De Erasmus Universiteit zet voorlopig geen lopende samenwerkingen met Israëlische universiteiten stop. Dat heeft de Rotterdamse universiteit donderdag bekendgemaakt na het ‘voorlopige’ advies van een ethische commissie. Daarmee lijkt de universiteit niet tegemoet te komen aan de eisen van demonstranten die sinds de oorlog in Gaza pleiten voor het direct verbreken van banden met Israëlische instellingen. In reactie op deze protesten richtten tal van universiteiten ethische commissies op. De commissie van de Erasmus Universiteit is de eerste die met een advies komt.
Wat de universiteit naar eigen zeggen wel gaat doen, is toekomstige samenwerkingen met universiteiten en andere instellingen in zowel Israël als Palestina ‘bevriezen’. Academici die een dergelijke samenwerking willen opstarten, moeten die eerst voorleggen aan de Adviescommissie Gevoelige Samenwerkingsverbanden van de universiteit. Als die positief oordeelt en ook goedkeuring volgt van het college van bestuur of de decaan van de betreffende faculteit, kan de samenwerking alsnog doorgaan.
De huidige partnerschappen, het gaat om „een tiental”, worden de „komende maanden” individueel beoordeeld. Dat zegt Ruard Ganzevoort, decaan van het Institute for Social Studies en voorzitter van de adviescommissie in een reactie aan NRC. „Aan huidige samenwerkingen zitten soms juridische verplichtingen.”
‘Geen argumenten voor totale ban’
Over reizen van Rotterdamse studenten en medewerkers van en naar Israël en Palestina spreekt de commissie zich helder uit: „deze zijn qua veiligheid niet verantwoord”. Over reisbewegingen van Israëlische academici en studenten velt de commissie geen oordeel. „Voor een totale ban hebben we op dit moment geen goede argumenten.”
Het voorlopige advies dat de commissie aan de Erasmus Universiteit heeft gegeven gaat nadrukkelijk om zowel Israël als Palestina. „We zijn ons er heel erg van bewust dat de mensenrechtensituatie in die twee niet dezelfde is”, zegt Ganzevoort. „Maar in beide gevallen speelt de vraag of ze betrokken zijn bij geweld. We mogen niet naïef zijn.”
Alle universiteiten in Gaza zijn na maanden oorlog beschadigd of verwoest. Academici en activisten beschuldigen Israël van ‘scholasticide’, het bewust vernietigen van Palestijnse kennis.
Balans
In gesprek met NRC vroeg Ganzevoort zich in juni af: „Waar ligt de balans tussen academische vrijheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid?” Inmiddels is zijn antwoord op die vraag: „In algemene zin kun je stellen dat het risico op mensenrechtenschendingen groter is geworden.” Maar dat wil volgens Ganzevoort niet zeggen dat iedere Israëlische universiteit of instelling bij het geweld betrokken is. „Zoiets staat niet op hun website.”
En dus is „zorgvuldigheid’ geboden. „Natuurlijk is het goed dat er mensen zijn die hun boosheid laten merken”, verwijst Ganzevoort naar de universiteitsprotesten die mede aanleiding waren voor de oprichting van zijn ethische commissie. „Zoiets hoort bij het wetenschappelijke debat. We mogen onze ogen niet sluiten, maar we mogen ook niet onze onderbuik volgen.”
Lees ook
Nederlandse universiteiten bestuderen hun banden met Israël: ‘Heb je alternatieven?’