Voor het eerst is iemand in Nederland veroordeeld voor het aanzetten tot zelfdoding. De tachtigjarige verdachte Hans D. kreeg vrijdag in de rechtbank van Den Haag een voorwaardelijke celstraf van twaalf maanden en de maximale taakstraf van 240 uur opgelegd. D. is ook veroordeeld voor het „behulpzaam” zijn bij zelfdoding.
Hans D. onderhield in het najaar van 2021 wekenlang WhatsApp-contact met een 32-jarige vrouw met psychische problemen en een wens om te sterven. Hij adviseerde haar over het beste middel (‘middel x’), en moedigde haar aan om hulpverleners in het ongewisse te laten.
In 1992 werd voor het eerst (en het laatst) iemand vervolgd voor aanzetten tot zelfdoding. In die zaak mishandelde een echtgenoot zijn vrouw stelselmatig, waarna zij een einde aan haar leven maakte. Toen werd de verdachte vrijgesproken, omdat de opzet niet kon worden bewezen.
Dat kan in deze zaak wel, volgens de rechter. Hans D. was gespreksleider voor Coöperatie Laatste Wil (CLW), een organisatie met zo’n dertigduizend leden die vindt dat mensen zelfbeschikking moeten hebben over het levenseinde en daar ook over adviseert. Het slachtoffer kwam via een forum van CLW met D. in contact, waarna zij hem appte. Aanvankelijk schreef hij haar terug dat hij haar niet aan het middel kon helpen.
Lees ook
‘Hans heeft aangezet tot zelfdoding’, zegt het OM. ‘Nee, het was slechts voorlichting’, zegt de verdachte
Verschuiving
Maar het gesprek werd voortgezet en tot haar dood op 24 of 25 november 2021 sturen ze elkaar dagelijks meerdere berichten. In die berichten is gaandeweg een verschuiving zichtbaar, zegt de rechter. Ze ging steeds meer vragen stellen, vroeg D. om „hulp, advies en bevestiging”. Zo werd de „verdachte steun en toeverlaat”. Hij moedigde haar ook aan. Vlak voor haar dood stuurt hij bijvoorbeeld: „Jij gaat dit volhouden want je bent een sterke vrouw.”
Toen het de vrouw niet lukte voor het middel te betalen – ze vond het bestelproces te ingewikkeld – nam D. volgens de rechter de „regie over [van] het bestelproces”. Dankzij zijn adviezen lukte het haar te betalen. Mede daarom was hij behulpzaam bij zelfdoding.
Hij heeft zich nauwelijks verdiept in de persoon met wie hij te maken had
Op de publieke tribune van de rechtbank zitten vrijdag enkele tientallen leden en sympathisanten van D. en de CLW. Martje van der Brug werkt aan een boek over onder meer de juridische kant van hulp bij zelfdoding. Ze is geschrokken van de uitspraak. „Wat betekent dit voor het goede werk van levenseindebegeleiders?” Wanneer is iemand adviseren en bijstaan, ook iemand ergens toe aanzetten, vraagt ze zich af.
Ook Hans Peltenburg vreest de implicaties van deze uitspraak. Peltenburg, die verpleegkundige was, heeft een ‘buddysysteem’ opgericht om vrijwilligers te koppelen aan mensen met een doodswens, en hen te adviseren en bij te staan. „Wat mag ik nog tegen iemand zeggen? Hoe mag ik iemand helpen?” Hij vertelde mensen eerder bijvoorbeeld hoe middel x werkt. Peltenburg ziet met deze uitspraak een grens verschuiven. Van der Brug: „In de toekomst kunnen niet alleen middelenverstrekkers vervolgd worden, maar ook informatieverstrekkers.”
Dit is de vijfde zaak omtrent middel x. In eerdere gevallen werden alleen mensen vervolgd die het middel hadden verstrekt of verhandeld.
Lees ook
Minstens 172 mensen overleden door het innemen van zelfdodingspoeder middel X
‘Overduidelijk’
De verdachte heeft tijdens de inhoudelijke behandeling twee weken eerder verklaard dat de vrouw ook zonder zijn inmenging een einde aan haar leven zou hebben gemaakt. Daar twijfelt de rechter aan. Hij zegt dat het „overduidelijk” is dat de verdachte meer kennis had dan de vrouw, die aan psychische stoornissen leed en ook „matig- tot zwakbegaafd” was. Het slachtoffer wilde zelf een einde aan haar leven maken, maar het handelen van Hans D. „heeft mede bijgedragen tot de zelfdoding”.
Verder noemt de rechter het „wrang” dat D. bijzonder weinig wist over haar situatie, bijvoorbeeld dat ze op de wachtlijst stond voor een intensief behandeltraject. „Hij heeft zich nauwelijks verdiept in de persoon met wie hij te maken had.” De ex-partner van de vrouw verklaarde in een gesprek met de politie dat ze nauwelijks in staat was om beslissingen te nemen.
De rechtbank neemt het D. ook kwalijk dat de gesprekken alleen via apps verliepen. D. was tijdens de berichtenwisselingen op vakantie met zijn vrouw. Hij had „kunnen bijdragen aan het beschermen van haar leven”, door haar te verwijzen naar haar hulpverleners of familie. Het Openbaar Ministerie en Hans D. hebben twee weken om in hoger beroep te gaan.