Volop aandacht voor woningnood. Een (demissionair) woonminister die het vuur uit de sloffen loopt om bouwregels te schrappen. Meer herstelwerk aan Nederlandse wegen, bruggen en sluizen dan de aannemers kunnen uitvoeren: voor de bouwsector lijkt het voorlopig niet op te kunnen.
Toch klonk er deze week bezorgdheid in een brief die zeven grote bouwbedrijven en projectontwikkelaars in Den Haag afleverden. De afzenders, verenigd in branchevereniging Neprom, leggen met de „dringende oproep” een wensenlijstje klaar voor het volgende kabinet. De bedrijven vragen onder meer om overheidsinvesteringen, stabiel woningbouwbeleid, meer grote bouwlocaties, kortere vergunningsprocedures en minder regulering van middenhuurwoningen. Als de overheid de eigen woningbouwambities wil halen, zo is de boodschap, moet ze de marktpartijen in de arm sluiten.
Gaat het dan werkelijk allemaal zo moeizaam? Een blik op de sectorcijfers van de eerste maanden van dit jaar laat juist zien dat de bouw weer vol vooruitgaat. De omzet van bouwbedrijven groeide volgens het CBS met liefst 7,5 procent ten opzichte van het eerste kwartaal een jaar geleden. Het vertrouwen onder Nederlandse aannemers zit in de lift en het aantal faillissementen in de sector nam voor het eerst in een jaar tijd weer af. Het economisch bureau van ING zag een groeiende bouwproductie in de eerste maanden van dit jaar, na een periode van flinke krimp. Ook voor de komende twee jaar voorziet ING een productiegroei van 1,5 tot 2 procent.
:format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data135230857-36fab2.png|https://images.nrc.nl/Shf4v3L7tfpm0_cZ9CrUgt2Jj84=/1920x/filters:no_upscale():format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data135230857-36fab2.png|https://images.nrc.nl/1o7y9fd7wiOCQNGtEDiBHkjJACQ=/5760x/filters:no_upscale():format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data135230857-36fab2.png)
Ook de halfjaarcijfers van de twee grootste beursgenoteerde bouwbedrijven vielen in positieve zin op. BAM rapporteerde donderdag een omzetgroei van 7 procent ten opzichte van de eerste zes maanden van 2024, waarbij ook de bruto winstmarge flink gegroeid bleek. Ook Heijmans boekte meer omzet en vooral een fors hogere bruto winstmarge (8,5 procent). Beide bedrijven stellen de winstdoelen voor dit jaar naar boven bij. Hoe goed het de beursgenoteerde bouwers gaat, blijkt ook uit het vertrouwen van beleggers. De beurskoersen van BAM en Heijmans stonden eind deze week respectievelijk zo’n 70 procent hoger dan in het begin van dit beursjaar – aanmerkelijk beter dan de andere bedrijven in de midkap-index, waar beide bouwers dit voorjaar naartoe promoveerden.
Belemmering door personeelstekort
Met deze goede cijfers sluit de sector een periode af die werd gekenmerkt door wat economen eufemistisch ‘tegenvallende marktomstandigheden’ noemen. In de nasleep van de coronacrisis en door de oorlog in Oekraïne steeg de rente, wat direct effect had op de huizenprijzen. Ook schoten de prijzen voor energie- en bouwmaterialen omhoog, waardoor bouwen ineens fors duurder werd. Ontwikkelaars moesten noodgedwongen bouwplannen opnieuw doorrekenen of zelfs tijdelijk stopzetten.
Bouwbedrijven en project- ontwikkelaars hebben al een wensenlijstje klaar voor een volgend kabinet
Waar ontwikkelaars en architecten al relatief vroeg uit de problemen waren, duurde het langer voor de klappen ook op de Nederlandse bouwplaatsen helemaal waren verwerkt. Dat was te zien aan de relatief lage woningbouwproductie van de afgelopen jaren. Er werden in 2024 krap 70.000 woningen toegevoegd, een aantal dat hoger uitvalt dankzij een nieuwe rekenmethode bij het CBS. Het is nog altijd een eind onder de door het kabinet gewenste 100.000.
Een andere belangrijke belemmering was, is en blijft het tekort aan vaklieden. Met een recordaantal van 81 vacatures op 1.000 banen in het eerste kwartaal van dit jaar had de bouw van alle sectoren in Nederland verreweg het grootste personeelstekort – dat bovendien op blijft lopen. Ruim acht op de tien ondernemingen in de bouw geven aan hier last van te hebben, bleek uit verzamelde conjunctuurcijfers van het CBS.
Het personeelsteskort zet een rem op de bouw: een op de drie bouwbedrijven stelt de productie te beperken als gevolg van het tekort aan arbeidskrachten. En dan vergrijst de sector ook nog eens in rap tempo. Alleen al bij Heijmans gaat tot 2030 ongeveer een kwart van het huidige personeelsbestand (5.791 voltijdsbanen) met pensioen. Dit wil het bouwbedrijf uit Rosmalen ondervangen met industrialisering – bijvoorbeeld door meer huizen in fabrieken te bouwen, wat veel minder personeel kost. Toch zal er ook geworven moeten worden; een snelweg of viaduct kun je nu eenmaal niet in een fabriek maken. Ruim vier op de tien bouwbedrijven gaven in april tegenover het CBS aan te werken aan betere arbeidsvoorwaarden.
Vertragingen
Een andere veelgehoorde klacht in de bouwwereld gaat over de lange duur van procedures. Door vertragingen bij het aanvragen van vergunningen of het behandelen van bezwaren van omwonenden kan het soms jaren duren voor een stuk braakliggende bouwgrond is getransformeerd tot woonwijk.
