Hoe vind je je eigen pad als je opgroeit in een omgeving die niet alleen maar makkelijk is? Professor Soortkill komt uit de Bijlmer en verzamelde de levenslessen en inspiratie die hij zélf als jongere graag had geleerd in het boek Each one, teach one. Met Pieter van der Wielen praat hij over hoe hij als ‘high school dropout’ tóch leraar en mentor geworden is bij zijn eigen Smib University. Over hoe hij zich ontworstelde aan een gevoel van minderwaardigheid door zijn ‘mindset’ te herprogrammeren. En hoe hij nu anderen wil leren op zichzelf te vertrouwen, positief in het leven te staan, oplossingen te vinden voor problemen en zélf na te denken (ongeacht wat je omgeving zegt en denkt).
Het slachtoffer van verkrachting kreeg de afgelopen maanden niet alleen een gezicht, maar zei ook luid en duidelijk dat ze wilde dat „de schaamte van kamp wisselt”. Niet zij, Gisèle Pelicot, hoeft zich immers te verbergen. Degenen die zich moeten schamen, zijn volgens haar degenen die ervan worden verdacht dat ze haar, terwijl ze gedrogeerd en dus buiten bewustzijn was, verkrachtten. Onder wie haar ex-man Dominique, die schuld bekent en tegen wie eerder deze week twintig jaar celstraf is geëist.
Met haar optreden, in de volle openbaarheid, en vooral haar weigering het slachtofferschap op zich te nemen, heeft Pelicot het denken over seksueel geweld, over verkrachting binnen een relatie, en over consent – wederzijdse instemming bij seks – een enorme dienst bewezen. Ongeacht wat de Franse rechter zal oordelen, en niet alleen in Frankrijk, waar duizenden vrouwen de afgelopen maanden de straat op gingen om Pelicot te steunen.
Het zou daarom jammer zijn als na deze geruchtmakende rechtszaak alleen overblijft dat deze zo geruchtmakend is vanwege het grote aantal verdachten, het door Pelicots ex-man gefilmde bewijs van de vijftig mannen die op zijn uitnodiging zijn vrouw verkrachtten, en de wereldwijde aandacht.
Lees ook
Gisèle Pelicot veranderde van slachtoffer in feministisch icoon
Want niet de schaal doet er toe, maar de alledaagsheid ervan. De zaak laat zien dat de slachtoffers van verkrachting gewone vrouwen en mannen zijn. Laat zien dat verdachten geen boemannen in het bos zijn, maar vaker bekenden. Klinkt door in opmerkingen als ‘ze vroeg er om’ (want kort rokje, kanten lingerie) of ‘ik wist niet dat ze niet wilde’ (want ze had gedronken of zei geen ‘nee’). Toont opnieuw dat seksueel geweld, ook binnen het huwelijk of een relatie, helaas de realiteit is.
Ook in Nederland. Negen procent van de inwoners van 16 jaar en ouder (530.000 mensen) is de afgelopen twaalf maanden slachtoffer geweest van een of meerdere vormen van huiselijk geweld, de meesten structureel, zo blijkt uit maandag gepubliceerde cijfers van het CBS. Twaalf procent (1,7 miljoen mensen) werd slachtoffer van een of meer vormen van seksueel grensoverschrijdend gedrag, van wie 4 procent van fysiek geweld.
En slachtoffers van verkrachting en aanranding doen het minst vaak aangifte van alle soorten misdrijven, bleek uit eerder onderzoek van het CBS. Uit angst voor een vervelende reactie, of uit angst voor wraak. Uit schuldgevoel of schaamte. Omdat het geweld binnenskamers plaatsvindt, en er meestal maar één andere getuige is: de vermeende dader.
Het is daarom goed dat deze zomer in Nederland de nieuwe Zedenwet in werking trad. Niet langer hoeft het slachtoffer te bewijzen dat er sprake was van dwang, de bewijslast ligt nu bij de andere partij. En hij (of zij) moet vóóraf en tijdens zeker weten of de bedpartner eveneens zin heeft in seks. Een volmondig ‘ja’ – al dan niet als antwoord op een expliciete vraag – is cruciaal.
Niet iedereen zal als Gisèle Pelicot zijn en zich met opgeheven hoofd in het openbaar uitspreken over verkrachting. Niet iedereen hoeft haar moed te hebben. Maar geen enkel slachtoffer hoeft zich te schamen.
