Het kabinet-Schoof (PVV, VVD, NSC en BBB) was een breiwerk vol gaten, een samenraapsel van partijen met tegengestelde stijlen en ideeën, dat bijna een jaar geleden een wild politiek experiment aanging. Vrijwel niemand in Den Haag rekende erop dat het eerste kabinet met de radicaal-rechtse PVV er lang zou zitten. Vaak zag het er naar uit dat het kabinet zou vallen.
Maar het kabinet-Schoof wist iedere crisis op miraculeuze wijze te bezweren. Niet omdat de basis goed was, achter de schermen vertelden coalitiegenoten over een disfunctionele samenwerking. Maar simpelweg omdat partijen alleen maar bezig waren met de vólgende verkiezingen, en zochten naar het beste moment om eruit te kunnen stappen.
Het kabinet-Schoof was een riskant experiment, omdat voor het eerst de radicaal-rechtse PVV regeringsmacht kreeg. Tijdens het kabinet-Rutte I van VVD en CDA (2010-2012) was alleen een gedoogrol bespreekbaar. Over die constructie was slecht nagedacht: Wilders kreeg alle vrijheid om zich af te zetten en hoefde geen verantwoordelijkheid te nemen voor bezuinigingen of andere impopulaire keuzes.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133165737-9d9eb7.jpg|https://images.nrc.nl/nmprwDfDR9n-SEZ9D1iRkcQss64=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133165737-9d9eb7.jpg|https://images.nrc.nl/zTTkVqAhOYzyobsy8K5W9G-09eI=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133165737-9d9eb7.jpg)
Foto Bart Maat
Indammen
Ook deze keer was de rol van Wilders slecht doordacht. Hij kon geen premier worden, al gaf hij achter de schermen aan dat wel te ambiëren. Als partijleider kon hij vanuit de Tweede Kamer vrijuit kritiek leveren op het kabinet-Schoof. De premier zelf probeerde het gevaar van Wilders in te dammen door al diens uitspraken op X buiten de orde te verklaren. Maar de fout van 2010 was herhaald: Wilders had maximale vrijheid, en benutte die ook.
Er is sinds het aantreden van het kabinet-Schoof, op 2 juli 2024, eigenlijk nooit een functionerend kabinet geweest. Het zat vanaf het begin vol weeffouten. Het begon al met de rommelige formatie van 233 dagen. Met grote tegenzin was de VVD van Dilan Yesilgöz mee gaan doen. Na het vertrek van premier Mark Rutte hadden de liberalen in november 2023 tien zetels verloren.
In de Kamer vormden de vier partijleiders steeds meer een samenwerking die leek op een concurrerend mini-kabinet
Nog groter was de weerzin bij de nieuwe partij Nieuw Sociaal Contract (NSC) van Pieter Omtzigt, dat twintig zetels had gewonnen. Tot het allerlaatste moment bleef Omtzigt naar manieren zoeken om er onderuit te komen.
Drie van de vier regeringspartijen (PVV, NSC en BBB) werden bij de verkiezingen van november 2023 groot omdat ze afrekenden met het tijdperk-Rutte. Ze deden dat door forse systeemkritiek te leveren. Toeslagenouders, boeren, omwonenden van azc’s – allemaal waren ze door de voorafgaande kabinetten-Rutte in de steek gelaten. Ze beloofden het anders te doen. En beloofden, met „lef”, te bewijzen dat ze hun kritiek konden vertalen naar een nieuwe bestuursstijl.
Haat
De PVV van Geert Wilders laten meeregeren – het was een taboe in Den Haag. Mark Rutte had na de mislukte gedoogconstructie met de PVV besloten de partij nooit meer mee te laten doen. Yesilgöz zette de deur al vóór de verkiezingen op een kier, waarmee ze de PVV opeens belangrijk maakte. De partij boekte een enorme verkiezingsoverwinning (37 zetels).
De formatieperiode liet zien waarom de vier partijen, hoewel allemaal rechts, niet met elkaar kónden samenwerken. Er heerst tussen de vier partijleiders (Omtzigt, Yesilgöz, Wilders en Caroline van der Plas (BBB)) op persoonlijk vlak groot wantrouwen en, soms, pure haat. Coalities worden gebouwd op vertrouwen, en dat vertrouwen heeft nooit kunnen groeien tussen de partijleiders.
De PVV van Geert Wilders laten meeregeren – het was een taboe in Den Haag
Na een moeizame formatie stelden de partijen vast dat alleen een ándere constructie tot succes zou kunnen leiden. De vier partijleiders bleven in de Tweede Kamer zitten. Er zou verder een akkoord op hoofdlijnen komen. Het regeren zouden ze uitbesteden aan een ‘extraparlementair kabinet’, deels bestaand uit ‘vakministers’ zonder partijpolitieke binding, dat met een ‘regeerprogramma’ de afspraken tussen de leiders zou uitwerken.
Dure woorden, die moesten verhullen dat het een noodgreep was om vier partijen in een vorm van samenwerking te masseren. Wilders kon door zijn zeer omstreden verleden geen premier worden, daarom moest er een partijloze premier komen. Dat werd, na lang zoeken en enkele afwijzingen, topambtenaar Dick Schoof (67).
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133165605-b7181a.jpg|https://images.nrc.nl/9rzkvBmSveb5ziyuVCXnXm4CDR0=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133165605-b7181a.jpg|https://images.nrc.nl/3YZpbGtjS4v6U7ftodXecPB5k_c=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133165605-b7181a.jpg)
Foto Lina Selg / ANP
Crises
Pieter Omtzigt, de grootste voorstander van zo’n extraparlementaire constructie, merkte snel genoeg de nadelen. De andere partijleiders, Wilders voorop, gebruikten hun positie vanuit de Kamer om het kabinet en elkaar te bestoken en openlijk ruzie te maken.
