproblemen”, zegt Monica Virgili. De grootste Russische banken werden snel uitgesloten van het internationale betalingssysteem Swift. Maar ook zaken doen met Russische banken die niet onder de sancties vallen, blijkt complex. Omdat ze liever het zekere voor het onzekere nemen, vermijden sommige betalingsinstellingen zaken met élke Russische bank.

Lees ook: Italië probeert zich nu razendsnel los te maken uit de verstrengeling met Moskou

Paolo Amato (68) uit Milaan wordt wel rechtstreeks door de sancties getroffen. Zijn familiebedrijf, Leu Locati, produceert al zeven generaties lang handgemaakte luxehandtassen, onder meer voor het Britse koningshuis. Een handtas kan in de winkel tot 20.000 euro kosten. „De werkuren van mijn personeel kosten mij alleen al meer dan 300 euro per handtas”, zegt Amato.

Toen de oorlog uitbrak, had een Russische klant nog een rekening van 35.000 euro openstaan. Die probeerde hem in maart te betalen, maar Amato zou het geld nooit zien, en de klant kreeg de som zelf pas in september terug. „Al die tijd stond dat bedrag niet eens geblokkeerd bij een bank in Italië, maar wel bij de Duitse Commerzbank”, zegt de handtassenmaker met een zucht.

De uitvoer van Made in Italy naar Rusland en Oekraïne kreeg vorig jaar een dreun, blijkt uit een rondvraag in de sector. De export van Italiaanse lederwaren naar Rusland daalde met bijna 26 procent, en naar Oekraïne met 53 procent. Vanaf maart tot en met december 2022 werd er een kwart minder Italiaanse schoenen uitgevoerd naar Rusland. Naar Oekraïne ging het om een daling van 65 procent. „Ik liep door het exportverbod op mijn product 40.000 tot 50.000 euro per jaar mis”, schat Paolo Amato.

Schoenenfabrikant Monica Virgili ving het exportverlies op door schoenen te produceren voor het Franse merk Sartore, het Italiaanse label Iceberg en een bekend internationaal modemerk, in een poging ook te mikken op de markt in het verre oosten. „Zo verlies je echter voor een deel je eigen, rechtstreekse contact met de markt en de distributie van je eigen merk”, zegt Virgili. Precies daarom werkt luxehandtassenmaker Paolo Amato liever niet voor andere, veel grotere luxemerken. Zijn zoon bouwt het merk uit dat diens naam draagt: Amato Daniele. Zo herontdekt Leu Locati, het moederbedrijf van de familie Amato, de Italiaanse thuismarkt.

Amato redt het dus wel, maar vindt dat de Italiaanse regering hem best had mogen compenseren voor het verlies door sancties die in feite alleen Moskou moesten treffen. „Ik mocht die 35.000 euro niet innen voor een afgewerkte bestelling. Kon de overheid dan niet tenminste de werkuren van mijn personeel vergoeden?”

Een deel van de handtassen kon hij nog kwijt aan winkels in Kazachstan en Kirgizië. Legale transacties, zegt hij snel. Of de handtassen alsnog in Rusland zijn geraakt, daar heeft hij naar eigen zeggen geen idee van.

„Handel met Rusland via allerlei semi-legale omwegen komt zeker voor, ook met luxegoederen, wat niet betekent dat het moederbedrijf in het Westen er daarom ook van op de hoogte is”, zegt Eleonora Tafuro Ambrosetti, research fellow Rusland bij het Instituut voor Internationale Politieke Studies (ISPI), in Milaan. Ook onderdelen voor transportmiddelen worden volgens haar, via bedrijven in Turkije of Kazachstan, toch nog naar Rusland geloodst.

Bedrijven bleven in Rusland

Het valt op: hoewel de Italiaanse politiek maar wat graag de economische banden met Moskou verbreekt, gaat dit voor het Italiaanse bedrijfsleven bepaald niet op. Ondanks de sancties en de moeilijkheden door de oorlog is vorig jaar slechts een op de tien Italiaanse bedrijven in Rusland daadwerkelijk vertrokken.

Een grote naam die Rusland wel heeft verlaten, is Iveco, producent van vrachtauto’s en autobussen uit Turijn. Veel andere grote Italiaanse merken, zoals kledingmerken Benetton, Diesel en Boggi en de bank UniCredit, bleven wél, ook al prijken hun namen en die van andere westerse bedrijven al maandenlang op een lijst van Yale. De Amerikaanse universiteit maakt er geen geheim van met die lijst bedrijven uit Rusland te willen verjagen.

Aan bedrijven die in Rusland actief blijven, mét respect voor de sancties, gaat onder meer door zo’n ‘naming-en-shaming’-lijst dan toch een soort stigma kleven. Toch is vertrekken niet zo makkelijk, stelt een recent rapport van de Universiteit Sapienza Rome. De Italiaanse overheid vergoedt ondernemers die uit Rusland vertrekken niet. Bedrijven die weg willen uit Rusland, worden haast gedwongen om hun activiteiten daar dan tegen een fors lagere prijs te verkopen. En ooit terugkeren naar Rusland kan heel lastig worden.

Daarom kiezen veel ondernemers voor de tussenoplossing: terwijl de lopende zaken verdergaan, worden nieuwe investeringen uitgesteld. „Ondernemingen die het zich kunnen veroorloven, of die veel waarde hechten aan hun publieke imago, trokken weg”, zegt Tafuro Ambrosetti. „Midden- en kleinbedrijven hebben vaak weinig alternatieven.”

Monica Virgili heeft nooit overwogen om de band met haar Russische zakencontacten te verbreken: „Trouwe klanten met wie je al jaren werkt worden door de internationale politiek toch niet ineens je vijanden?”