Een onttakeld museum, helemaal gevuld met Rembrandts

Rembrandt was al eerder te zien in het Westfries Museum in Hoorn. In 2013 was er de tentoonstelling Rembrandt in Zwart-Wit, honderd etsen van de beroemde schilder werden toen getoond. Ook in Rembrandtjaar 2019 – zijn 350ste sterfjaar – deed Hoorn weer mee. „Amsterdam hat die Nachtwache von Rembrandt, hier in Hoorn haben wir vier Gemälde von Nachtwachen”, liet museumdirecteur Ad Geerdink indertijd in zeventien Duitse kranten optekenen.

En nu is er weer een Rembrandt-tentoonstelling, zaterdag opende Rembrandt de fotograaf. Geen honderd, maar meer dan tweehonderd etsen zijn het deze keer. En ze hangen door het hele gebouw, want dat kan nu: het museum staat sinds anderhalf jaar leeg. De spectaculaire uithuizing van de vier ‘Gemälde von Nachtwachen’, schuttersstukken met afmetingen die niet onderdoen voor De Nachtwacht, haalde eind 2022 nog het NOS-journaal.

Maar die leegstand was niet de bedoeling, althans: bedoeling was dat het Westfries Museum in die tijd zou worden uitgebreid, gerenoveerd en verduurzaamd, waarna het in 2025 weer open zou gaan. Ook Rembrandt de fotograaf was niet gepland, de vier maanden durende tentoonstelling is er om zoals directeur Ad Geerdink zegt „van de nood een deugd te maken”.

Eerst over de verbouwing.

Die is nodig omdat het museum – feitelijk acht bouwvolumes achter drie gevels, gebouwd tussen 1450 en 1800 – aan het verzakken is. Op veel plekken zie je scheuren, vloeren zijn scheef komen te liggen, een 17de-eeuwse spiltrap hing op een dag los van de vloer. Ander probleem: erg toegankelijk is het museum met al zijn niveauverschillen, op- en afstapjes en zonder lift al veel langer niet. Bezoekers met een rollator kunnen alleen naar binnen als ze ook kunnen traplopen, mensen in een rolstoel kunnen sowieso niet naar binnen.

Goedkoper

In 2021 zei de gemeente ‘ja’ tegen een plan voor herstel, uitbreiding met een pand ernaast, onderkeldering om de funderingsproblemen op te lossen, een andere ingang, betere horeca, grotere winkel, nieuwe binnentuin. En een lift natuurlijk. In 2022 startte de aanbesteding, in datzelfde jaar begon het leeghalen van het museum.

Toen kwamen de problemen. Eind 2022, de verhuizing was in volle gang, vroeg de Stichting Monumentenbezit – die een deel van het museum bezit – extra tijd voor het uitwerken van bouwkundige details. De aanbesteding werd tijdelijk opgeschort. En toen die maanden later weer op gang kwam, bleken potentiële aannemers veel meer geld te vragen dan voorzien.

„In die fase zitten we nu”, zegt Ad Geerdink. „We kijken naar de plannen en draaien aan twee knoppen. Hoe kan het goedkoper? En hoe krijgen we er geld bij?

We zitten in zijn kantoor, het is twee weken voordat de tentoonstelling opent. Door het raam zie je het omstreden standbeeld van VOC-bestuurder Jan Pieterszoon Coen – ook al een kwestie die nog niet is opgelost: moet het beeld blijven of moet het juist worden weggehaald? Twee jaar geleden zei Ad Geerdink dat als de gemeente besluit het weg te halen, hij het graag in de museumcollectie op wil nemen. En dan exposeren in de tuin van het museum, uit de openbare ruimte maar nog wel te zien.

Hoe is zijn stemming intussen?

Ad Geerdink: „Ik ben het gaan vergelijken met topsport. Je bent in training, hebt je optimaal voorbereid, eindelijk sta je in de startblokken – en dan heb je twee keer een valse start. Met alle energie die je hebt opgebouwd kun je even niks meer. Dus ja, dat is een ontevreden gevoel. Maar goed, je kunt de richting van de wind niet veranderen, alleen de stand van je zeilen.”

Vandaar straks Rembrandt de fotograaf? „Ja, daarmee zetten we een teleurstelling om in een kans. We moesten iets doen aan de derving van inkomsten, maar ook aan de motivatie van het museumteam. Iets waar we goed in zijn, waar je weer energie van krijgt. En het is ook goed voor de stad, want er ontstaat toch een bepaald sentiment.”

