Duizenden Gazaanse burgers zijn de afgelopen dagen na een Israëlisch evacuatiebevel voor de zoveelste keer gedwongen met hun gezinnen en schaarse overgebleven bezittingen op zoek te gaan naar nieuwe gebieden waar ze – als het meezit – iets meer veiligheid kunnen verwachten. En zo vulden de stoffige wegen vanuit Khan Younis en Rafah zich opnieuw met een lange stroom voetgangers, ezelskarren en zelfs patiënten die door anderen op rolstoelen werden voortgeduwd, zonder enige garantie op voldoende voedsel, schoon water of medische zorg op hun nieuwe locatie.
Bij een Israëlische luchtaanval kwamen intussen volgens de Palestijnse autoriteiten twaalf mensen om het leven in de plaats Deir al-Balah, onder wie negen leden van dezelfde familie. De aanval zou hebben plaatsgevonden in een gebied dat door het Israëlische leger als veilig was aangemerkt. Een van de slachtoffers was volgens lokale autoriteiten een chirurg van het Nasser-ziekenhuis in Khan Younis.
Volgens de Verenigde Naties moesten als gevolg van het Israëlische evacuatiebevel van maandagavond voor een dichtbevolkt gebied in het zuiden van de Gazastrook 250.000 mensen kiezen of ze opnieuw de wijk wilden nemen. Sommigen besloten overigens te blijven waar ze zaten. Wel sliepen ze in de nacht van dinsdag op woensdag in de buitenlucht, uit angst voor bombardementen op de gebouwen waarin ze verbleven. Volgens Sigrid Kaag, de coördinator voor humanitaire hulp van de VN, zijn er nu 1,9 miljoen Gazanen ontheemd, dat wil zeggen 80 procent van de bevolking. „Nergens in Gaza is het veilig”, zei Kaag.
„We zijn het trekken en het ontheemdenbestaan moe”, verklaarde Munir Hamza, vader van een gezin met drie kinderen die zijn huis in Khan Younis al voor de tweede keer achter zich liet, tegen het persbureau Reuters. „Dit is ondraaglijk.”
We zijn het trekken en het ontheemdenbestaan moe
Het Israëlische leger besloot tot nieuwe militaire actie tegen doelen in Khan Younis en omgeving omdat Hamas van daaruit daags tevoren een twintigtal raketten had afgevuurd op Israël, zonder overigens veel schade aan te richten. Dat Hamas er echter in slaagde om weer vanuit Khan Younis raketten af te schieten was opmerkelijk. Israël had zich immers al in april teruggetrokken uit de zuidelijke stad omdat het leger die stad, de tweede van de Gazastrook, na maandenlange gevechten stevig in handen leek te hebben.
Machtsvacuüm
Dit past in een patroon dat de Israëlische strijdkrachten al enige tijd zorgen baart. De generaals constateren dat Hamasstrijders steeds weer op plaatsen opduiken waaruit ze eerder verdreven waren. Zij wijten dat aan het machtsvacuüm dat Israël in zulke gebieden heeft laten ontstaan, mede doordat Israël verzuimd heeft een alternatief civiel bestuur op te zetten. Burgers zijn daardoor aangewezen op de restanten van het burgerlijke bestuur van Hamas, dat na zeventien jaar tamelijk diep verankerd was en nauwe banden met de gewapende tak van Hamas onderhoudt.
„Degenen die denken dat we Hamas zouden kunnen laten verdwijnen, hebben het bij het verkeerde eind”, verklaarde de hoogste legerwoorder, Daniel Hagari, al in een interview op 19 juni. De generaals maar ook minister van Defensie Yoav Gallant bepleiten al enige tijd bij premier Netanyahu om met een politiek plan voor de periode na de oorlog te komen, dat de Gazanen een geloofwaardig alternatief voor Hamas zou kunnen bieden. Zonder zo’n plan zou het leger anders steeds bezig blijven om nieuwe verzetshaarden te bestrijden en zou de oorlog onbeperkt kunnen voortduren. Netanyahu heeft tot dusverre echter geen gehoor gegeven aan deze wens van de militairen.
Inmiddels dringt de legertop er volgens berichten in onder meer The New York Times op aan bij de regering van premier Netanyahu om akkoord te gaan met een bestand met Hamas, ook al zou dat betekenen dat Hamas voorlopig nog in de Gazastrook zou kunnen blijven zitten. Volgens de militairen is dit ook de beste manier om de resterende gijzelaars in handen van Hamas vrij te krijgen.
Ook speelt hierbij volgens de krant mee dat de militairen zich zorgen beginnen te maken dat hun manschappen uitgeput beginnen te raken en dat ze door hun munitie en andere essentiële voorraden beginnen heen te raken. Dat zou Israël duur kunnen komen te staan bij een eventuele escalatie van het conflict met het Libanese Hezbollah aan zijn noordgrens. Juist dinsdag herhaalde de nummer twee van Hezbollah, Sheikh Naim Qassem, dat Hezbollah zijn beschietingen van Noord-Israël meteen zal staken als Israël een wapenstilstand sluit met Hamas. Netanyahu heeft daarentegen – evenals minister Gallant – juist gezinspeeld op een grotere oorlog met Hezbollah.
Tijdelijk bestand
Netanyahu heeft bovendien steeds betoogd dat Hamas wel degelijk militair kan en moet worden verslagen. Hij heeft weliswaar een tijdelijk bestand aangeboden maar weigert op de eis van Hamas van een permanent bestand in te gaan. Netanyahu voelt daarbij de hete adem in de nek van zijn radicale coalitiepartners Itamar Ben-Gvir en Bezalel Smotrich, die hebben gedreigd de regering ten val te brengen als Netanyahu instemt met een bestand.
In dat geval zou de politieke loopbaan van Netanyahu waarschijnlijk ten einde zijn en zou hij zich – zonder de immuniteit voor strafvervolging die hij als premier geniet – voor de rechter moeten verantwoorden in een aantal corruptieprocessen.
Hoewel de Israëlische regering onderstreept dat de intensiteit van de gevechten in de Gazastrook is afgenomen – wat inderdaad blijkt uit het minder snel stijgende Palestijnse dodental, dat nu op circa 38.000 staat – blijven de gevechten door het uitblijven van een bestand tussen beide zijden steeds weer opflakkeren. Zo is het conflict in een vicieuze cirkel terechtgekomen, waarbij humanitaire hulp slechts op beperkte schaal mogelijk is en het lijden van de bijna twee miljoen ontheemde Gazanen onverminderd voortduurt.
Lees ook
Niet alle Palestijnen in Gaza zijn blij met Hamas, maar bij wie kunnen ze anders terecht?