Groen lobbyen bij de EU, op kosten van de EU: kritiek op subsidie zwelt aan

„Een schandaal!” Europarlementariërs schuwden woensdagavond in de debatzaal in Straatsburg de grote woorden niet. Mikpunt van de woede: een subsidiepot waarmee de Europese Unie het lobbywerk financiert van milieuorganisaties.

Nieuw is het subsidiëren van lobbyactiviteiten door de EU niet. Klimaat-, milieu- en natuurclubs krijgen al langer Europees geld om hun dagelijkse werk te doen, inclusief het lobbyen voor groene wetgeving bij Europese instanties. De bedoeling is dat de organisaties in de wandelgangen als tegenwicht fungeren voor de beter bedeelde bedrijvenlobby.

Europarlementariërs op de rechterflank moeten niets van deze subsidies hebben. Zij beschouwen het programma als een gewiekste manier van de Europese Commissie om invloed uit te oefenen en haar zin door te drijven. En ze denken een smoking gun te hebben gevonden, nu de inhoud van de subsidiecontracten is beschreven in De Telegraaf.

„Het is superspecifiek: jij gaat die en die commissie belobbyen, je gaat hier in de onderhandelingen invloed uitoefenen, je gaat dáár voor de meest progressieve invulling van de wet”, zegt Dirk Gotink, europarlementariër voor Nieuw Sociaal Contract. Gotink zit in de begrotingscontrolecommissie van het Europees Parlement en heeft de contracten zelf ingezien. „Dat vind ik een vorm van rolvervaging.”

Verzet

De groene organisaties en linkse partijen zien iets anders: een nieuwe aanval op de klimaatplannen van de EU door de centrum-rechtse partijen, die bloed ruiken nu de wetten en regels uit de Europese Green Deal weer ter discussie staan. De subsidiepot voor milieuclubs is in hun ogen juist een democratische manier om het speelveld gelijk te trekken.

„De natuur heeft geen stem, de leefomgeving ook niet. In een goed functionerende democratie zorgt de overheid dat die stemmen ook gehoord worden, net zoals de EU de stem van lokale boeren steunt”, zegt D66’er Gerben-Jan Gerbrandy. „Nee, je moet niet voorschrijven om met een x-aantal parlementariërs te gaan praten. Maar wat ik van deze organisaties hoor, is: zo werkt het niet. Zij moeten zich verantwoorden voor het geld dat ze ontvangen, en dan laten ze zien wat ze georganiseerd hebben en wie daarbij waren.”

De nieuwe Eurocommissaris Piotr Serafin (Begroting) noemde sommige afspraken in Straatsburg terugblikkend „ongepast” en beloofde beterschap. Ook de Europese Rekenkamer, de immer kritische waakhond, hekelde in 2018 al het gebrek aan transparantie bij EU-subsidies voor maatschappelijke organisaties. Deze instelling komt in april met een nieuw rapport.

Pauzestand

D66’er Gerbrandy kan zich wel vinden in de oproep tot transparantie, zegt hij, maar hij wil niet dat het subsidiesysteem sneuvelt. Daar denkt BBB-Europarlementariër Sander Smit anders over. Smit wil zelfs alle bestaande Green Deal-wetgeving in de pauzestand zetten. „Als er op onoorbare wijze invloed is geweest, kun je je afvragen of dat wel democratisch is gegaan, of dat wel past bij de trias politica.”

Smits voorstel wordt kansloos geacht. Maar het past bij de toenemende kritiek op de Europese groene plannen van de afgelopen jaren. Die kritiek komt niet alleen van parlementariërs, maar steeds vaker ook van de Eurocommissarissen die de plannen moeten gaan uitvoeren.