Elegante soul van Sault, en een Debussy alsof het gisteren geschreven is

Sault blijft lichtvoetig en elegant, ondanks gebrek aan nieuwe ideeën

Het territorium van Sault is heilige grond. Nagenoeg alles wat het Britse gezelschap de afgelopen vijf jaar uitbracht, was zowel ontroerend als activistisch, sober én stijlvol. Muzikaal spaarzaam maar vol emotie, zo vulde Sault tot nog toe hun elf albums.

Sault gaf een eigen invulling aan soul. De bescheiden instrumentaties klinken organisch en akoestisch. De bekende ingrediënten van soul blijven achterwege: geen orgel, geen blazers of jubelende koorzang. Sault creëerde optimale spanning met minimale middelen: romige baslijnen laveren tussen spaarzaam tikkende drums en een zangstem die precies de juiste dosis liefde lijkt uit te drukken. Daaromheen hoor je schetsen van een knerpende gitaar, alsof een windvlaag langs de snaren strijkt.

De lome schoonheid wordt regelmatig doorbroken door dansbaar springerige baslijnen en stuwende zang, om daarna te verrassen met een mild activistische toon over aspecten van ‘zwart zijn’, in fantastische nummers van Untitled (Black Is) uit 2020, zoals het met Afrikaanse chants en drumpatronen opgesierde ‘Bow’ met Michael Kiwanuka, en het spokenwordnummer ‘Black Is’, dat in een opsomming door rapper Kid Sister (Melissa Young) – „Black is sweet/ black is ours” – zowel gekwetstheid als trots invoelbaar maakt.

Wie schuilging achter de naam Sault, bleef de eerste jaren een mysterie. Intussen is bekend dat Sault geen gezelschap is maar een duo, oftewel het project van producer Inflo en zijn vrouw en zangeres Cleo Sol. Inflo is het pseudoniem van Dean Josiah Cover die al naam maakte als producer van Michael Kiwanuka en van rapper Little Simz. Eind 2023 trad Sault samen met vrienden en vaste medewerkers voor de eerste en enige keer op in Londen, en hoewel alle muzikanten en deelnemers onzichtbaar bleven, verstopt achter schermen of door verhullende kleding, leidde het concert tot enthousiaste reacties.

In drie uur werden bekende liedjes als ‘Wildfires’ en ‘Color Blind’ gespeeld, en er werd een nieuwe collectie nummers voor het eerst uitgevoerd. Die collectie was afgelopen zomer kortstondig te downloaden van hun website, en verscheen tijdens Kerstmis op de streamingplatforms, onder de naam Acts of Faith. Na de vijf albums die Sault tegelijkertijd uitbracht in 2022 (waaronder Air, waar Inflo woordloze koorzang liet galmen over krachtige orkestpartijen), was het de vraag waar Sault nu aan toe was. De inhoud blijkt te verwijzen naar het geloof en God, en naar de behoefte aan een ‘schone ziel’. De nummers zijn elegant en lichtvoetig, op de manier zoals Sault ook klonk in 2020. Daardoor is Acts of Faith een kleine stap terug.

Het is moeilijk om aan Sault iets af te dingen – want ondanks gebrek aan nieuwe ideeën is er nog zo veel uitzonderlijks over. De royale tederheid vloeit nog altijd uit Inflo’s vingers, de zang van Cleo Sol lijkt meerdere generaties aan gospelzangeressen tot één barmhartige klank samen te smelten, en de inbreng van Jamar McNaughton alias reggaezanger Chronixx geeft een koerend accent aan het lied ‘I Look For You’. Dat Acts Of Faith net iets minder bekoort, is niet het gevolg van te weinig kwaliteit, het is een vorm van verzadiging.

Hester Carvalho


Debussy alsof het gisteren geschreven is

Na de première eind december 1893 van Claude Debussy’s Strijkkwartet, zijn eerste volgroeide kamermuziek, bestempelde een criticus het tot „een uiterst verleidelijk stuk, tegelijkertijd eenvoudig en complex”. En wie de vertolking hoort van vier musici uit het Britse Nash Ensemble, begrijpt waarom. Hier wiegt het langzame, derde deel sensueel in je oren en bijna zichtbaar op benen die – wie zei dit ook alweer? – „met tegenzin onder de oksels ophouden”.

Het album bevat een viertal meesterwerken waarmee Debussy de kamermuziek verrijkte. Behalve het Strijkkwartet zijn dat de Vioolsonate, de Cellosonate en de Sonate voor fluit, altviool en harp. Maar het begint met een bewerking van het zwoele orkestwerk Prélude à l’après-midi d’un faune, waarvoor Debussy zich liet inspireren door poëzie van Stéphane Mallarmé over een mythologische bosgod die liggend in de zomerse hitte droomt over mooie nimfen.

