‘Grove schendingen van mensenrechten met medeweten van Europese Unie zijn onacceptabel’

Achter de schermen wist iedereen het. De Europese Commissie schreef er vier jaar geleden over in haar Turkije-rapportage. Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens deed er in 2022 een uitspraak over. Europese diplomaten in Brussel en Turkije zitten er al jaren mee in hun maag. En ook de ministeries van Asiel en Migratie en Buitenlandse Zaken in Den Haag bevestigen desgevraagd tegenover NRC „bekend te zijn” met de berichtgeving.

Maar nu staat het in meerdere Europese kranten: Turkije mishandelt vluchtelingen in door de EU gefinancierde uitzetcentra en dwingt hen formulieren te ondertekenen waarop staat dat ze „vrijwillig terugkeren” naar hun landen van herkomst – inclusief Syrië en Afghanistan. Dat blijkt uit ruim een half jaar lang onderzoek door NRC, onderzoekscollectief Lighthouse Reports en zeven andere partners, waaronder El País, Der Spiegel en Le Monde, dat vrijdag naar buiten kwam.


Lees ook

Mishandeld in een Turks uitzetcentrum. ‘Dit project is gefinancierd door de EU’

Het uitzetcentrum in Tuzla even buiten Istanbul, waar veel gedetineerden die we spraken vastzaten. De EU betaalde voor herinrichtingskosten.

In een eerste reactie tijdens een persconferentie vrijdagochtend herhaalde een woordvoerder van de Europese Commissie in Brussel grotendeels de antwoorden die ze al aan de onderzoekende media had gegeven: Turkije is een belangrijke partner, de EU-gelden hebben de situatie in de centra over het algemeen verbeterd, en er wordt nauw gemonitord. „Als we bewijzen ontvangen van mensenrechtenschendingen of schendingen van andere fundamentele waarden”, zegt de woordvoerder, „dan zullen we de situatie natuurlijk adresseren. Ik ga nu niet verder speculeren.”

Een schande, vindt Kamerlid Kati Piri (Groenlinks-PvdA), die vertelt dat ze al in 2018, toen ze nog Turkije-rapporteur was voor het Europees Parlement, de Commissie heeft bevraagd over berichten over gedwongen terugkeer van Syriërs. „We zijn zes jaar verder“, zegt Piri telefonisch. „Dat deze grove mensenrechtenschendingen op grote schaal plaatsvinden, met medeweten van en financiering door de EU, is echt onacceptabel.”

Piri zegt schriftelijke vragen in te zullen dienen bij het kabinet. Haar partijgenoot in het Europees parlement, Tineke Strik, roept de Europese Commissie „per direct” om „een transparant onderzoek te starten en financiering van deze projecten in Turkije op te schorten tot duidelijkheid is verschaft”.

Overeenkomsten zijn ‘cruciaal’

De coalitiepartijen PVV, VVD en BBB waren vrijdag niet beschikbaar voor een reactie op het onderzoek. Diederik Boomsma, woordvoerder asiel en migratie van coalitiepartij NSC, reageerde wel. „Afschuwelijk”, noemt hij de bevindingen. Toch zijn migratie-overeenkomsten met derde landen, zoals Turkije, volgens hem „cruciaal.” Je moet „niet zomaar een zak geld geven” en zeggen „houd ze tegen,” aldus Boomsma. Je moet er volgens hem op toezien dat „cruciale rechten niet worden geschonden” en mensen „goed worden behandeld”.

Het kabinet-Schoof schrijft in het regeerprogramma in te willen zetten op „partnerschappen met relevante migratielanden” om zo „opvang in de regio te bevorderen”. Desgevraagd laat het ministerie van Asiel en Migratie weten daarom in te zetten op een „continuering van de financiering van opvang van vluchtelingen in Turkije” alsook op „continuering van de hervestiging onder de EU-Turkije verklaring”.

Van die hervestiging kwam afgelopen jaren weinig terecht. Hoewel onder de Turkijedeal de afspraak was dat Europa voor iedere Syriër die wordt teruggestuurd naar Turkije een andere Syriër via legale wegen opneemt, werkte dit mechanisme in de praktijk niet en werden sinds 2016 zo’n 40.000 Syriërs via deze weg hervestigd in een Europees land – iets meer dan 1 procent van de ruim 3 miljoen geregistreerde Syriërs in Turkije. Turkijke dringt er al jaren op aan dat Europa meer vluchtelingen opneemt, diplomaten erkennen dat dit te weinig gebeurt.

Nederland nam in dit kader zo’n 5.500 Syriërs op. Dat het ministerie schrijft daarmee te willen doorgaan, is opvallend. Geert Wilders (PVV) heeft altijd benadrukt dat Nederland „vol” zit en is tegen extra vluchtelingenopvang. Minister Faber (Asiel en Migratie, PVV) heeft bij de Europese Commissie gepleit voor een opt-out van Europese migratie-afspraken.

Geweld tegen Syriërs

Ondertussen nemen in Turkije spanningen over vluchtelingenopvang gewelddadige vormen aan. Begin juli braken in het land massale rellen tegen Syriërs uit waarbij honderden huizen en winkels werden aangevallen of in brand gestoken. Zo’n 90 procent van de Turken wil dat Syriërs terugkeren en 70 procent steunt gedwongen uitzetting, blijkt uit peilingen. Dat is de binnenlandse politieke context waarin president Erdogan de uitzettingen massaal opvoert: sinds juni 2023 zijn volgens Ankara 180.000 mensen uitgezet en zo’n 160.000 Syriërs ‘vrijwillig’ teruggekeerd.

De angst voor uitzetting en het gebrek aan toekomstperspectieven drijft veel vluchtelingen vanuit Turkije naar Europa. Diplomaten en academici waarschuwen dat een teveel aan ‘opvang in de regio’ kan leiden tot een exodus uit die regio. „Het is een totale mislukking”, zegt een Europese diplomaat over de inzet van de EU op financiering van de uitzetcentra. „Niet alleen in termen van mensenrechten, maar ook in termen van migratie-management.”

„We moeten mensen die vluchten voor oorlog en geweld gewoon fatsoenlijk opvangen in Nederland en de rest van Europa”, zegt Kamerlid Christine Teunissen (PvdD). De migratiedeals met Turkije en andere landen werken volgens haar als „een soort aflaat”, maar lossen de problemen niet op en leiden tot misstanden zoals die in de centra. Het argument van partijen als NSC dat daarop meer toezicht moet komen, is volgen Teunissen onrealistisch: dat werkt niet in landen waar „minder democratische controle is”, zegt ze. „Europa en Nederland moeten zelf verantwoordelijkheid nemen.”

Uitbreiding van uitzetcentra

In de persconferentie vrijdagochtend deed de Europese Commissie dat niet. De woordvoerder zei daar dat het „de verantwoordelijkheid van de Turkse autoriteiten [is] om aantijgingen van mistanden grondig te onderzoeken.” Zelf kondigde de Commissie vooralsnog geen onderzoek aan.

In Brussel wordt juist gesproken over eventuele uitbreiding van de EU-steun aan de Turkse uitzetcentra, bevestigt het ministerie van Buitenlandse zaken. Het ministerie geeft geen antwoord op de vraag welk standpunt Nederland daarbij inneemt. Er is nog geen besluit genomen, schrijft het ministerie. „We kunnen daarom niet ingaan op de gaande discussie.”