In de Kamer vormden de vier partijleiders steeds meer een samenwerking die leek op een concurrerend mini-kabinet, dat zich niets aantrok van wat Schoof wilde. Het gevolg was dat de premier en bewindspersonen zaten af te wachten wat er gebeurde bij de fractievoorzitters. Premier Schoof speelde geen rol bij crises, moest soms letterlijk op de gang wachten om te horen wat de uitkomst van onderhandelingen was.
De PVV van Geert Wilders laten meeregeren – het was een taboe in Den Haag
Het kabinet regeerde hierdoor met de handen op de rug. Het mocht geen eigen plannen maken, want ze moesten zich aan het hoofdlijnenakkoord houden. Dick Schoof, die zijn hele leven in de schaduw had gestaan, stelde zich op als loyale uitvoerder van wat de vier partijleiders in de Kamer hadden besloten. Dat betekende ook dat als ze er met zijn vieren niet uitkwamen, Schoof niet eens wílde helpen. „Dat is aan de fractievoorzitters in de Kamer”, zei hij na iedere ruzie op zijn vrijdagse persconferentie.
Plannen kwamen er nauwelijks, laat staan wetsvoorstellen. De Eerste Kamer verveelde zich zo stierlijk, dat het maar besloot de jaarlijkse begrotingen eens goed door te lichten. Het leidde er bijna toe dat meerdere begrotingen werden afgekeurd. En ook het vinden van meerderheden of het verrichten van politiek handwerk bleek niet besteed aan de meeste (onervaren) bewindspersonen.
Tussen de vier partijen in de Kamer overheerste wrok, wantrouwen en soms regelrechte haat. In alle partijen werden kwaadaardige verhalen over elkaar verteld. Iedereen hield vanaf het begin rekening met een snelle val.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133165635-ebf1b1.jpg|https://images.nrc.nl/r7EWEc2be9CaPnp63qi-SV1bWAQ=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133165635-ebf1b1.jpg|https://images.nrc.nl/yWgcNlqPGZKKWZglxMSowStmJZU=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133165635-ebf1b1.jpg)
Foto Bart Maat
Zwaarbevochten
Nog een weeffout: partijen wilden zich maximaal profileren op onderwerpen die voor hún achterban belangrijk waren. Dus kreeg BBB het voor het zeggen in de landbouw, mocht de PVV over asiel en migratie gaan, kreeg NSC bestuurlijke vernieuwing en de VVD Financiën. Het gevolg was een extreme profileringsdrang en een ingebakken conflict. Minister Marjolein Faber (PVV, Asiel en Migratie) is daar het beste voorbeeld van. Ze kwam met het idee om borden te plaatsen bij asielzoekerscentra („Hier wordt gewerkt aan uw terugkeer”) en weigerde vijf vrijwilligers een koninklijke onderscheiding omdat ze zich inzetten voor asielzoekers.
Maar vooral kon het niet goed gaan omdat de vier partijen een totaal andere taal spreken. Populisme en technocratie blijken een lastig huwelijk. De radicaal-rechtse PVV heeft geen boodschap aan rechtsstatelijke discussies en zwaarbevochten compromissen. De PVV zegt, als populistische partij, namens de wil van het volk te spreken. NSC is juist opgericht als partij die de rechtsstaat wil versterken. Dit ging al bijna mis toen minister Faber het asielnoodrecht wilde inroepen, wat NSC weigerde. De VVD, de enige regeringspartij met bestuurlijke ervaring, werd er door de andere partijen van verdacht vooral bezig te zijn met de volgende verkiezingen.
BBB, in de kern ook een populistische partij, ging tijdens de regeerperiode steeds meer op de PVV lijken, al leek deze partij als enige het voortbestaan van het kabinet belangrijk te vinden. Afgelopen weekend nog schreef BBB-leider Caroline van der Plas op X dat ook BBB, net als de PVV, voor het „beteugelen van de islamisering” is.
Het kabinet is al meerdere malen bijna gevallen. Het kwam het dichtstbij in november vorig jaar, toen staatssecretaris Nora Achahbar (Toeslagen, NSC) aftrad. Rond haar aftreden gingen verhalen rond over vermeend racisme in de ministerraad, hoewel Achahbar het had gehad over polarisatie in het kabinet in het algemeen.
Twee NSC-Kamerleden traden terug, maar NSC bleef zin het kabinet. Niemand wist eigenlijk waarom
Twee NSC-Kamerleden traden terug, maar NSC bleef in het kabinet. Niemand wist eigenlijk waarom. Het leidde bovendien tot een ingewikkelde situatie: als het vertrek van een eigen staatssecretaris die zich onprettig voelt in het kabinet al niet voldoende reden is om solidair te zijn, wat is dan wél een goed moment om op te stappen? Bovendien: NSC-leider Pieter Omtzigt vertrok dit voorjaar voortijdig, zijn opvolger Nicolien van Vroonhoven heeft nog niet het interne gezag om grote beslissingen te nemen. Daarbij staat NSC er met één à twee zetels in de peilingen dramatisch voor.
Omdat er geen onderling vertrouwen was, deelden de politieke leiders in de Kamer en de vier vicepremiers in het kabinet onderling weinig informatie. Dan lekt het toch weer uit, werd vaak gezegd.
De coalitie die beloofde op te komen voor de burger die zich in de steek gelaten voelde, heeft het nog geen jaar volgehouden. Het was, uiteindelijk, toch langer dan de partijen vooraf hadden gedacht.
Lees ook
Het kabinet-Schoof voert een gevecht met de buitenwereld en zichzelf
