Europa lijdt aan een ‘lanceercrisis’. De Ariane 6 moet daar een einde aan maken

Ariane 6, de nieuwe Europese draagraket, staat klaar op een lanceerplatform in Kourou, in Frans Guyana. Als alles goed gaat ontbranden de raketmotoren onder het 56 meter hoge gevaarte dinsdagavond 9 juli tussen acht uur en middernacht (Nederlandse tijd), en brengt de raket twee experimentele capsules en een aantal satellieten naar een baan om de aarde.

Deze lancering, na jaren van technische problemen en uitstel bij de ontwikkeling, moet eindelijk een einde maken aan de Europese ‘lanceerderscrisis’. Dat is de term die Joseph Aschbacher, directeur van Europese ruimtevaartorganisatie ESA, vaak gebruikte om te hameren op het dreigende tekort aan Europese draagraketten.

Toen de ontwikkeling van Ariane 6 begin jaren tien begon, moest de raket volgens planning in 2020 voor het eerst het luchtruim kiezen, twee jaar voor de laatste vlucht van voorganger Ariane 5, die te duur geworden was. Op zichzelf zijn uitstel en kostenoverschrijdingen van ontwikkelingsprojecten in de ruimtevaart geen uitzondering, maar dat de Ariane 6 vier jaar op zich liet wachten, kwam wel heel ongelukkig uit.


Lees ook

Laatste Ariane 5-lancering luidt Europese ruimtecrisis in

In de nacht van vrijdag op zaterdag (Nederlandse tijd) gaat in Frans Guyana de allerlaatste Ariane 5-raket de lucht in. Haar opvolger laat nog op zich wachten.

In 2022 kwam met de Russische inval in Oekraïne namelijk een abrupt einde aan het gebruik van de betrouwbare en relatief goedkope Russische Sojoez-raket (al wordt die nog wel gebruikt om westerse astronauten naar het internationaal ruimtestation ISS te brengen, iets wat Europa niet zelf kan). In december 2022 mislukte de lancering van de kleinere Europese Vega C-raket, waarmee ook dat alternatief voorlopig onbruikbaar werd.

Intussen werd het belang van strategische autonomie in de ruimtevaart, steeds duidelijker: Europa moet zijn eigen satellieten en ruimtemissies kunnen lanceren, inclusief bijvoorbeeld Franse militaire satellieten. Belangrijke Europese ruimtevaart-paradepaarden, zoals de wetenschappelijke Euclid-ruimtetelescoop en satellieten voor het navigatiesysteem Galileo, moesten bij gebrek aan ander vervoer naar de ruimte geschoten worden met de Falcon 9-raket van de commerciële concurrent SpaceX van Elon Musk.

Commerciële markt

Ooit lagen de kaarten heel anders. Ariane 5, de succesvolle voorganger, vloog 117 keer en was tijdens de jaren nul de hoofdrolspeler op de commerciële markt voor satellietlanceringen. Daar kwam een eind aan met de komst van de Falcon 9. Deze Amerikaanse no-nonsense-raket, vrijwel geheel in eigen huis gebouwd in grote aantallen, is deels herbruikbaar. De eerste trap, inclusief de dure raketmotoren, landt na gebruik weer op een ponton in zee, en ook de neus van de raket wordt opgevangen. Terwijl een Ariane 5-vlucht zo’n 150 miljoen euro kostte, heb je al een Falcon 9-lancering voor zo’n 67 miljoen dollar.

Met zo’n 75 miljoen euro duikt Ariane 6 daar niet onder, volgens critici door een veel te conservatieve ontwikkelingsstrategie. Niets aan de Ariane 6 is herbruikbaar. Tekenend was een opmerking van een vertegenwoordiger van Ariane-bouwer ArianeSpace, die in 2013 schamperde over de herbruikbaarheidsplannen van SpaceX: „Mensen die dromen moet je niet wakker maken.”

Toch is Ariane 6 op punten wel degelijk vernieuwend. Modernere, gestroomlijnde productietechnieken maken de fabricage goedkoper. De splinternieuwe raketmotor van de tweede trap, Vinci, kan herhaaldelijk afschakelen en herstarten, zodat meerdere satellieten in precies de juiste baan afgeleverd kunnen worden, een mogelijkheid die Falcon 9 niet biedt. Dat levert veel minder reistijd op voor hoge geostationaire banen om de aarde. Ook kan de rakettrap na gebruik terug naar de aarde afgestort worden, wat goed past in het Europese ‘zero-debris’-beleid om helemaal geen ruimtepuin achter te laten in een baan om de aarde.

Ontsteking uit Klundert

De ontwikkeling van de raket, die 3,6 miljard euro kostte, is een grotendeels Frans project. Gebaseerd op nationale bijdragen aan het ESA-budget kregen Franse ruimtevaartbedrijven 56 procent van de contracten, Duitse 22 procent, tegen 1,6 procent voor Nederlandse bedrijven. Airbus Netherlands in Oegstgeest, het voormalige Fokker Space, levert de frames waarin de raketmotoren zijn opgehangen, en APP uit Klundert ontstekers voor de raketmotoren. Ook wordt de raket deels in elkaar gezet in een productiefaciliteit in Oegstgeest, waarna onderdelen over water via Rotterdam naar Frankrijk verscheept worden. De hele raket wordt naar Zuid-Amerika gevaren met het futuristisch ogende vrachtschip Canopée, deels op zeilkracht.

Inmiddels zijn er dertig contracten voor lanceringen getekend, waarvan achttien voor Project Kuiper, een constellatie van internetsatellieten van Amazon, dat een concurrent moet worden voor SpaceX’ Starlink-netwerk. Er zijn twee varianten beschikbaar: Ariane 62, met twee booster-raketten op vaste raketbrandstof onderaan de eerste trap, kan tien ton naar een lage aardbaan brengen, fors minder dan de 18 tot 23 ton van Falcon 9. De Ariane 64 komt met vier boosters tot 22 ton. De twee hoofdrakettrappen branden op de oude en vertrouwde combinatie van extreem koud vloeibaar waterstof en vloeibaar zuurstof, bekend van de Space Shuttle.


Lees ook

Allerlaatste lancering van de Ariane 5-raket, het Europese ruimtevaart-werkpaard

Allerlaatste lancering van de Ariane 5-raket, het Europese ruimtevaart-werkpaard

Technici en managers op Kourou zijn al weken bezig met de lanceercampagne, voorbereidingen die zeker bij een debuutvlucht intens en zenuwslopend kunnen zijn. Als ze op hun nagels bijten terwijl Ariane 6 brullend opstijgt boven de Guyanese jungle, kunnen ze zich vasthouden aan de gedachte dat een ongelukkige aanloop geen doodvonnis hoeft te zijn. In 1996 eindigde het debuut van de later zo succesvolle Ariane 5 na 37 seconden in een gigantische explosie.