Even was het Binnenhof open voor bezoek

Stoffige bende. Het lijkt op het eerste gezicht heel even een veehal, zanderige vloer, fel licht, het vee misschien net weg. Of een concerthal voor aanvang: linten klaar, dranghekken in positie. De plenaire zaal van de Tweede Kamer in het parlementsgebouw op het Binnenhof is gestript. Het vale, mintgroenige tapijt is weg. De blauwe zetels overgebracht naar de Bezuidenhoutseweg even verderop in Den Haag, waar het parlement huist tot de renovatie van het Binnenhof voorbij is.

De zaal is leeg, al sinds 2021. Er zijn wel mensen die de zaal in de tussentijd hebben gezien: de bouwlieden, projectleiders, Splinter Chabot (voor de NPO-serie Ondertussen aan de Hofvijver). Maar voor de meeste mensen is de zaal tot nader orde verdwenen.

Zaterdag ging de Binnenhofbouwplaats even open. Het was de Dag van de Bouw. Die is voor de rest van bouwend Nederland op 21 juni, maar Den Haag loopt voor vanwege de aankomende NAVO-top. Bezoekers liepen onder begeleiding door gebouwen van de Eerste Kamer, de Tweede Kamer en het ministerie van Algemene Zaken.

Bezoekers in zomerse kleding tijdens openstelling van het Binnenhof.
Foto Bart Maat


Als je in de Trêveszaal naar boven kijkt, zie je de plafondschildering uit 1698 van Theodoor van der Schuer, een Haagse schilder die vooral werkte met plafonds en schoorstenen.

Foto Bart Maat

Bezoekers in de Trêveszaal tijdens openstelling van het Binnenhof voor de Dag van de Bouw.
Foto Bart Maat

De Trêveszaal uit 1697 was de vaste vergaderruimte van de ministerraad. Het is, in tegenstelling tot de vergaderzaal van de Tweede Kamer, een ruimte waar bezoek zeldzaam is. Zo ongeveer waar de mensen zaterdag stonden, stond een lange tafel. Als de tafel er nu nog zou staan, zou ‘ie tot buiten het frame van de foto reiken. Aan het midden van de lange zijde van de tafel zat de premier, met zijn gezicht naar de ramen. Om hem heen: de ministers. En daar weer omheen: geschilderde portretten van stadhouders.

Die portretten zijn de zaal uit. Dat is eerder gebeurd, rond 1880, toen het Binnenhof ook een grote renovatie onderging, zo ontdekte het Rijksvastgoedbedrijf. Nu staan de schilderijen in depots, tot ze terug kunnen

Bezoekers in de oude zaal van de Tweede Kamer, de parlementszaal werd tot 1992 gebruikt.
Foto Bart Maat

Op de pilasters in de oude zaal van de Tweede Kamer (of spreken we inmiddels van ‘vorige oude zaal’?) is wat informatie geplakt. De zaal was in gebruik tot 1992, er hadden groene bankjes gestaan die nog tegenover elkaar waren opgesteld, als in het Britse Lagerhuis, in plaats van in een halve cirkel.

De bezoekers zien een foto van hoe het was kort voor de huidige verbouwing. Groot tapijt, met dertig gekleurde blokken. Grote lichtarmaturen die de ruimte de Moderne Tijd in hielpen.

Bezoekers in de wandelgangen rondom de plenaire zaal, in de nieuwbouw aan het Binnenhof uit 1992.

Foto’s Bart Maat

De bedoeling van architect Pi de Bruijn, de man die het parlementsgebouw ontwierp dat in 1992 in gebruik werd genomen aan het Binnenhof, was dat het een beetje transparant moest zijn. Vanaf buiten, had hij bedacht, moesten mensen naar binnen kunnen kijken, zo de wandelgangen in turen, zien wie wat besprak, met wie.

De komende jaren zullen de gesprekken in de wandelgangen nog gaan over bedrading, isolatie, installeringen, ventilatie. Maar ook deze verbouwing zal eindig zijn.

Zo’n gordijn hoeft een ruimte niet aan het zicht te onttrekken.
Foto Bart Maat


De Hofvijver is onderdeel van de grote verbouwing.
Foto Bart Maat