Er gaat ook dreiging uit van een land dat kernwapens kán maken, zegt deze Amerikaanse onderzoeker

Een land zet kernwapens in om mee te dreigen – en daarmee tegenstanders af te houden van een aanval. Zo wordt de gevreesde inzet van het zwaarste wapentuig vermeden, maar wel als optie aangehouden, en escaleren conflicten niet tot ontwrichtend geweld. Dat is de theorie van nucleaire afschrikking, die voor veel strategen sinds de Koude Oorlog standhoudt.

De Amerikaanse hoogleraar internationale betrekkingen Matthew Fuhrmann (Texas A&M University), die zich bezighoudt met ‘nucleaire politiek’, wilde weten of de nucleaire afschrikkingsstrategie ook toegankelijk is voor landen die geen eigen kernwapen in huis hebben, maar wel beschikken over vergevorderde kerntechnologie. Het vermogen van een staat om in de nabije toekomst kernwapens te bouwen, kan het inderdaad eigen gedrag en dat van rivalen beïnvloeden, concludeert hij in zijn boek Influence Without Arms dat eind vorig jaar verscheen. NRC sprak hem nu op het Europese continent nucleaire zekerheden op losse schroeven lijken te staan.

Matthew Fuhrmann, hoogleraar internationale betrekkingen Texas A&M University

Sinds de atoombom meer dan 75 jaar geleden werd uitgevonden zijn twee bommen daadwerkelijk gebruikt. Juist nucleaire afschrikking heeft daarna voorkomen dat conflicten opnieuw zo ver escaleerden, luidt de dominante theorie. Er zijn negen landen met kernwapens in de wereld. Doen andere landen er wel toe?

„Er zijn veel landen die niet als kernmachten worden beschouwd omdat ze geen kernwapens hebben, maar wel de technologische capaciteit daarvoor hebben. Die landen worden over het hoofd gezien. Ik stel in mijn boek dat landen die dit soort technologische capaciteiten hebben op veiligheidsterrein enkele voordelen krijgen die de echte kernwapenstaten ook hebben. Ze kunnen invloed uitoefenen.”

Volgens Fuhrmann zijn 33 landen in de wereld in staat om met hun eigen verrijkings- of herverwerkingsfaciliteiten – de technologie die splijtstof produceert, het belangrijkste bestanddeel van een atoombom – een kernwapen te ontwikkelen. In deze staten wordt de kerntechnologie niet militair, maar civiel toegepast, voor kernenergie. Dergelijke nucleaire technologie is dual-use; een aanpassing kan leiden tot een atoombomprogramma. Tot dat moment bestempelt Fuhrmann staten met deze capaciteit tot ‘latente’ kernwapenstaten, die dus ook „een vorm van latente afschrikking kunnen toepassen”.

Van zo’n kernprogramma zonder wapen kan volgens hem op drie manieren een afschrikwekkend effect uitgaan: het vooruitzicht dat het betreffende land wél een atoombom zou ontwikkelen (afschrikking door proliferatie); de dreiging met een uitgestelde aanval (die net als traditionele afschrikking een nucleaire vergeldingsaanval in het verschiet stelt, maar dan met enige vertraging omdat de bom nog gebouwd moet worden); en de dreiging die uitgaat van de twijfel over hoe dicht het betreffende nationale programma tegen bewapening zit.

Nederland staat ook in die lijst van landen die mogelijk latente afschrikking kunnen inzetten. Hoe ziet u dat?

„Aan het Nederlandse kernprogramma lagen voornamelijk economische overwegingen en de nationale energieveiligheid ten grondslag. Ik heb geen enkel bewijs gevonden dat de ontwikkeling van deze technologie, vanaf de jaren tachtig, deel uitmaakte van een expliciete latente afschrikkingsstrategie.”

„Maar verrassend genoeg vond ik een rapport uit de jaren vijftig waarin de Amerikaanse CIA opmerkte dat het denkbaar was dat Nederland kernwapens zou bouwen. Er zou sprake zijn van een soort militaire nieuwsgierigheid, al ging het nooit over een Nederlands programma voor het ontwikkelen van een atoombom. Maar men was zich bewust van de dual-use-mogelijkheden van deze technologie. We spreken over een specifieke context, de CIA-analisten onderzochten het scenario waarin Frankrijk of West-Duitsland atoomwapens zou ontwikkelen. En in dat geval, stelde de CIA, zouden er wel degelijk zorgen zijn over Nederlandse stappen richting een atoombom.”

