Gevonden explosieven bij NAVO-pijpleiding passen in een patroon

In het Duitse stadje Bellheim, iets ten noorden van Karlsruhe in de deelstaat Rheinland-Pfaltz, zijn in november explosieven ontdekt op een paar honderd meter van een belangrijke NAVO-pijpleiding. Volgens de Süddeutsche Zeitung maakt de pijpleiding deel uit van het zogeheten Central Europe Pipeline System (CEPS), een nog steeds gebruikt distributiesysteem voor kerosine, benzine en diesel dat de NAVO gebruikt sinds de Koude Oorlog.

Een paar honderd gram aan explosieven was samen met een ontstekingsmechanisme en twee handgranaten van Joegoslavische makelij veilig verpakt in plasticfolie en op ongeveer een halve meter diepte begraven. Het pakket werd in november gevonden tijdens werkzaamheden aan een elektriciteitsmast en zou maximaal een jaar tot anderhalf jaar geleden op de plek zijn begraven.

Er zijn geen aanwijzingen gevonden over daders, maar begin deze maand waarschuwde de NAVO voor mogelijke „vijandige” activiteiten van Rusland in heel Europa. In een schriftelijke verklaring liet de alliantie weten „zeer bezorgd te zijn over recente kwaadaardige activiteiten” vanuit Moskou, die een bedreiging vormen voor de westerse veiligheid. Volgens de verklaring probeert Rusland met „desinformatie, sabotage, geweld, cyber- en elektronische aanvallen en andere hybride operaties” het Westen te destabiliseren. Volgens de verklaring zijn de incidenten „onderdeel van een intensivering van activiteiten die Rusland blijft uitvoeren” in het hele gebied van het bondgenootschap.

Hybride oorlogsvoering

Ook Duitse veiligheidsdiensten waarschuwen al langer voor ondermijnende Russische activiteiten op Duits grondgebied. De Süddeutsche Zeitung citeert een agent van de veiligheidsdienst die zegt dat Duitsland er rekening mee moet houden „dat Moskou in de komende weken en maanden de volle bandbreedte van een hybride oorlogsvoering tegen [het land] inzet, inclusief vormen van sabotage”. De oorlog in Oekraïne „is hier al lang gearriveerd”, aldus de agent.

Thomas Haldenwang, het hoofd van de BfV, de Duitse binnenlandse veiligheidsdienst, sprak onlangs van een verhoogd risico op aanslagen gericht tegen kritische infrastructuur, informatie- en communicatietechnologie en de energievoorziening. Ook Haldenwangs collega Anne Keast-Butler, van de Britse geheime dienst GCHQ, waarschuwde onlangs voor cyberaanvallen, maar ook „fysieke bewakings- en sabotageactiviteiten”.

Vooralsnog is onduidelijk of de in Bellheim gevonden explosieven iets te maken hebben met eventuele Russische acties tegen NAVO-landen. Zeker is wel dat verschillende NAVO-landen de afgelopen twee jaar herhaaldelijk Russische diplomaten hebben uitgewezen op verdenking van spionage.

Ook openlijk gaat Rusland steeds vaker de strijd aan met het Westen. Estland meldde donderdagochtend dat Russische grensbewakers de nacht ervoor tientallen boeien hebben verwijderd uit de Narva, de grensrivier tussen beide landen. De boeien werden tien dagen geleden door Estse grensbewakers aangebracht binnen de eigen territoriale wateren, om de vaarroute te markeren, en te voorkomen dat Estse schepen per ongeluk in Russische wateren terechtkomen.

De markeringen worden jaarlijks opnieuw geplaatst omdat de rivierbedding en de vaargeul door de stroming veranderen. Daarover zijn volgens de Estse autoriteiten jaren geleden al afspraken met Rusland gemaakt. Maar sinds de Russische inval in Oekraïne verzet Rusland zich tegen een deel van de markeringen. Van de vijftig geplaatste boeien zijn er 24 verwijderd.

„Deze actie van Rusland, uitgevoerd in de schaduw van de nacht, past goed binnen het bredere patroon van Ruslands provocerende gedrag, ook aan de grenzen met zijn buurlanden”, aldus een verklaring van het Estse ministerie van Buitenlandse Zaken. Rusland heeft nog niet gereageerd.

Estland, tot 1991 deel van de Sovjet-Unie, maakt zich al langer grote zorgen over het buurland. In een bijeenkomst met buitenlandse journalisten waarschuwde minister van Defensie Hanno Pevkur afgelopen november dat de oorlog in Oekraïne „de veiligheidsarchitectuur voor de komende decennia definieert, vooral in Europa”. Volgens Pevkur hoeft Europa zich geen illusies te maken over de Russische president Poetin. Hij zal doorgaan „de kwetsbaarheid van de NAVO en de besluitvorming binnen de NAVO op de proef te stellen”. De Estse hoofdstad Tallinn, waar het Cooperative Cyber Defence Centre of Excellence van de NAVO gevestigd is, heeft volgen Pevkur al sinds 2007 voortdurend te maken met Russische cyberaanvallen.

Territoriale wateren

Het weghalen van de boeien in de Narva gebeurde in dezelfde week dat het Russische ministerie van Defensie ineens een resolutie over een eenzijdige aanpassing van de zeegrenzen in de Oostzee publiceerde. Daarin stond, zonder nadere toelichting, dat Rusland de in 1985 vastgelegde grenzen van de territoriale wateren bestrijdt, omdat die „niet volledig overeenkomen met de moderne geografische situatie”. In een toelichting zei het Kremlin tegen persbureau Reuters dat het geen politiek voorstel was, maar dat het gaat om „relevante stappen” die nodig zijn om de „veiligheid te garanderen”.

De resolutie werd later van de website van het ministerie verwijderd, maar de onrust in de Oostzee-landen was daarmee niet verdwenen. De Zweedse premier Ulf Kristersson zei dat zo’n eenzijdige aanpassing in strijd zou zijn met het verdrag dat ook door Rusland is ondertekend. Met het betwisten van de grenzen „schendt Rusland een VN-verdrag”, aldus de Finse minister van Buitenlandse Zaken Elina Valtonen. „De hele wereld zal zich daartegen keren”, aldus Valtonen.

De Litouwse minister van Buitenlandse Zaken, Gabrielius Landsbergis, sprak van een poging van Rusland „om angst, onzekerheid en twijfel te zaaien over zijn bedoelingen in de Oostzee”. De Duitse minister van Defensie Boris Pistorius, op bezoek in Litouwen, bevestigde dat: „Wat het ook was, of nog steeds is, het lijkt in ieder geval weer een voorbeeld van het door en door verraderlijke soort hybride oorlogsvoering dat Poetin beoefent.”