N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
ZAP Kijken naar het nieuwjaarsspringen in Garmisch-Partenkirchen was misschien niet zo’n goed idee voor de brakke televisiekijker.
Wat moet een mens op een brakke nieuwjaarsdag? Kijken naar het nieuwjaarsspringen in Garmisch-Partenkirchen, uiteraard. De beste vijftig skispringers van de wereld strijden daar elk jaar om een gouden adelaarsbeeldje, en zo’n onverwoestbare traditie lijkt een goed idee. Juist in een nieuw jaar is het fijn als er dingen zijn die altijd bij het oude blijven. Dat stelt gerust. Maar wie er werkelijk voor gaat zitten, ziet dat skispringen absoluut geen geschikte televisie is voor de brakke kijker. Het biedt zelfs geen onbezorgd escapisme. De onheilspellende toon van de 71ste editie werd al gezet met het weer. Vijftien graden, geen sneeuw te bekennen. NOS-commentator Ayolt Kloosterboer wond er geen doekjes om: „Klimaatverandering, u kent het verhaal. De wintersport voelt dat hard.”
Vroeger waren de Finnen heer en meester van de schans, maar die worden geplaagd door alcoholmisbruik, dus inmiddels zijn het „Polen, Noren en Slovenen die de dienst uitmaken”, zei Kloosterboer. Maar wat deze mannen precies presteren was moeilijk te volgen. Een simpele ziel denkt: wie het verst van de schans springt, wint. Maar zo eenvoudig is dat niet. Kloosterboer deed bewonderenswaardige pogingen het publiek voor te doen hoe je thuis voor eigen jury kan spelen, maar de puntentelling bleef absurd complex. En het tempo ligt zo hoog dat je je als kijker aan geen enkele springer echt emotioneel kunt hechten. Een sprong is zo voorbij, terwijl er veel en vreemde informatie op je afkomt.
Zo sprong een Tsjech, die erom bekend staat in de lucht zijn tong uit zijn mond te laten hangen, in de knockoutfase tegen een Noor met de bijnaam ‘de vliegende snor’. „Een echte levensgenieter”, aldus Kloosterboer. Er sprong ook een politieagent uit Tirol, en dat was niet de enige diender. „We hebben heel wat politieagenten voorbij zien vliegen”, memoreerde Kloosterboer tegen het eind. Voor de kijker die weinig had geslapen, was het allemaal wat veel.
Want door de snelle montage en scheutigheid met close-ups, herhalingen, en duizelingwekkende dronebeelden, was het geheel een volkomen stressvolle kijkervaring. Het voelde als een kermisattractie waarbij je elk rondje blijft zitten. In zowat elk shot was ontstellend schreeuwerige reclame in beeld. Al die prikkels maakten het een unieke combinatie van buitengewoon overdadig en buitengewoon saai.
Koortsdroom
In de pauze schakelde de NOS even over naar het NK marathonschaatsen in Amsterdam, waar de ijsmeester mocht vertellen hoe warm het dáár wel niet was. En weer terug naar Garmisch. Een springer had volgens Kloosterboer een haartransplantatie gehad. Een ander naaide z’n eigen pakken. Een derde was recent gescheiden. Hij was vreemdgegaan, en zijn ex „nam wraak door te poseren voor Playboy”. „Sinds de scheiding gaat het beter met Zyla en z’n carrière, maar hier lukt het niet in Garmisch-Partenkirchen, hij doet niet mee voor het podium.”
De urenlange uitzending kreeg steeds meer trekken van een koortsdroom. Kloosterboer: „Je gaat naar beneden, en er is geen weg meer terug.” Ondertussen sijpelde de ellende van de buitenwereld het kneuterig vermaak binnen. Vrouwen mogen niet meedingen naar de gouden adelaar, maar worden afgescheept met een gouden uil. „Hun startgeld is nog lang niet op het niveau van de mannen”, zei Kloosterboer. Russische springers waren uitgesloten van deelname, door de oorlog in Oekraïne. En steeds weer die hints naar klimaatverandering, zo warm als het was. „De jassen hoeven niet eens dicht!”
Plots was het toch voorbij. Voor meer dan 100 miljoen televisiekijkers won de 26-jarige Noor Halvor Egner Granerud de dag. Voor wie de puntentelling snapte, deed hij dat erg overtuigend.