Henry van Loon laat zien dat fantasie geen vlucht is, maar een weg naar vrijheid

In Keanu vertelt cabaretier Henry van Loon (42) over een talkshowhost die, op een toon alsof hij ineens iets heel intelligents zegt, hem de ingewikkeld geformuleerde en quasi-intellectuele vraag stelt waarom zijn nieuwste voorstelling is vernoemd naar acteur Keanu Reeves (The Matrix, John Wick). Het antwoord van een weggedroomde Van Loon is een welgemeend: „Hmm?”

Hij wil maar zeggen: wat er in praatprogramma’s wordt besproken begrijpt hij niet goed. Helaas voor Van Loon zit hij in Keanu wel in zo’n tv-programma. Het is de dunne strik die deze zevende cabaretvoorstelling bijeen bindt: een verhaal over een televisie-optreden waarin hij zich als een vis uit het water voelde. Geestelijk is hij er nauwelijks aanwezig, aangezien hij voortdurend afdwaalt in zijn eigen hoofd. Gelukkig maar, want dat levert veel vermakelijke verhalen op.

Zo verbaast Van Loon zich over mensen die op openbare wc’s pas na langdurig rammelen aan een dichte deur concluderen dat deze inderdaad op slot zit. Waarom hij dat zegt? „Wees gewaarschuwd, want ik doe tegenwoordig gewoon open.” In een leuke fysieke act zien we het vervolg: „Als ik nou mijn ballen een beetje naar achteren druk, kan je er precies zo voorlangs schijten.”

Van Loon toont zich meester in het opdienen van zijn breed uitwaaierende fantasieën met uitgestreken gezicht en mild-ironische toon. Zo brengt Keanu Reeves (die verder weinig met de voorstelling te maken heeft) hem tot een soort hallucinatie over een filmrol die hij écht graag zou willen spelen: de lieve vriend van James Bond. Het resulteert in een licht-erotisch R&B-nummer („Ik ben je Bond-boy, James…”) met synthesizer en autotune. Een leuk lied en tegelijkertijd een grappige parodie op het slag artiesten (waaronder sommige cabaretiers) dat wel erg graag ‘coole’ nummers maakt met stemvervormende apparatuur.

Een van de hoogtepunten volgt nadat Van Loon in de talkshow iets moest zeggen over de twee gestrande astronauten die hun verblijf op ruimtestation ISS noodgedwongen moesten verlengen met een paar maanden. Het voert hem naar een groots opgeklopte gedachte over het tegengaan van verveling in de ruimte. Want wat doe je als je in een „heel ander ruimtetijd-continuüm” terecht komt waar je verlost bent van je „main character-syndroom?” Op gezwollen muziek van John Williams volgt een schitterende demonstratie.

Verschillende dierbaren krijgen liefdevolle odes. Kortstondig, en zeker niet te sentimenteel. De onwillige toeschouwer zou in Keanu een aaneenschakeling van ongerijmdheden kunnen zien. Doe je wat beter je best, dan zie je waar Van Loons hoofd voortdurend mee bezig is: niet met een vlucht uit de werkelijkheid, maar met een weg naar vrijheid. Zo bevrijdt hij zich van onzin in een onzinnige omgeving (een talkshow), maar ook van zoiets als de pijn die je kan overvallen wanneer je te lang nadenkt over je geliefde die er ooit niet meer zal zijn.