Het bioscoopzaaltje was nog bijna leeg toen ik mijn plaats op de achterste rij zocht. Er bleek al een vrouw te zitten, maar die maakte meteen ruimte door een stoel even verderop te kiezen. Terwijl we zaten te wachten, ontstond tussen ons een gesprekje dat je in de bioscoop vrij zelden met vreemden hebt.
Ze leek me een vrouw van achterin de zestig en ze maakte een rustige, vriendelijke indruk. Ze sprak met een zachte g en bleek dan ook afkomstig uit het zuiden des lands. Daar woonde ze nog altijd, maar elk jaar vertoefde ze één volle week in Amsterdam om er dagelijks het documentairefestival IDFA te volgen.
Dat deed ze nu al twintig jaar. Ze betrok een appartement in het centrum en bezocht zoveel mogelijk voorstellingen, soms wel drie per dag. Altijd alléén, vroeg ik me af, maar die impertinente vraag hield ik maar voor me. Tussendoor pikte ze dan ook nog een ‘gewoon bioscoopje’ mee, zoals die middag, omdat ze de Iraanse speelfilm My Favourite Cake graag wilde zien na alle enthousiaste recensies die ze erover gelezen had.
Kortom, een filmliefhebber.
Welk soort speelfilms ze het liefst zag? „Geen Amerikaanse films meer”, zei ze, „vooral die blockbusters ben ik helemaal zat. Ik houd van mooie, kleine films.” Ik vroeg haar naar haar favoriete film, want zeg mij van welk boek of welke film u het meest houdt en ik zeg u wie u bent, of beter: wie ik dénk dat u bent. Ze wist het meteen: Kes van Ken Loach, de Britse filmregisseur, bekend om zijn sociaal-realistische stijl. „Ik houd erg van zijn films, zei ze. „En uw favoriete film?” „A Woman Under The Influence”, antwoordde ik zonder aarzeling, „een film over een overspannen vrouw die niet begrepen wordt door de mensen in haar omgeving.” Ja, John Cassavetes”, zei ze, „met Gena Rowlands.”
Kortom, filmliefhebbers onder elkaar, al moet ik bekennen dat ik later thuis even moest opzoeken waar Kes, een film uit 1969, ook weer over ging: een eenzaam arbeidersjongetje dat uit zijn ellende probeert te ontsnappen door een jonge torenvalk te trainen.
Toen moesten we zwijgen want ‘onze’ film begon, althans de lastige, inleidende beschietingen via reclame en trailers van films die je goddank nooit hoeft te zien. Een betere antireclame dan de trailer bestaat er niet.
My Favourite Cake is een Iraanse speelfilm, gemaakt door het regisseurskoppel Maryam Moghadam en Behtash Sanaeeha, dat moedig de strijd met de censuur aanbond. De film is in Iran verboden, vervolging van de makers dreigt wegens propaganda tegen het regime en het overtreden van islamitische regels.
Hun film gaat over een eenzame 70-jarige vrouw die de liefde hoopt te vinden bij een bejaarde taxichauffeur. Zij is al op haar dertigste weduwe geworden, hij is door zijn vrouw ingewisseld voor een rijker exemplaar. Het lijkt tussen hen even te lukken. Lijkt. Een ontroerende film met schitterend spel van de hoofdrolspelers. „De film gaat over het leven, maar evenzeer over vergankelijkheid”, zei Moghadem in NRC tegen Dana Linssen. „Het is een aansporing om nu te leven en daar niet mee te wachten tot het hiernamaals.”
We stonden op, de vrouw en ik. „Een mooie, kleine film”, zeiden we tegen elkaar. Bij de uitgang namen we beleefd afscheid, want het leven is doorgaans geen speelfilm.
Met mijn vriend was ik aan het wandelen over de Veluwe waar we een stop maakte in het Kröller-Müller Museum voor het toilet. Druk kletsend zaten daar groepen tieners hun A4’tjes in te vullen voor een schoolopdracht. De één wat luidruchtiger dan de ander. Dat viel ook een van de meiden zelf op, die haar vriendin in toom probeerde te houden: „Praat niet zo hard. We zijn in een museum…. En jij bent niet de kunst.”
Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]