Fluitist Philippa Davies lijkt met haar soepele spel geschapen voor de dikwijls ongrijpbare en bijna vloeibare klank van Debussy. Ze is de trillende einder in de zomerhitte en een Peter Pan-achtig wezen dat in de Sonate voor fluit, altviool en harp soms overal speels tussendoor vliegt en glipt. Het Nash Ensemble, waarvan Davies deel uitmaakt, bestaat al meer dan zestig jaar. Het werd genoemd naar de Nash Terraces rond de Londense Royal Academy of Music, waar de oprichters studeerden. Het is een huisgezelschap van de fameuze Wigmore Hall, dé zaal voor kamermuziek in Londen.

Het Nash Ensemble deed meer dan driehonderd wereldpremières van nieuwe muziek. Voor de meeste daarvan gaf de groep zelf de opdracht. De componist Harrison Birtwistle betitelde het Nash om die reden als „engelen, gezegend met gouden vleugels”. Door de jaren kon veel Brits talent in dit gezelschap tot volle wasdom komen. Het ontwikkelde, zoals veel toporkesten, een eigen klank die uitstijgt boven de optelsom van de individuele musici. De grote ervaring met modern repertoire leidt ertoe dat het Nash Ensemble in bestaande klassiekers vanuit een brede muzikale visie speelt, waardoor het in zijn uitvoeringen vaak nieuwe wegen weet te vinden. En met de zestien musici kan het Nash talloze combinaties maken: op het Debussy-album varieert dat van twee tot twaalf.

Een kenmerk van de Britse muziekwereld is van oudsher dat orkesten en ensembles veel met goede freelancers werken. Het leidt tot een kundige en betrouwbare klank, toch ontbreekt vaak net een bezielde vonk. Het gaat erom elkaar blind te vinden, waardoor alle aandacht kan uitgaan naar de uitdrukking van het verhaal en de gevoelens in een werk. Want dan hoor je niet alleen de noten zelf, maar ook wat er aan geheime betekenissen tussen ligt. Het Nash Ensemble duikt deze diepten in. Het levert Debussy-interpretaties op die hedendaags en fris klinken, alsof de stukken gisteren geschreven zijn.

Joost Galema



Pop
Awkward I Unalaska

Awkward I (Djurre de Haan) zingt liedjes alsof hij verhalen vertelt. Zijn nummers meanderen, tot hij ze uiteindelijk een melodische duw geeft die tekst en muziek doet samenvallen. De aangenaam kalme woordstroom die hij voor dit vierde soloalbum ontwikkelde, wordt begeleid door akoestische gitaar en soms wat spookachtige geluidseffecten, zoals in ‘One Time Only’. (HC)



R&B
SZA SOS Deluxe: Lana

SZA, de Amerikaanse koningin van de gevoelige r&b, omarmt popliedjes, een vrolijke stemming en verrassende uitstapjes op de ‘uitgebreide’ versie van haar succesalbum SOS (2022). Met zestien nieuwe nummers (aangevuld met het grootste deel van SOS) had dit ook haar derde album kunnen zijn. SZA komt hier uit haar schulp. (HC)



country
Ringo Starr Look Up

Uiteindelijk houdt iedereen ‘al zijn hele leven’ van country. Ex-Beatle-drummer- en zanger Ringo Starr zet zijn cowboyhoed maar wat graag weer op – al in 1970 tekende hij solo voor country op Beaucoups of Blues. Met producer T Bone Burnett en een trits countrymuzikanten kwam het in Nashville tot een gemoedelijk sjokkend, pedalsteel gedragen album. De 84-jarige Ringo geniet hoorbaar, onverminderd nasaal. Een ongewassen countryrocker als ‘Rosetta’ springt eruit. (Amanda Kuyper)



Jazz
McCoy Tyner & Joe Henderson
Forces Of Nature: Live At Slugs’

Zeg: „Live at Slugs”, en je wou dat je erbij was geweest, midden jaren zestig in die hippe jazzsaloon Slugs’ New York. Waar op een avond de pannen van het dak gespeeld werden door het kwartet van pianist McCoy Tyner en tenorsaxofonist Joe Henderson, met bassist Henry Grimes en drummer Jack DeJohnette. Deze teruggevonden, opgefriste liveopnames laten jazz work-outs horen van een krankzinnig vlammend hoog niveau in een fel opgedreven tempo. Jazz als lava. (AK)



klassiek
Stile Antico
Palestrina – Missa Papae Marcelli

Het Britse koor Stile Antico nam de Missa Papae Marcelli van Palestrina op. Een mis voor Paus Marcellus de Tweede die in 1555 maar drie weken regeerde, voordat hij stierf aan nierfalen. Opgenomen zoals het hoort: staand in een kring in een oude kerk, met zangers die elkaar in de ogen kijken. Stile Antico levert weer een meesterstuk van zuiverheid en religieuze beleving af. (JG)