Glory bereidt zich voor op tijdperk zonder Rico Verhoeven

Rico Verhoeven zit met ontbloot bovenlichaam op een troon in een kasteel. Achter hem hangen de kampioensriemen die hij de afgelopen tien jaar won bij kickboksorganisatie Glory. Dan doemt er aan de kasteelpoorten een figuur op met een kap over zijn hoofd. Het is Levi Rigters, de opkomende kickbokser die Verhoeven van zijn troon wil stoten.

Zo begint de promotievideo die kickboksorganisatie Glory publiceerde in aanloop naar het titelgevecht van Verhoeven, deze zaterdagavond. Het gevecht wordt door de organisatie in de markt gezet als de strijd tussen de koning (Verhoeven) en de prins (Rigters) van de vechtsport. Verhoeven zit in de nadagen van zijn succesvolle carrière. Glory heeft dringend nieuwe sterren nodig, voor als de 35-jarige Verhoeven stopt.

Verhoeven is de laatste in een lange lijn met grote Nederlandse kickbokskampioenen. Nederland heeft een indrukwekkende geschiedenis in het kickboksen. Eind jaren zeventig en begin jaren tachtig trokken pioniers als Rob Kaman en Lucien Carbin naar Japan en Thailand om de vechtsport te leren. Deze generatie pioniers bracht het kickboksen terug naar Nederland, waar iconische gyms als Mejiro, Chakuriki en Vos werden opgericht.

In 1993 werd in Japan de kickboksorganisatie K-1 opgericht, waarin met name Nederlandse zwaargewichten het extreem goed deden. Van de achttien keer dat er door de Japanse organisatie een Grand Prix wordt gehouden, wint er vijftien keer een Nederlander. Zo worden Nederlandse kickboksers als Peter Aerts, Ernesto Hoost en Sem Schilt grootheden in Japan, terwijl ze relatief onbekend blijven voor het grote publiek in Nederland. Laat vandaag de dag in een willekeurige Japanse sakébar de naam Ernesto Hoost vallen en Japanners reageren razend enthousiast.

Financiële problemen

Maar in het begin van het vorige decennium komt de K-1 financieel in zwaar weer. Oprichter Kazuyoshi Ishii wordt dan al langer gelinkt aan de Yakuza, de Japanse maffia. Ishii wordt onder meer gearresteerd voor het witwassen van geld en belastingontduiking. De K-1 dreigt failliet te gaan. Een steenrijke Franse hedgefundmanager, Pierre Andurand, is groot fan van de K-1 en doet een poging de organisatie te kopen, maar dat mislukt.

Daarop koopt hij met twee andere ondernemers, Marcus Luer en Scott Rudman, het Nederlandse vechtsportmanagement Golden Glory. Dat management vertegenwoordigt op dat moment tientallen, voornamelijk Nederlandse kickboksers. Daarnaast kopen ze het Nederlandse bedrijf It’s Showtime, dat kickboksevenementen organiseert. De bedrijven worden vervolgens samengevoegd tot kickboksorganisatie Glory. Pierre Andurand wordt de meerderheidsaandeelhouder.

Glory concentreert zich in de beginjaren op de export van de sport naar de Verenigde Staten. Van de eerste vijftig evenementen die Glory organiseert, vinden er 24 plaats in Noord-Amerika, van New York tot Californië. Een voorbeeld voor Glory in Amerika is de organisatie UFC (Ultimate Fighting Championship), dat MMA-gevechten organiseert. In MMA is naast het stoten en trappen ook onder meer worstelen toegestaan. In de VS is de UFC uitgegroeid tot een succes. In 2016 verkochten eigenaren Lorenza Fertitta, Frank Fertitta en Dana White de UFC voor 4 miljard dollar aan het bedrijf Endeavor. De UFC maakte vorig jaar omgerekend 130 miljoen euro winst op een omzet van 1,2 miljard euro.

Glory-topman Marshall Zelaznik.

