Een slimme en gelaagde opera over Rigoletto als een gebroken man in een inrichting

De Nationale Opera opende het nieuwe seizoen in een psychiatrische inrichting: Rigoletto, de nar die altijd spotte met het leed van anderen, is gek geworden van verdriet. Het beeld was in 2017 al te zien in Amsterdam, toen deze productie van Verdi’s Rigoletto zijn enthousiast onthaalde première beleefde. De herneming was maandagavond eveneens een succes: sublieme muziek, uitstekende cast en orkest, overtuigende regie.

Het contrast met het einde van het vorige seizoen was groot: toen leidde een nieuwe productie van Beethovens Fidelio in de regie van Andriy Zholdak tot een totale artistieke flop. Zo’n nieuwe productie brengt risico met zich mee, en risico betekent nu eenmaal óók dat iets volledig in de soep kan lopen; al gebeurt dat bij DNO gelukkig zelden. Regisseur Damian Michieletto kreeg op basis van onder meer deze zeer geslaagde Rigoletto de kans om in 2023 met componist Alexander Raskatov de opera Animal Farm te maken – ook daar zat een risico in, alleen werd het een overrompelende triomf.

Michieletto is een regisseur met een scherp analytisch vernuft, die zijn forse ingreep in Rigoletto – het hele verhaal wordt verteld als flashback vanuit de inrichting – tot in detail heeft doordacht. Rigoletto ziet het medisch personeel aan voor zijn demonen, die rondom zijn ziekenhuisbed pijnlijke herinneringen naspelen. Mede dankzij de geweldige belichting van Alessandro Carletti is het volstrekt geloofwaardig dat Rigoletto’s dochter Gilda tegelijkertijd dood is én badend in een warme gele gloed haar ontluikende liefde voor de foute Graaf van Mantua beleeft.

Zanger Roman Burdenko als Rigoletto.
Foto Bart Grietens

Psychologische laag

Sterker, het drama wint door de ingreep aan kracht. Rigoletto is van meet af aan een nog complexer personage: niet alleen een onuitstaanbare nar én een al te beschermende vader, zoals in het origineel, maar vooral ook een gebroken man die de desastreuze gevolgen van zijn eigen keuzes als één onverteerbaar kluwen in zijn borst draagt. Alles is nú: zijn schuld, zijn angst, zijn haat, zijn peilloze verdriet.

De extra psychologische laag werkt bovendien als smeerolie in het toch wat schematische verhaal. De Graaf van Mantua is een gewetenloze vrouwenverslinder en zijn slachtoffers krijgen steevast de hoon van Rigoletto over zich heen. Maar Rigoletto blijkt zelf een dochter te hebben, die hij angstvallig verborgen houdt. De Graaf krijgt Gilda toch in het vizier en zij wordt verliefd op hem. Rigoletto stuurt Gilda weg en huurt Sparafucile in om de Graaf te vermoorden, maar Gilda offert zich voor hem op en sterft in zijn plaats, ook al weet ze dat de Graaf haar liefde niet verdient.

Dat je in deze personages gelooft, is vooral te danken aan de voortreffelijke solisten. René Barbera zingt de Graaf met glorieus gemak én weet subtiel te doseren. De aanstormende sopraan Aigul Khismatullina is een prachtige Gilda: licht en wendbaar, gaandeweg met steeds meer diepte in haar klank. Absolute ster van de voorstelling is Roman Burdenko, die de muzikale veelkantigheid van de titelrol optimaal gestalte geeft. Allemaal worden ze gedragen door het Nederlands Philharmonisch Orkest, dat kleurrijk en dynamisch speelt onder veteraan Antonino Fogliani. Hij valt deze maand in voor de jonge dirigent Yi-Chen Lin, die haar DNO-debuut zou maken maar om persoonlijke reden moest afzeggen.