Tot een eenduidige conclusie over de effectiviteit en stabiliteit van deze vorm van afschrikking is Fuhrmann niet gekomen. Uitgestelde vergelding, bijvoorbeeld, zou alleen maar indruk maken op de tegenstander als de potentiële bom binnen afzienbare tijd af zou kunnen zijn. De latente afschrikking gebaseerd op twijfel over het bezit van een kernwapen, toont de verwevenheid met de klassieke afschrikking.

‘Alleen omdat iets onrealistisch lijkt, betekent dat nog niet dat het altijd onrealistisch zal zijn’

Net als traditionele afschrikking hangt de effectiviteit samen met de geloofwaardigheid van de dreiging. Een ‘echt’ kernwapenland stelt de inzet van atoomwapens in het verschiet, als een tegenstrever een conflict laat escaleren. In het geval van latente afschrikking ligt dat volgens Fuhrmann anders: „Andere landen moeten weten dat je een bom kunt bouwen als je dat wilt, dat je bereid bent om dat te doen als anderen je nationale veiligheidsbelangen bedreigen, maar dat je dat anders niet van plan bent. Want als andere landen denken dat je sowieso als een dolle een sprint inzet richting de atoombom, valt de latentie weg. Dan is de strategie ook niet meer effectief.”

Nederland wordt nu toch juist gezien als een land met alleen maar vreedzame intenties?

„Absoluut. Maar aangezien nu zoveel dingen verschuiven, zou Nederland ervoor kunnen kiezen latente afschrikking te omarmen als strategie. Door te beginnen met laten zien dat het wel degelijk bereid zou zijn het eigen kernprogramma in te zetten voor de ontwikkeling van een kernwapen, als het land zich bedreigd genoeg voelt en de veiligheidscontext verslechtert. Dus niet zeggen, ‘We gaan het morgen doen’, die retoriek luistert heel nauw.”

Er zijn meer technisch geavanceerde Europese landen die als NAVO-lidstaten onder de Amerikaanse afschrikkings-paraplu vallen. Is latente afschrikking een oplossing nu er een nucleair dreigend Rusland is en dat bondgenootschap lijkt te wankelen?

„Het is begrijpelijk dat NAVO-bondgenoten nerveus zijn. Ze beginnen zich af te vragen of ze op de Verenigde Staten kunnen vertrouwen. Dit zorgt ervoor dat sommigen opperen om hun nucleaire beleid te heroverwegen. Zoals de Poolse premier Tusk (die begin maart stelde op zoek te zijn naar „toegang tot kernwapens”, red.). Ik interpreteer zijn opmerkingen als een signaal aan de VS, niet zozeer als een bekentenis over een geheim Pools kernwapenprogramma. Tusk laat merken: ‘Als we het gevoel hebben dat we jullie niet kunnen vertrouwen, moeten we misschien onze eigen kernwapens bouwen’. En de impliciete dreiging is: ‘doe meer om ons te helpen, zodat we dat niet doen’.”

Pardon. Dan pas je latente afschrikking toe op een bondgenoot? Helpt het om die te bedreigen?

„Dit is afschrikking of beïnvloeding door proliferatie: de dreiging met eigen kernwapenbezit. Dat werkt alleen als het doelwit van die strategie niet wil dat de latente macht kernwapens krijgt. Dat is een standpunt van zowel bondgenoten als vijanden. De VS handelen van oudsher uit het streven naar non-proliferatie – het is niet de bedoeling dat er meer kernwapenlanden bij komen in de wereld, zelfs niet bondgenoten. Voor zover ik kan nagaan is dat nog steeds het Amerikaanse beleid, hoewel president Trump zich schijnbaar minder zorgen maakt over proliferatie van kernwapens onder bondgenoten dan veel van zijn voorgangers.