Glory heeft eenzelfde groei voor ogen, maar de organisatie heeft moeite om met kickboksen voet aan de grond te krijgen in de Verenigde Staten. Er worden jaarlijks miljoenen geïnvesteerd, zonder dat hier veel voor terugkomt. De bezoekersaantallen van Glory komen er in de beginperiode bijvoorbeeld zelden boven de vijfduizend uit. Andere vechtsporten als boksen en MMA, waarvoor de UFC miljoenen in marketing pompt, slaan er beter aan dan kickboksen. Als Verhoeven in 2014 zijn eerste wereldtitel van Glory wint in Californië, zijn er vierduizend toeschouwers bij aanwezig.

In 2016 vindt er een kantelmoment plaats voor Glory, als de organisatie Badr Hari contracteert. Hari was een opkomend talent in de hoogtijdagen van de K-1, waar hij korte metten maakte met grootheden als Schilt en Aerts in hun top. Maar na het wegvallen van de K-1 ging hij niet meteen mee naar Glory. Hari koos er aanvankelijk voor om uit te komen voor organisaties in Rusland en de Verenigde Arabische Emiraten. In 2016 tekent hij dan toch bij Glory, waar hij direct tegenover Verhoeven wordt gezet in een flink gehyped gevecht. De partij vindt plaats in Oberhausen, Duitsland en er worden 13.000 kaarten verkocht. Hari staat voor op de scoringskaarten van de jury, als hij in de tweede ronde opgeeft met een armblessure.

Marokkaanse Nederlanders

Het gevecht is teleurstellend afgelopen voor het publiek, maar Glory beseft dat het een verdienmodel in handen heeft. Het is lang geleden dat de organisatie zoveel hype ervoer rondom een gevecht. Een cynische component van de hype wordt gevormd door spanningen in de Nederlandse samenleving tussen Nederlanders en Nederlanders met een Marokkaanse achtergrond. Glory lijkt hier gebruik van te maken om de hype rondom kampioen Verhoeven te voeden.

Voor zijn eerste gevecht tegen Hari had Verhoeven bij Glory nog nooit tegen een vechter met een Marokkaanse achtergrond gevochten. Na de hype rondom het eerste gevecht met Hari, zet Glory hem in zijn eerstvolgende tien gevechten nog vijf keer tegenover een vechter met een Marokkaanse achtergrond: Ismael Lazaar, Jamal Ben Saddik (twee keer), opnieuw Badr Hari en Tarik Khbabez.

Verhoeven wint al deze partijen, maar voelt zich niet altijd gemakkelijk bij de spanningen die hierbij komen kijken. Na zijn gewonnen gevecht met Ben Saddik in 2017 plaatst Verhoeven een statement op Instagram waarin hij mensen oproept zich te onthouden van discriminatie. „Waarom wordt er altijd gekeken naar hoe we verschillen van elkaar, in plaats van wat we met elkaar gemeen hebben?! Ben Saddik en ik zijn allebei atleten, we willen allebei presteren”, schrijft hij. Later concludeert hij bij RTL Late Night teleurgesteld dat er helaas weinig verandert: „Ik houd de comments nog steeds goed in de gaten, nog steeds blijven mensen negatief reageren.”

Toen ik wegging, werkten er zo’n veertig mensen bij Glory. Nu hebben we veertien werknemers

Marshall Zelaznik
directeur Glory

Glory trekt in die jaren aanvankelijk nog de wereld over met evenementen van Chicago tot Birmingham in Engeland. Maar significant succes wordt er pas weer geboekt eind 2019, als Verhoeven en Hari door Glory voor de tweede keer tegenover elkaar worden gezet, dit keer in het Gelredome in Arnhem. Het evenement verkoopt uit met 31.000 kaarten. Hari is opnieuw technisch de betere en staat tijdens het gevecht voor op de punten van de jury, als hij een draaitrap inzet en zichzelf blesseert. Weer loopt het gevecht tussen Verhoeven en Hari af met een sisser. Maar voor Glory is het commercieel een groot succes. Dat is broodnodig, omdat het bedrijf nog steeds verlies lijdt.