Demissionair minister Mona Keijzer (Volkshuisvesting, BBB) wil met name de bezwaarroute inkorten. In de vorige maand aangenomen wet Versterking Regie volkshuisvesting wordt geregeld dat bezwaarmakers nog maar één keer naar de rechter kunnen als ze het niet eens zijn met woningbouwprojecten: rechtstreeks naar de Raad van State – wat nu het eindstation is.
Daarbij wil Keijzer met haar projectgroep STOER flink snoeien in het aantal bouwregels. De verplichte onderzoeken voor milieueffectrapportages, archeologisch onderzoek, flora, fauna en bodem zijn al duur en tijdrovend; daarbij klagen veel bouwers en ontwikkelaars dat gemeenten extra bouweisen stellen, bovenop landelijke bouwregels.
In door Keijzer ingestelde projectgroep STOER, werden meer dan 140 voorstellen gedaan. Suggesties voor het landelijk gelijktrekken van bouwnormen en -regelgeving konden op veel goedkeuring rekenen vanuit de sector. Andere plannen, zoals het toestaan van lagere plafonds en steilere trappen, kregen forse kritiek – zelfs vanuit de bouw zelf. Topman Ton Hillen van Heijmans riep bij de cijferpresentatie vrijdag op dat er wat hem betreft „een einde moet komen aan het voortdurend wijzigen van regels.” Volgens Hillen daalt de prijs van huizen niet door lagere plafonds, maar vooral door het aantal nieuwbouwwoningen flink op te hogen.
Lees ook
Interview Friso de Zeeuw (STOER): ‘Elke regel heeft zijn eigen fanclub, natuurlijk komen die in het geweer’
Ook loopt de bouw tegen twee belangrijke ruimtelijke grenzen aan: beschikbaarheid van stikstofruimte en aansluitingen op het stroomnet. Voor deze twee kwelgeesten wordt al langer naar de politiek gekeken.
Zo is voor de stikstofcrisis nog altijd geen politieke oplossing gevonden. Hierdoor liggen geplande woonwijken al jaren stil en kunnen aanvoerwegen naar die toekomstige woonwijken niet worden neergelegd. In meerdere provincies ligt de vergunningverlening de facto stil vanwege gebrek aan stikstofruimte. Dit leidt tot gekke situaties, zoals in het Brabantse Gilze en Rijen, waar een geplande woonwijk nu maar voor de helft bewoond kan worden.
Lees ook
Lees ook: Komen hier straks tweehonderd huizen waarin je niet mag wonen?
Ook netcongestie geeft woningbouwers kopzorgen. Het huidige stroomnet kan de groeiende vraag naar elektriciteit in nieuwe en bestaande woningen niet meer aan. Er moeten dikkere kabels worden getrokken, krachtiger transformatorstations worden neergezet – één op de drie Nederlandse straten moet tot 2030 open volgens Stedin – en ironisch genoeg kampen veel bouwbedrijven die dit moeten doen ook weer met capaciteitsproblemen en bezwaarprocedures. De gevolgen worden steeds concreter: nu al kan het anderhalf tot twee jaar duren voordat een aangevraagde stroomaansluiting is geleverd – sommige woningbouwprojecten worden uitgesteld omdat de huizen niet kunnen worden aangesloten.
„En dan moet de watercongestie er nog aankomen, ofwel: het tekort aan beschikbaar drinkwater”, aldus Jan van der Doelen van ING. De sectorbankier, die hier veelvuldig over in gesprek is met bedrijven uit de bouwsector, mist soms nog de „urgentie” over het tekort aan drinkwater. „Er zou in het bewustzijn over watercongestie wel een tandje bij mogen. We weten nog niet precies hoe en wanneer dit echt gaat spelen, maar ik ben ervan overtuigd dat dit zonder ingrijpen een groter probleem kan worden dan het volle stroomnet.”
Voor robotisering, industrialisering, digitalisering is veel geld nodig, dat kan alleen met grotere schaal
Grote overname tekent vertrouwen
Zonder al deze belemmeringen hadden bouwbedrijven de afgelopen jaren waarschijnlijk nóg meer kunnen bouwen. En voor de grote problemen als stikstof, netcongestie en het personeelstekort is misschien geen snelle oplossing te bedenken. Desondanks is er genoeg reden om met vertrouwen naar de bouwsector te kijken. Met de woningbouwopgave en de grote hersteloperatie aan de Nederlandse infrastructuur ligt er meer werk dan de bouwers momenteel aankunnen.
De beoogde overname van VolkerWessels door investerinsgmaatschappij HAL is daarbij tekenend voor het vertrouwen in de sector. VolkerWessels, met 6 miljard euro omzet in 2024 de een na grootste bouwer van Nederland, wordt bij hetzelfde concern gevoegd als twee andere bouwreuzen: woningbouwer Van Wijnen en maritiem dienstverlener Boskalis. De overname van de Nederlandse activiteiten moet dit najaar zijn afgerond en is waarschijnlijk groot in omvang: Het Financieele Dagblad schat in dat er waarschijnlijk zo’n 1,5 miljard euro mee is gemoeid. „Voor robotisering, industrialisering en digitalisering is heel veel geld nodig. Dat kun je alleen doen met grotere schaal”, aldus Van der Doelen.
Zo bezien is de brief die de zeven grote bouwers en ontwikkelaars naar Den Haag stuurden meer een aansporing richting politiek Den Haag: zorg dat het huidige bouwtempo wordt vastgehouden en laat het niet opnieuw teruglopen. De bouwers en ontwikkelaars zijn, zo zeggen ze zelf, er in elk geval klaar voor. „Nu is het aan de overheid.”
