De eerste negentig Palestijnse gevangenen zijn in de nacht van zondag op maandag vrijgelaten. Dat meldt persbureau Reuters op basis van de Israëlische gevangenisdienst. Sinds zondagmiddag stonden er bussen bij de militaire Ofer-gevangenis klaar voor de gevangenen, maar pas uren later werden zij daadwerkelijk vrijgelaten en met de bussen naar Beitunia op de Westelijke Jordaanoever gebracht. Daar werden ze onder luid gejuich van honderden Palestijnen ontvangen.
De negentig vrijgelaten Palestijnen zijn allemaal vrouwen of kinderen. Onder hen bevindt zich Khalida Jarrar, een politicus en leider van het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP) op de bezette Westelijke Jordaanoever. Jarrar werd meerdere malen door de Israëlische autoriteiten gevangengezet, onder meer voor opruiing omdat ze zich openlijk uitspreekt tegen de Israëlische bezetting van de Westelijke Jordaanoever. Sinds haar arrestatie in december 2023 is haar detentie steeds met zes maanden verlengd.
Een andere vrouw die is vrijgelaten is de 53-jarige Dalal Khaseeb. Zij is de zus van de overleden Hamas-functionaris Saleh Arouri. Hij kwam in januari vorig jaar om bij een Israëlische luchtaanval in het zuiden van Beiroet.
‘Administratieve detentie’
Volgens Al Jazeera zijn onder de gevangenen veel kinderen die vastzaten omdat ze stenen zouden hebben gegooid naar Israëlische soldaten. Het is onbekend hoe lang zij vast hebben gezeten. Veel van de gevangenen die zullen worden vrijgelaten zitten in zogenoemde ‘administratieve detentie’. Zij werden zonder aanklacht vastgezet. Volgens de Israëlische wet mogen mensen zonder aanklacht zes tot acht maanden worden vastgezet, als volgens Israëlische autoriteiten aannemelijk is dat ze een gevaar zijn voor de staatsveiligheid. Zo’n administratieve detentie kan steeds worden verlengd.
Volgens de Palestijnse Commissie voor Gedetineerden en Ex-Gedetineerdenzaken en de Palestijnse Prisoner’s Society zitten momenteel meer dan 10.000 Palestijnen uit de bezette Westelijke Jordaanoever in Israëlische gevangenissen. Het aantal Palestijnen uit de Gazastrook dat door Israël gevangen werd gezet tijdens de oorlog is onbekend.
De komende zes weken worden geleidelijk 33 Israëlische gijzelaars vrijgelaten die nog vastzitten in de Gazastrook in ruil voor bijna 2.000 Palestijnse gevangenen in Israël.
De eerste negentig Palestijnse gevangenen zijn in de nacht van zondag op maandag vrijgelaten. Dat meldt persbureau Reuters op basis van de Israëlische gevangenisdienst. Sinds zondagmiddag stonden er bussen bij de militaire Ofer-gevangenis klaar voor de gevangenen, maar pas uren later werden zij daadwerkelijk vrijgelaten en met de bussen naar Beitunia op de Westelijke Jordaanoever gebracht. Daar werden ze onder luid gejuich van honderden Palestijnen ontvangen.
De negentig vrijgelaten Palestijnen zijn allemaal vrouwen of kinderen. Onder hen bevindt zich Khalida Jarrar, een politicus en leider van het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP) op de bezette Westelijke Jordaanoever. Jarrar werd meerdere malen door de Israëlische autoriteiten gevangengezet, onder meer voor opruiing omdat ze zich openlijk uitspreekt tegen de Israëlische bezetting van de Westelijke Jordaanoever. Sinds haar arrestatie in december 2023 is haar detentie steeds met zes maanden verlengd.
Een andere vrouw die is vrijgelaten is de 53-jarige Dalal Khaseeb. Zij is de zus van de overleden Hamas-functionaris Saleh Arouri. Hij kwam in januari vorig jaar om bij een Israëlische luchtaanval in het zuiden van Beiroet.