„Het is dus een drukmiddel voor Europese bondgenoten, zeker de landen die zouden kúnnen bewapenen, om de VS bij de les te houden. Ik denk dat we bondgenoten in Europa en elders zullen zien verwijzen naar hun nucleaire opties. Het kunnen vage verwijzingen zijn doo regeringsleiders, bijvoorbeeld dat ze kijken naar het vergroten van hun dual-use-opties of hun nucleaire beleid herzien.

„Tegelijkertijd kan retoriek over het nastreven van kernwapens een latent afschrikwekkend effect hebben op Rusland. Ik twijfel er niet aan dat Rusland fel gekant zou zijn tegen een NAVO-frontliniestaat in Europa met eigen kernwapens. Zelfs als afschrikking door proliferatie gericht op de VS faalt, zou het nog steeds effectief kunnen zijn tegen Rusland.”

Gaan meer Europese landen dreigen?

„Ik denk dat landen wellicht zullen proberen hun dual-use nucleaire capaciteit op te bouwen (zoals meer splijtstof verrijken, red.) zodat ze in theorie kunnen vertrouwen op één of alle drie de vormen van latente afschrikking. Als mijn theorie klopt, is een land als Polen op dit moment technisch gezien te ver verwijderd van een bom om nog te proberen een latente afschrikkingsstrategie toe te passen.

„Maar die beslissing – een kernprogramma wel of niet over laten gaan in een kernwapenprogramma – zal voor elk land anders zijn. Denk aan een land als Nederland of andere landen die op dit moment worden bedreigd door Rusland, maar niet in de frontlinie staan. Dit zijn de staten waarvoor latente afschrikking het aantrekkelijkst zal zijn. Voor Estland of Polen is de dynamiek denk ik heel anders.”

Frankrijk zegt nu te onderzoeken of het zelf een nucleaire paraplu kan vormen als de VS die niet meer willen verzorgen. Kan latente afschrikking daar nog aan bijdragen?

„Nee, dat lijkt me heel moeilijk. Extended deterrence, de paraplu, bieden, is al heel lastig: je moet vriend en vijand ervan overtuigen dat je voor een ánder zou vechten. Je kunt je voorstellen dat het zonder echte wapens heel moeilijk is dat hoog te houden.”

Strategen vinden het moeilijk om afstand te doen van traditionele nucleaire afschrikking, die volgens hen zorgt voor stabiliteit in de wereld. De ontmanteling van kernwapenarsenalen zou leiden tot meer onveiligheid. Maakt uw theorie over latente afschrikking een andere inschatting?

„Kunnen landen elkaar nog afschrikken als volledige nucleaire ontwapening heeft plaatsgevonden? Het idee dat complete ontwapening zou plaatsvinden heeft in de afgelopen decennia afgedaan – onder meer omdat het als instabiel werd gezien. Op dit moment zijn de omstandigheden in de wereld er ook niet naar.


Lees ook

Kan Europa zonder de nucleaire paraplu van de VS? Sterktes en zwaktes van een Europese kernmacht

Een Amerikaanse B-52H-bommenwerper in het VK, 11 maart 2025.

„Maar: alleen omdat iets onrealistisch lijkt – misschien zelfs mijn hele leven lang – betekent dat nog niet dat het altijd onrealistisch zal zijn. Het is goed om alvast manieren te zoeken om dat scenario uit te denken. Ik ontdekte dat staten ‘nucleaire invloed’ kunnen uitoefenen zonder geassembleerde wapens, in een wereld waarin kernwapens bestaan. Dat inzicht zou ons wat optimistischer kunnen stemmen over de vraag of afschrikking zou kunnen werken in een volledig ontwapende wereld – waarin ontwapende landen die invloed halen uit hun nucleaire capaciteit. Dat zou de zaak voor uiteindelijke nucleaire ontwapening kunnen versterken.”

Elk land dat nu afschrikking heeft door kernwapens, heeft een fase van latentie doorgemaakt, zegt Fuhrmann. Elk land dat kernwapens ontmantelt, heeft wéér latentie:

„Ik denk dat het academici en beleidmakers kan helpen als we breder nadenken over nucleaire afschrikking en non-proliferatie: niet in zwart-wit-termen, wel of geen kernbom, maar in plaats daarvan op een schaal.”