De levendige videoclip bij het Jungle-nummer ‘Back on 74’ is een dikke jaarfavoriet. In één shot in één ruimte vlecht de film dansscènes aan elkaar van onverschrokken vrouwen en smachtende, jagende mannen. De een danst nog aanstekelijker dan de ander: kronkelend in sensuele dansjes, staccato moves – alles schijnbaar moeiteloos maar juist hoogst gedetailleerd in een choreografie van het Nederlandse danstalent Shay Latukolan. Die dansjes, er zijn meer video’s van datzelfde dansteam, gingen dit jaar viral in diverse challenges op sociale media als TikTok en Instagram.
Die magische videoclips mogen in al hun nostalgische sfeer de populariteit van de Britse ‘modernsoul’-formatie Jungle flink vergroot hebben, zelf is de band sinds zijn debuut in 2014 in die videoclips afwezig. Vanaf de briljant meevoerende debuutsingles ‘The Heat’ en ‘Busy Earnin’, met hun sluipende beats, straatgeluiden en altijd stuwende groove, omhullen de twee bandoprichters, Josh Lloyd-Watson en Tom McFarland (‘J &T’) zich liever in wolken van mysterie – al geven ze wel interviews. Liever zetten ze hun muziek voorop.
Dat is zeker ook het geval in de Afas Live in Amsterdam, woensdag, waar Jungle zijn meest pakkende nummers brengt, vooral van het dit jaar uitgekomen album Vulcano. Het contrast met die prachtige video’s kon echter niet groter zijn.
Als het rode toneeldoek met een knal naar beneden valt, staan zes bandleden met hun instrumenten over de hele breedte van het podium opgesteld in broeierig rood licht. In het midden: de twee frontmannen achter hun keyboards. Boven de digitale schermen baadt de bandnaam in forse letters in zonnestralen van led-licht. En zo zal het blijven.
Waar op valt te rekenen bij Jungle: vervlochten falsetstemmen in gesuikerde harmonieën, samenvloeiende synths, funky discogitaartjes, soepele basgrooves, handklapjes, voetstappen en kreetjes als ‘hey, how are you doing’. Vanaf de eerste noot is het stralende feelgood in een volgepakte Afas Live. De band heeft duidelijk veel nieuw publiek aangetrokken door de video’s.
Wiegende discosoul
Van intieme clubshows ging Jungle de afgelopen jaren naar popfestivals als Lowlands tot concertzalen van formaat. De wiegende discosoul blijkt goed uit te vergroten, met vooral pompende bassen en de ontwapenende, rijk geïllustreerde liedjes, afkomstig van nu vier albums, verliezen niets aan kracht. De hoge stemmen, met extra zangeres, leiden.
Zo staan nummers als ‘The Heat’, het volle ‘Time’ en de discofunk van ‘All of the Time’ dus muzikaal stevig. Maar een goed concert heeft méér. De statische vorm van die uitgestrekte band, waarvan de bandleden meestentijds vooral opgaan in het flikkerende decor, gaat zich steeds meer wreken. Best saai zo.
Deze cleane, rimpelloze uitvoeringen voelen meer als opwarmers voor een lange dansnacht dan dat het een intense beleefde podiumact is. En als tophit ‘Back to 74’ aan de beurt is, of het minstens zo lekkere ‘I’ve Been in Love’, waarvoor gastrapper Channel Tres zijn hitsige bijdrage levert vanaf het beeldscherm, is het vergeefs hopen op die geweldige dansers die alles fraai kunnen uitbeelden en dragen.