Haïti: het land dat nooit mocht zijn, heeft geen bestuur meer

Port-au-Prince is gevallen. De paniekerige evacuatie dit weekeinde van tientallen westerlingen en het besluit van de omstreden premier Ariel Henry maandag om definitief niet terug te keren naar zijn land, maken het machtsvacuüm in Haïti compleet. Een van armste landen ter wereld heeft in de praktijk geen centraal gezag meer. Het is onduidelijk hoe en wanneer de verkiezingen kunnen plaatsvinden die iedereen bepleit als enige duurzame uitweg uit de gewelddadige chaos waarin de Caraïbische staat afglijdt.

Hoe onvoorspelbaar de situatie is, bleek zondag toen paniek uitbrak onder de weinige Europese diplomaten die nog aanwezig zijn. De bendes, die vorige maand naar schatting al 80 procent van Port-au-Prince controleerden, dreigden ook Pétionville in te nemen. In deze heuvelachtige zuidelijke voorstad zijn bijna alle ambassades, residenties en luxehotels gevestigd, waar diplomaten en hulpverleners zich verschansen achter hoge hekken en slagbomen met bewapende privébewaking.

Gehuurde helikopters

Toen zelfs de VS – die veruit de grootste en best bewaakte ambassade hebben – dit weekeinde begonnen om zogeheten niet-essentieel personeel te evacueren met Amerikaanse legerhelikopters, was dat een alarmsignaal voor de Europese missies in het land. Hun diplomatieke posten zijn minder sterk gefortificeerd. Omdat de bendes eerder deze maand al de goederenhaven plunderden en het internationale vliegveld Toussaint-Louverture innamen, boden alleen gecharterde helikopters nog een ontsnappingsroute uit de relatief veilige enclave Pétionville.

De Dominicaanse Republiek, dat met Haïti het eiland Hispaniola deelt, houdt naast zijn landsgrens echter ook het luchtruim ferm gesloten. Het rijkere buurland wil geen vluchtelingen en bouwt al aan een grenshek. Na dagenlange onderhandelingen wisten EU-diplomaten bij de Dominicanen te bedingen dat hun gehuurde heli’s mochten landen op een militair landingsbaantje net over de grens. Dit om zo snel mogelijk meerdere evacuatievluchten achter elkaar uit te kunnen voeren.

Toen andere westerlingen die weg willen uit Port-au-Prince van deze vluchtoptie hoorden, probeerden ook zij een plekje aan boord te bemachtigen. Niet al die aanvragen konden worden ingewilligd, meldde een betrokken bron aan de Amerikaanse nieuwszender CNN. Haïtianen waren al helemaal niet welkom.

Zondag werden de vluchten voorlopig opgeschort nadat er nabij een opstijgende helikopter geschoten werd. Onder anderen de Duitse ambassadeur en de EU-ambassadeur waren toen al het land uit. De EU-delegatie meldde zondag „tijdelijk gesloten” te zijn. „We keren terug zodra de veiligheidssituatie het toelaat.”

Criminele coup na buitenlandreis

Bij deze chaos lijkt de al jaren uitgestelde stembusgang verder weg dan ooit. Verkiezingen zijn nodig sinds in 2021 de toenmalige president Moïse in zijn residentie werd vermoord door Colombiaanse huurmoordenaars. Het landsbestuur ging daarna tijdelijk over op premier Ariel Henry, maar hij talmde met het uitschrijven van verkiezingen. Volgens hemzelf omdat de veiligheidssituatie eerst moest verbeteren na de komst van een internationale politiemacht. Volgens critici omdat hij de macht niet meer wilde opgeven.

In december 2022 tekende Henry een akkoord met politieke partijen, maatschappelijke organisaties en religieuze leiders waarin hij beloofde uiterlijk op 7 februari van dit jaar de macht over te dragen. Deze zogenoemde ‘Nationale Consensus voor een Inclusieve Transitie en Transparante Verkiezingen’ werd gepubliceerd in staatscourant Le Moniteur, waarmee de toezegging juridisch bindend was. Toen de premier het ultimatum vorige maand liet verstrijken zonder enig zicht op verkiezingen, nam de onrust in het land verder toe en voerden bendes het geweld op.