‘Administratieve detentie’
Volgens Al Jazeera zijn onder de gevangenen veel kinderen die vastzaten omdat ze stenen zouden hebben gegooid naar Israëlische soldaten. Het is onbekend hoe lang zij vast hebben gezeten. Veel van de gevangenen die zullen worden vrijgelaten zitten in zogenoemde ‘administratieve detentie’. Zij werden zonder aanklacht vastgezet. Volgens de Israëlische wet mogen mensen zonder aanklacht zes tot acht maanden worden vastgezet, als volgens Israëlische autoriteiten aannemelijk is dat ze een gevaar zijn voor de staatsveiligheid. Zo’n administratieve detentie kan steeds worden verlengd.
Volgens de Palestijnse Commissie voor Gedetineerden en Ex-Gedetineerdenzaken en de Palestijnse Prisoner’s Society zitten momenteel meer dan 10.000 Palestijnen uit de bezette Westelijke Jordaanoever in Israëlische gevangenissen. Het aantal Palestijnen uit de Gazastrook dat door Israël gevangen werd gezet tijdens de oorlog is onbekend.
De komende zes weken worden geleidelijk 33 Israëlische gijzelaars vrijgelaten die nog vastzitten in de Gazastrook in ruil voor bijna 2.000 Palestijnse gevangenen in Israël.
Drie vrijgelaten Israëlische gijzelaars en negentig vrijgelaten Palestijnse gevangenen – dat waren de krachtigste tekenen van de eerste dag van het staakt-het-vuren tussen Israël en Hamas. Zondagmiddag droeg een menigte geüniformeerde strijders van Hamas drie jonge Israëlische vrouwen over aan het Rode Kruis in Gaza- stad. Zodra zij veilig – en „in relatief goede gezondheid” volgens het Rode Kruis – terug waren op Israëlisch grondgebied begon de vrijlating van de Palestijnse gevangenen. In geblindeerde bussen werden zij, vrouwen en kinderen eerst, vanuit de Ofer-gevangenis op de grens van de Westelijke Jordaanoever overgebracht naar Palestijns gebied.
Twee uur en drie kwartier vertraging had zondagochtend op de valreep nog gezorgd voor negentien Palestijnse doden door Israëlische luchtaanvallen. Hamas was er niet in geslaagd de drie namen van de eerste vrij te laten gijzelaars tijdig aan de Israëlische regering over te brengen. Om kwart over tien Nederlandse tijd legden de strijdende partijen de wapens daadwerkelijk neer. Daarna kon een eerste balans worden opgemaakt van een gevechtspauze die over zes weken afloopt.
Verslaggevers op de grens van het Palestijnse gebied zagen dat er geen rookpluimen meer boven Gaza uitstegen, en dat er alleen nog drones in de lucht hingen. Om half elf, een kwartier nadat het bestand was ingegaan, trokken vrachtwagens van hulporganisaties vanuit Egypte via de checkpoints Rafah en Kerem Shalom de Gazastrook binnen. Zeshonderd trucks per dag, dat is de afspraak. Ze brachten voedsel, water en brandstof het afgeknepen Palestijnse gebied binnen. VN-organisatie UNWRA liet zondagochtend weten dat er vierduizend ladingen klaarstaan, waarvan de helft bestaat uit voedsel.
Zodra het staakt-het-vuren inging, trokken grote aantallen ontheemde Palestijnen terug naar hun huizen – die ze vaak verwoest zouden aantreffen. Vanuit Khan Younis in het zuiden gingen ze verder zuidwaarts naar het vrijwel geheel verwoeste Rafah, of naar Gaza stad in het noorden. Met pick-up trucks of paard-en-wagen, op de fiets of lopend trokken ze door de straten. Sommigen kusten de grond voor het oog van de camera, maar de meesten leken vooral verbluft en verslagen door de omvang van de verwoesting.
