Frida „We zijn eigenlijk met z’n drieën: Nora, onze zus Selma en ik. Ik deel een huis met Selma en we wonen vlak bij Nora. We spreken elkaar heel veel. De afgelopen jaren hebben we alle drie een creatieve ommezwaai gemaakt. Ik heb zes jaar bij Heineken gewerkt en schrijf nu. Nora en Selma hebben allebei wiskunde gestudeerd en zijn inmiddels kunstenaar en documentairemaker. Bij Heineken droeg ik brave Deense merken die ik totaal niet boeiend vond. Nu is er geen onderscheid meer tussen wat ik draag als ik aan het werk ben en in mijn vrije tijd. Ik hoef geen bedrijf te representeren.
„Kleding hoeft niet al te serieus te zijn. Zoals deze eendenslippers van rubber, zo dom dat ik ze móést hebben. Ze kostten 1 euro op de markt in Istanbul.
„Ik leen graag kleding van mijn zussen. Nora en ik dragen allebei veel kleur. Haar stijl is wat vrouwelijker, ik kleed me wat stoerder. Selma heeft dat stoere ook, maar draagt meer donkere kleuren.
„Onze moeder is in Egypte geboren en op haar 25ste naar Nederland gekomen. We dragen allemaal veel goud uit Egypte. Je hebt daar hele straten met alleen maar goud. Het is echt een familieding om daar met z’n allen een dag heen te gaan en af te dingen.
„Onze moeder is vaak onderdeel van onze modesuccessen. Ze kan goed naaien. Een dag voor mijn boekpresentatie zat ik in de stress; ik had een mintgroen pak gekocht dat nét niet goed zat. Toen heeft zij het snel passend gemaakt. Ze koopt ook vaak tweedehands dingen voor ons. Ze is geen fashion victim, maar is wel expressief en draagt veel kleur. Ze kijkt goed naar materialen: zijdes, bepaalde types wol, echt leer. Als je daarop let, kun je héél lang met kleren doen.
„Onze opa uit Egypte had ook echt stijl. Hij ging altijd distinguished de deur uit, in een mooi linnen pak met een petje erbij. Zijn overhemden hangen nu in mijn kast. Op mijn auteursportret heb ik er een aan, maar ik draag ze niet veel, want ik ben er heel zuinig op.
„Mijn moeder heeft van een grote keffiyeh kleinere sjaaltjes gemaakt zodat ik ze makkelijker ergens aan vast kan knopen, zoals een tas. Ik loop er bijna elke dag mee. Toen ik meedeed aan De slimste mens had ik een kleine button met een Palestijnse vlag opgespeld. Ik kreeg veel lieve berichten, maar ook DM’s waarin ik bijvoorbeeld ‘hamashoer’ werd genoemd. Ach, dat hoort er blijkbaar bij. Zo’n sjaal of vlaggetje is maar een klein gebaar, maar wel een manier om je uit te spreken tegen onrecht en anderen daar misschien in mee te nemen.”
De dag dat we allebei dezelfde witte nepleren jas van CoolCat kregen is een core memory geworden
Nora „Ik draag al jaren een Palestijnse sjaal. Laatst kwam iemand naar me toe om te vragen of ik wist wanneer de volgende pro- Palestina-demonstratie was. Je kunt er dus echt iets mee in beweging zetten.
„Toen we heel jong waren wilden Frida en ik per se allebei dezelfde witte nepleren jas van CoolCat hebben, maar die mochten we niet van onze moeder. De dag dat we ’m uiteindelijk tóch kregen van onze vader is een core memory geworden. We huppelden in onze nieuwe jassen door het winkelcentrum van Amstelveen.
„Ik draag graag kleren van onze moeder. Laatst had ik iets nodig voor een bruiloft. Dan denkt ze graag mee. Ze heeft uiteindelijk het zijden pak waarin ze getrouwd is voor me ingekort en heeft er ook nog een mooie ketting bij gezocht.
„Dit pak heb ik zo’n twee jaar geleden bij de IJhallen [tweedehandsmarkt in Amsterdam] gekocht. Daar komt veel van mijn kleding vandaan – deze loafers bijvoorbeeld. Het pak kostte 30 of 40 euro. Niet duur voor een wollen pak, al heb ik daar ook wel eens een paar laarzen voor 2 euro gekocht. De kleur en knopen maken het anders dan anders. Ik draag het tijdens bijzondere gelegenheden als mijn verjaardag, of de opening van mijn eerste expo.
„Ik koop bijna nooit iets nieuws. Ik ben heel constant in mijn smaak. Dit pak had ik tien jaar geleden ook leuk gevonden. Ik heb een jurkje dat ik op de middelbare school al had en twee jaar geleden nog droeg.”
„Ik hou erg van kleur. In mijn kledingkast en in mijn werk. Ik ben altijd op zoek naar mooie kleurencombinaties en maak foto’s van kleuren die ik tegenkom. Dat kunnen rommeltjes op straat zijn of bijvoorbeeld mijn handschoen voor een glanzende leuning. Ik heb honderden foto’s van herfstbladeren op mijn telefoon staan.”