Verzamelaar

Dus was het een geluk dat Ad Geerdink en Jaap Mulders elkaar al langer kennen. De ‘grootste collectie Rembrandt-etsen ooit, nu te zien in Hoorn’, zoals het staat in het persbericht, is van Jaap Mulders. De oud-directeur van het Nationale Ballet begon ze te verzamelen in 1997. Ook de etsen van Rembrandt in Zwart-Wit, die behalve in Hoorn nog in vijf andere musea in Nederland te zien waren, kwamen bij hem vandaan. „Ik belde hem en zei: nu kun je het héle museum krijgen. Jaap zei meteen ‘ja’.”

Anders dan schilderijen zijn etsen niet uniek. Een ets maakt een kunstenaar op een metalen plaat – die is wel uniek – waarna hij papieren afdrukken maakt van die ets. Uit het persbericht: „Tijdens zijn leven was Rembrandt veel bekender om zijn prenten dan om zijn schilderijen. Etsen kon je in een grote oplage drukken, daarmee bereikte hij makkelijker het publiek dan met zijn olieverfdoeken. Misschien maakte hij er daarom wel zoveel. Ze zorgden in ieder geval ook voor een aardige bijverdienste.”

Beeld tijdens de voorbereidingen op de tentoonstelling Rembrandt, de fotograaf in het Westfries Museum in Hoorn.
Foto: Olivier Middendorp

Rembrandt maakte zo’n 300 etsen. Jaap Mulders’ collectie telt er 210 (waaronder ook verschillende afdrukken van één etsplaat). Van die 210 etsen zijn 180 van Rembrandt en 30 van andere kunstenaars, zowel van vóór zijn tijd, waaruit hij inspiratie putte, als van ná hem, kunstenaars die zijn werk soms heel nauwkeurig kopieerden.

Voor Rembrandt de fotograaf liepen Ad Geerdink en Jaap Mulders samen door het leeggehaalde Westfries Museum. De twaalf zalen, besloten ze, worden thematisch ingericht. De eerste wordt ‘Rembrandts fotografische oog’, daarna komen onder meer ‘Rembrandts techniek’ (met een originele koperen etsplaat, waarvan er wereldwijd nog tachtig bekend zijn), ‘leerling-leermeester’ en ‘religieuze voorstellingen’. De etsen worden aangevuld met hedendaagse kunst: bronzen van Anat Ratzabi en foto’s van Dennis-A-Tjak, twee kunstenaars die zich door de prenten hebben laten inspireren.

Perfect

Alle etsen, sommige groot, andere niet meer dan tien centimeter hoog, hangen straks aan speciale panelen of liggen in vitrines. Er zullen relatief onbekende, maar ook zeer vermaarde te zien zijn, zoals Christus geneest de melaatsen en De barmhartige Samaritaan, met daarop een poepend hondje. Die laatste ets is een lieveling van Jaap Mulders, zegt hij: „Vanwege dat geweldige oog voor net dat ene moment. Die schijnbaar overbodige, maar o zo belangrijke details die het perfect maken.”

De eerdere Rembrandt-tentoonstellingen in Hoorn trokken zo’n 40.000 bezoekers. Wat verwacht Ad Geerdink van Rembrandt de fotograaf? „We zetten in op minimaal 25.000. Maar dat is aan de conservatieve kant, we hopen natuurlijk op meer. Mensen komen straks in een onttakeld museum, maar dat is denk ik ook meteen de charme: dat we daar een hele nieuwe laag aan hebben toegevoegd. Er komt ook een podcastserie. Een etsatelier. Workshops.”

Het museum gaat geen toeslag vragen op de kaartjes, museumkaarthouders kunnen zoals altijd gratis naar binnen. „Maar we wijzen bezoekers wel op onze bijzondere situatie. En daarbij zeggen we dat ze kunnen doneren, een soort crowd funding. Dat vinden we sympathieker dan een toeslag. Dan laat je het aan de mensen zelf over of ze wel of niet wat extra willen geven.”


Lees ook

Je wilt dat het verschil maakt wat je doet

Portret Harry Ruttens - Museum De Reede

En Jaap Mulders, wat verwacht hij? Een deel van zijn collectie was behalve in Nederland ook te zien in Museum De Reede in Antwerpen, in Parijs, in Genève en in Zuid-Korea. Naar die laatste tentoonstelling kwamen 100.000 bezoekers. Jaap Mulders: „Thuis heb ik alleen een aantal kopieën hangen, de collectie ligt in een kunstopslag: daar is het donker en heb je een stabiele temperatuur. Dus dit is voor het eerst dat ik ze allemaal tegelijk zie uitgestald. Dat vind ik zelf heel bijzonder.”