Dansen en zingen
De eerste reacties in zowel Israël als de Palestijnse gebieden waren positief. In Gaza gingen sommige Palestijnen dansend en zingend de straat op. Onder hen bevonden zich hulpverleners en medisch personeel.
Op onder meer het ‘Gijzelaarsplein’ in Tel Aviv vierden Israëliërs de vrijlating van de eersten van de in totaal 33 gijzelaars die de komende zondagen telkens in kleine groepjes zullen worden overgedragen. Peilingen hadden de laatste dagen laten zien dat een flinke meerderheid van de Israëlische bevolking, variërend van 62 tot 75 procent, enigszins tot zeer tevreden is met het staakt-het-vuren.
In Ramallah op de Westelijke Jordaanoever dromden Palestijnen samen in afwachting van de aankomst van de vrijgelaten gevangenen. De Britse krant The Guardian sprak vooraf met familieleden van de gevangenen in Oost-Jeruzalem en tekende op dat de Israëlische strijdkrachten op zaterdag invallen in hun huizen had gedaan om vlaggen en andere Palestijnse symbolen in beslag te nemen. Hun is verboden om publiekelijk hun vreugde te uiten. Zo zou Israël proberen te voorkomen dat Hamas het staakt-het-vuren uitlegt als een overwinning.
Demonstratie van macht
Als dat inderdaad de bedoeling was, dan is dat mislukt. De gewapende tak van Hamas, in uniformen, met een groene band om hun helmen en gezichtsbedekking, liet zich nadrukkelijk en in groten getale zien bij de vrijlating van de Israëlische gijzelaars. Het was een demonstratie van hun nog altijd aanwezige militaire macht. Een verslaggever van de BBC in Gaza sprak met Hamas-leden en tekende op dat die alleen al het feit dat Israël een overeenkomst heeft moeten sluiten, als een overwinning uitlegden.
„Israël had beloofd Hamas te elimineren, maar nu zaten ze in hetzelfde gebouw als de Hamas-leiders met hen te onderhandelen”, aldus een door de BBC geciteerde hoge functionaris. Hij gaf toe dat de prijs die de bevolking van Gaza heeft betaald, hoog is. „Maar Israël is er niet in geslaagd de wil van het Palestijnse volk te breken, of de mensen uit het land te duwen.” Hij sprak vol trots over de terreuraanval van 7 oktober 2023, toen Hamas-strijders zo’n 1.200 Israëliërs doodden, als de „grootste militaire nederlaag voor Israël”.
In elk geval één Israëlische politieke partij is het eens met de anoniem geciteerde Hamas-strijder. Zondag nam Itamar Ben-Gvir, minister van Nationale Veiligheid, samen met twee collega-ministers van dezelfde ultranationalistische, anti-Arabische partij, ontslag uit het kabinet van premier Netanyahu. Volgens hem is het staakt-het-vuren een overwinning voor Hamas en zouden de „behaalde resultaten van de oorlog” teniet worden gedaan. De coalitie behoudt een kleine meerderheid in het parlement.
Op de laatste dag van zijn presidentschap sprak de Amerikaanse president Biden over de wapenstilstand en de „transformatie” die de oorlog in de regio tot stand had gebracht. Volgens hem is de positie van Hamas, Hezbollah en Iran verzwakt door toedoen van Israël.
Hij prees de „ongekende” samenwerking tussen zijn kabinet en het team van de aankomende president. „Maar voor succes is volharding nodig en voortdurende steun aan onze vrienden in de regio, en geloof in diplomatie die door afschrikking wordt ondersteund.”
Na vijftien maanden van voortdurende militaire escalatie en intense bombardementen kwam de aankondiging van een staakt-het-vuren voor de bewoners van de Gazastrook als een sprankje hoop – zij het een klein – na meer dan een jaar van ongekend geweld. Niet alleen kwam er een tijdelijk einde aan het kabaal van artillerie en explosies; het bracht ook de bijna verloren hoop om uit de cyclus van geweld te kunnen stappen. Met daarbij, toch nog, de angst dat de tijdelijke stilte uitmondt in een nieuwe ronde van geweld.