Eind februari ging Henry op reis om in Kenia de komst van duizend agenten uit dat Afrikaanse land te bezegelen. Zij moeten een door de VN-Veiligheidsraad goedgekeurde politiemissie aanvoeren, om orde op zaken te stellen in Haïti. Maar terwijl Henry in Nairobi op de foto ging met de Keniaanse president Ruto, pleegden de bendes een criminele coup. De premier kon maar beter wegblijven, anders dreigde „een burgeroorlog die kan uitmonden in een genocide”, stelde de machtige bendeleider Jimmy ‘Barbecue’ Chérizier na een golf van aanvallen op de politie. De internationale missie werd daarna even onzeker als Henry’s eigen lot.

Eerste vrije zwarte staat

De premier zocht steun in Afrika, na eeuwen van traumatische buitenlandse bemoeienis van de Fransen, Amerikanen en de nabije regio. Haïti werd in 1804 de eerste vrije zwarte staat in de koloniale wereld, toen een leger van vrijgevochten ex-slaven na dertien jaar strijd het machtige Franse leger verjoeg. Juist vanwege die ontstaansgeschiedenis mocht het nooit slagen: om te voorkomen dat Haïti een voorbeeld werd voor andere koloniën, legde Parijs torenhoge herstelbetalingen op, die tot ver in de twintigste eeuw op het land drukten.


Lees ook
Schoffelen in de Amerikaanse achtertuin

De latere president <strong>Teddy Roosevelt</strong> voert een Amerikaans regiment aan in Cuba, in 1898.” class=”dmt-article-suggestion__image” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/03/haiti-het-land-dat-nooit-mocht-zijn-heeft-geen-bestuur-meer.jpg”><br />
</a></p>
<p>Vorige eeuw bemoeiden vooral de VS zich met Haïti. Hun steun aan opeenvolgende dictators hielp  het land verder de put in. De laatste buitenlandse vredesmacht bestond vooral uit militairen van Latijns-Amerikaanse landen. Maar ook deze VN-stabiliseringsmissie Minustah verliet Haïti in 2017 na dertien jaar met grote controverses. De blauwhelmen <a rel=vergrepen zich aan de lokale bevolking en verwekten daarbij veel kinderen. Ook lieten ze cholera uitbreken.

De vraag is welke buitenlandse macht nog zijn vingers durft te branden aan Haïti. Vorige week wilde Henry eigenlijk via de Dominicaanse Republiek terugkeren en terwijl hij al in de lucht was, belden de VS om hem dat uit het hoofd te praten, meldde The Miami Herald. Henry belandde in de Amerikaanse vrijstaat Puerto Rico, een eiland oostelijker.

Bij een noodberaad in de Jamaicaanse hoofdstad Kingston oefende regionaal overlegorgaan Caricom maandag druk uit op de Haïtiaanse premier Henry om af te treden.
Foto Andrew Caballero-Reynolds, pool via AP

Intensievere bemoeienis lijkt de regering-Biden vooralsnog niet te beogen. Minister Antony Blinken (Buitenlandse Zaken) zat maandag wel bij een noodberaad van het Caraïbische handelsblok Caricom in de Jamaicaanse hoofdstad Kingston. Dit overlegorgaan zette Henry onder druk om de macht op te geven. Dat belooft hij nu, zodra er een ‘presidentiële overgangsraad’ is gevormd die alsnog verkiezingen moet organiseren.


Lees ook
‘Jimmy Barbecue’: de bendeleider die Haïti met grof geweld wil ‘bevrijden’

Jimmy ‘Barbecue’ Chérizier, nu bendeleider van de ‘G9’ tijdens een persconferentie, dinsdag, in Port-au-Prince.

Onbekend is wie deze raad gaat leiden en of de aankondiging ervan het bendegeweld kan dimmen. De humanitaire nood van de elf miljoen Haïtianen groeit ondertussen met de dag. In de winkels raken de voorraden op nu zelfs VN-voedselhulp het land niet meer in komt, omdat de geplunderde haven dicht is. Ook al is Haïti er bovenal zo beroerd aan toe door alle westerse bemoeienis, de roep om een buitenlandse interventie kan de komende tijd aanzwellen.