„Er is veel kapitaal in Glory geïnvesteerd”, vertelt Marshall Zelaznik, de huidige directeur van Glory, vanuit zijn huis in Californië. Zo investeerde de legendarische Chinese basketballer Yao Ming in 2016 in Glory. Zelaznik werd in 2018 naar Glory gehaald, nadat hij tien jaar voor de UFC had gewerkt. Bij de UFC was Zelaznik verantwoordelijk voor de internationale operaties. Glory haalde hem binnen om de kickboksorganisatie met zijn expertise ook een succes te maken. „Maar de kosten waren hoger dan de inkomsten. Met name de overhead van de organisatie was te groot”, aldus Zelaznik over zijn eerste periode bij de organisatie.

Schuldenlast te groot

Toen brak begin 2020 de pandemie uit en kon Glory tijdelijk geen evenementen organiseren. Het voortbestaan van de organisatie werd bedreigd. Zelaznik verliet Glory in mei dat jaar. Kort daarna ging de Nederlandse tak van Glory failliet. Om onder een deel van de schuldenlast uit te kunnen komen werden andere gelieerde bedrijven, onder meer in Singapore en de VS, geliquideerd. In juli 2020 werd Glory overgenomen door het Britse bedrijf GSUKCO, eveneens deels in eigendom van Glory-oprichters Andurand en Rudman.

Glory overleefde zo de pandemie, maar heeft wel een flinke jas uitgedaan. In maart van dit jaar keerde Zelaznik terug als directeur. „Toen ik er wegging, werkten er zo’n veertig mensen bij Glory. Nu hebben we veertien werknemers”, zegt Zelaznik. Glory organiseert ook minder evenementen. De aandacht is meer komen te liggen op Nederland, met uitstapjes binnen Europa. Dit jaar organiseerde Glory negen evenementen, in Parijs, Zagreb, Antwerpen en zes in Nederland.

Het is de ambitie van Zelaznik dat Glory de komende vijf jaar weer meer evenementen buiten Europa gaat organiseren, met een diversere groep vechters. De meeste vechters komen vooralsnog uit Nederland. De organisatie wil van hen een ‘exportproduct’ maken, „zoals Coca-Cola vanuit de VS is geëxporteerd”, aldus Zelaznik. Hiervoor moet Glory hype weten te creëren rondom nieuwe vechters. In de vechtsport wordt het stokje doorgaans via directe confrontaties doorgegeven. Zo won Hari als nieuwkomer van de generatie boven hem, en Verhoeven op zijn beurt van oudere vechters als Hari.

Deze rit netjes uitzitten, dan heb ik het heel goed gedaan

Rico Verhoeven
kickbokser

Nu is het de vraag of het iemand lukt Verhoeven te onttronen, voordat hij met pensioen gaat. Zijn tegenstander Rigters wordt vaak gezien als een jongere versie van Verhoeven. Hij komt over als een vriendelijke jongen, komt goed uit zijn woorden en heeft qua uitstraling de potentie om een ster te worden. Glory wil graag een ster van hem maken, maar daarvoor moet hij de titel pakken. Dat botst met de wens van Verhoeven. Hij wil zijn ongeslagen reeks als kampioen van Glory vasthouden totdat hij ermee ophoudt. „Dat is voor mij het allerbelangrijkste”, zegt Verhoeven in gesprek met NRC. „Deze rit netjes uitzitten tot het einde en dan hebben we het heel goed gedaan.”

De regerend kampioen in het zwaargewicht verwacht geen vijf jaar meer te vechten. „Glory moet nieuwe sterren bouwen”, aldus Verhoeven. Een eerste mogelijkheid daarvoor dient zich dit weekend aan, als Verhoeven in de ring stapt tegen de zes jaar jongere Rigters. Mentaal wordt dit gevecht een grote uitdaging voor Rigters. Afgelopen zondag verloor hij zijn vader. Het evenement, dat nog niet is uitverkocht, lijkt desondanks door te gaan.