De eerste uren van het staakt-het-vuren lieten in Gaza een mix van emoties zien: vreugde getemperd door angst. Buurten die ooit bruisten van het leven zijn gereduceerd tot ruïnes. Vertrouwde herkenningspunten zijn onduidelijke schaduwen geworden. Toch kwamen de inwoners van Gaza in deze woestenij voorzichtig uit wat er rest van hun huizen en uit geïmproviseerde tenten.
Op plekken die gespaard zijn gebleven van de totale vernietiging kwamen families bijeen om snoep uit te delen en liedjes te zingen, in een zeldzaam moment van collectieve vreugde. Maar op hun gezichten was de angst onmiskenbaar. Vlak voordat het staakt-het-vuren inging hadden Israëlische bezettingstroepen dichtbevolkte buurten aangevallen. Dertien mensen werden gedood, meer dan dertig raakten gewond.
Op de markt van Deir al-Balah was te merken dat de prijzen daalden, wat de inwoners tijdelijk wat respijt bood. Maar toch ontbreken nog steeds veel essentiële goederen vanwege de beperkingen aan het vervoer van allerlei levensbehoeftes. Achter zijn kleine kraampje zei marktkoopman Abdalrahman Selmi: „Kom en koop wat er nog over is… Binnenkort ga ik weer naar het noorden.” Maar terugkeren naar het noorden is niet makkelijk; de beperkingen op verkeer tussen de zuidelijke en noordelijke regio’s blijven nog zeker zeven dagen van kracht.
Overal in de Gazastrook keerden ontheemde families terug naar hun huizen. In Beit Hanoun en Jabalia waren de scènes hartverscheurend: mannen, vrouwen en kinderen liepen door het puin, met de weinige bezittingen die ze hadden weten mee te nemen toen ze vluchtten. Sommigen glimlachten bij het zien van de plek die ze ooit kenden, terwijl anderen niet voorbereid waren op de omvang van de verwoesting.
In Jabalia lagen de straten bezaaid met puin en was de infrastructuur bijna verwoest. Mahmoud keerde terug naar zijn huis in Jabalia en zei: „Ik had wel verwacht dat mijn huis verwoest zou zijn, maar toen ik het zo zag… Het voelde alsof ik een deel van mezelf was kwijtgeraakt. Toch is terugkomen de eerste stap naar heropbouw.”
In Deir al-Balah bereidden andere families zich voor om terug te keren naar Rafah. Met gemengde gevoelens: nostalgie naar waar ze hun thuis hadden, en angst om de verwoesting onder ogen te zien en het leven te hervatten te midden van economische en sociale uitdagingen. De zeventienjarige Ayat Al-Shaer, die met haar familie uit Rafah vluchtte, zei: „Ik wil terug naar Rafah, ook al is het maar puin. Hier voelen we ons vreemden, maar daar… ruikt zelfs het puin naar thuis.”
De inwoners van Gaza weten dat de strijd nog lang niet voorbij is. Veel mensen hopen het bestand een startpunt is voor betere leefomstandigheden, doordat de blokkade wordt versoepeld of door een politieke doorbraak.
Elke hoek van Gaza draagt de littekens van bombardementen. Wegen zijn verwoest, de elektriciteits- en waternetten werken niet. Toch proberen de bewoners hun leven weer op te pakken. Reddingsteams blijven zoeken naar vermisten onder het puin, terwijl bulldozers in sommige gebieden zijn begonnen met het opruimen van puin om hoofdwegen te openen.
Het staakt-het-vuren heeft de inwoners van Gaza de kans gegeven om op adem te komen, maar het heeft het dreigende gevoel niet weggenomen dat de oorlog elk moment kan terugkeren. Want ze realiseren zich: de economische en humanitaire uitdagingen in Gaza vragen om oplossingen die verder gaan dan tijdelijke akkoorden.