GTST in het blauwborstnest

Vogel Blauwborsten zijn monogaam. Dat de zangvogels structureel vreemdgaan, geeft de mannen meer kleur, ziet Jaap Vuijk.


Foto Jaap Vuijk

Laatst liep ik voor dag en dauw door de Korendijkse Slikken op de grens van Spui en Haringvliet en genoot van het aanzwellende concert van ontwakende vogels. Diep in het riet klonk het heldere staccato van een opgewonden zangertje dat langs een rietstengel uit het verborgene omhoog klom en vlak voor me zijn mooiste lied zong; een blauwborst. Dit familielid van de nachtegaal is één van de eerste zangvogels die uit Afrika terugkeert en zo het prille begin van de lente markeert.

Na aankomst claimen blauwborstmannetjes met luide zang, veelvuldig het lied van andere zangvogels nabootsend, een broedplek in een rietzoom in afwachting van hun later terugkerende vrouwelijke soortgenoten.

Verborgen bestaan

Dit territoriumgedrag maakt dat blauwborstmannetjes vroeg in het voorjaar vaak worden waargenomen. Wanneer het broeden begint, verdwijnen ze dieper in de begroeiing en leiden een meer verborgen bestaan.

Terug uit Afrika zoeken de vrouwtjes een partner met het kleurrijkste verenpak en het mooiste lied. In lijn met Darwins theorieën doen zij dit omdat een felgekleurd verenpak en rijke zang uitingen zijn van een goede conditie en eender genenpakket én omdat conditioneel sterke mannetjes garant staan voor voldoende voedselaanvoer tijdens de broedperiode. Zo vormt het bescheiden getinte blauwborstvrouwtje met het indrukwekkend gekleurde mannetje een monogaam paar en bouwen zij samen een nest om de jongen in groot te brengen.

Ondanks de hechte paarvorming worden, via DNA-typering, in de helft van de blauwborstnesten jongen aangetroffen die niet verwant zijn aan de verzorgende vadervogel; het resultaat van een ontrouw vrouwtje. Overigens: het is niet bekend of zij dat doen met andere, eveneens ontrouwe, vadervogels of met vrijgezellen. Veel zangvogels kennen deze wijze van voortplanting.

Het grootbrengen van jongen van meerdere vaders verhoogt de diversiteit in het erfelijk materiaal en draagt bij aan de gezondheid van het nageslacht

Het grootbrengen van jongen van meerdere vaders verhoogt de diversiteit in het erfelijk materiaal en draagt bij aan de gezondheid van het nageslacht. De ontrouw van vrouwelijke zangvogels heeft ook nog een ander effect; het versterkt de kleurontwikkeling van mannetjes. Ontrouw vergroot de competitie tussen mannetjes in hun zoektocht naar een partner. Deze onderlinge strijd leidt in de loop van vele generaties tot de ontwikkeling van kleurrijker mannetjes en hiermee tot een groter kleurverschil tussen de seksen.

Eind vorige eeuw was de blauwborst in Nederland zeldzaam. Sindsdien heeft de soort een geweldige comeback gemaakt naar nu zo’n zestienduizend broedparen. De voorkeur van blauwborstvrouwtjes voor felgekleurde mannetjes én hun ontrouwe gedrag, zorgen samen over generaties heen voor steeds meer kleur in het schitterende mannelijke blauwborstverenpak. Met de lente in aantocht is in veel rietkragen één van Nederlands’ meest kleurrijke vogels weer te zien en horen.