Het tijdperk-Rutte eindigt met een rechts-populistische revolte die het Binnenhof op zijn grondvesten doet schudden. De historische verkiezingsoverwinning die de PVV woensdag boekte, overtrof alle verwachtingen. Volgens de exitpoll van Ipsos verdubbelt de PVV in zetels en stijgt de partij naar 35 zetels. De PVV wordt daarmee met afstand de grootste partij in de nieuwe Tweede Kamer.
GroenLinks-PvdA scoorde in de exitpoll 25 zetels en wordt daarmee mogelijk de tweede partij, gevolgd door de VVD, die een grote nederlaag lijdt en wellicht circa tien zetels verliest. NSC, de nieuwe partij van Pieter Omtzigt, maakt met ongeveer twintig zetels een spectaculaire entree in het parlement.
De monsterzege van de PVV is veel groter dan de slotpeilingen vlak voor de verkiezingsdag hadden gesuggereerd. De partij van Wilders was de laatste weken aan een gestage opmars bezig, maar stond in de laatste peilingen ongeveer gelijk met de VVD en GroenLinks-PvdA.
Deze onverwachts goede uitslag voor de PVV maakt het eigenlijk ondenkbaar dat de partij van Wilders niet de kans krijgt om in elk geval te proberen een rechtse coalitie te formeren. Dat zei Wilders zelf woensdag ook, een half uur na de exitpoll. „De kiezer heeft gesproken, de PVV is totaal niet meer te negeren.”
De PVV boekt een nieuw zetelrecord in de Tweede Kamer, de vorige beste prestatie was het behalen van 24 zetels in 2010. De verklaring voor het grote succes van de PVV lijkt te liggen in de sterke tv-optredens van Wilders in de slotfase van de campagne. Hij toonde in interviews een mildere versie van zichzelf en gaf aan dat hij bereid zou zijn om de komende jaren zijn anti-islamitische voorstellen, zoals een verbod op moskeeën en de Koran, in de ijskast te zetten.
Belangrijk thema
Nu asiel en migratie voor veel kiezers een belangrijk thema was, lijkt Wilders daarvan te hebben geprofiteerd. De PVV geldt al lange tijd als ‘issue owner’ op dit onderwerp, en lijkt massaal de rechtse proteststem te hebben gekregen, waar BBB van Caroline van der Plas dit nog lukte bij de Provinciale Statenverkiezingen in maart van dit jaar. De radicaal-rechtse flank groeit in zetelaantal ten opzichte van 2021, zeker als BBB als populistisch-rechtse partij wordt meegerekend.
De uitslag ademt een groot chagrijn over de toestand waarin demissionair premier Rutte Nederland achterlaat. De partijen die het afgetreden Rutte IV vormden, lijden ongekende verliezen. De VVD levert zo’n tien zetels in, wat past bij de historische wetmatigheid dat de partij van de vertrekkende premier meestal een grote nederlaag lijdt.
De liberalen zullen zich wel achter de oren krabben over hun campagnestrategie: sinds VVD-lijsttrekker Dilan Yesilgöz in augustus besloot de PVV niet langer uit te sluiten, begon Wilders aan een langzame opmars in de peilingen. Hoewel veel VVD-kiezers samenwerking met de PVV prima vinden, bleef Yesilgöz de hele campagne vaag over de vraag of ze met de PVV in een kabinet wil. Rechtse kiezers lijken om dat af te dwingen massaal voor Wilders te hebben gekozen.
De coalitievorming wordt ondanks de winst van de PVV niet eenvoudig. Een rechts kabinet van PVV, VVD en NSC heeft een meerderheid, maar Yesilgöz zei dinsdag nog niet onder premier Wilders in een coalitie te willen, en Omtzigt sloot de PVV eerder uit vanwege de antirechtsstatelijke standpunten. Onzeker is of VVD en NSC deze posities kunnen volhouden. Wilders riep deze partijen direct op „over hun schaduw heen te springen”. De PVV is volgens Wilders bereid „om te zoeken naar overeenkomsten, binnen de kaders van de grondwet”.
Het NSC van Omtzigt levert met deze entree in de Tweede Kamer een unieke prestatie. Alleen de LPF haalde ooit als nieuwe partij in één keer meer zetels (26 in 2002). Omtzigt sprak van „een geweldig resultaat” en sorteerde woensdag in zijn eerste reactie uitdrukkelijk voor op regeren, en sloot de PVV niet langer duidelijk uit. Hij gebruikte dezelfde termen als Wilders en zei dat partijen „over hun schaduw heen moeten stappen” en zei ook: „Het zal niet eenvoudig zijn, maar Nederland moet bestuurd worden en wij zijn daarvoor beschikbaar.”
VVD-leider Yesilgöz was voorzichtiger, en wilde niet zeggen of de VVD nu in een rechts kabinet wil stappen. „Het is nu niet aan ons. De kiezer heeft duidelijk gesproken, we zullen nu moeten zien hoe Wilders dit gaat oppakken.”
Inhoudelijk zal een rechtse coalitie van VVD, PVV en NSC ook niet makkelijk zijn. De partijen kunnen elkaar vinden in de wens om de migratie naar Nederland fors te beperken, en zijn gezien hun verkiezingsprogramma’s mogelijk bereid de grenzen van de Europese verplichtingen op te zoeken. Op veel andere dossiers is samenwerking veel ingewikkelder, met name tussen de VVD en PVV.
Zo heeft de VVD de afgelopen jaren bijvoorbeeld een ambitieus klimaatbeleid gesteund, terwijl de partij van Wilders in het programma schrijft dat het klimaatbeleid „door de shredder” moet omdat het „onbetaalbare waanzin” is. Ook op het voortzetten van de steun aan Oekraïne verschillen ze: de VVD hecht daar zeer aan, de PVV is er kritisch over.
Teleurstelling op links
Op links heeft de samenwerking van GroenLinks en PvdA weliswaar zetelwinst opgeleverd, maar de schok over de winst van de PVV is groot. De missie van Frans Timmermans is mislukt: hij kwam uit Brussel om premier van Nederland te worden. In zijn eerste reactie zei Timmermans dat hij „teleurgesteld” is in de uitslag en dat hij „op veel meer had gehoopt”.
De leider van GroenLinks-PvdA riep zijn partijleden op voor Nederlanders met een migratieachtergrond op te komen die zich door de winst van de PVV niet meer veilig voelen in Nederland. „Nu breekt het uur aan dat wij de democratie moeten verdedigen.” Denk-lijsttrekker Stephan van Baarle, wiens partij volgens de exitpoll gelijk blijft op drie zetels, noemde de PVV-winst „een regelrechte bedreiging voor één miljoen moslims”.
Voor D66 geldt opnieuw het adagium ‘regeren is halveren’. De partij verliest meer dan de helft van de zetels en komt volgens de exitpoll op tien. Waar D66 onder Sigrid Kaag in 2021 nog een forse winst wist te boeken na regeringsdeelname, levert de partij nu weer veel zetels in. Toch blijft de partij potentieel relevant voor de coalitievorming. Als een kabinet met de PVV toch niet mogelijk blijkt, is er volgens de exitpoll een vierpartijenkabinet door het midden mogelijk. GroenLinks-PvdA, VVD, NSC en D66 halen samen bijna tachtig zetels.
Vooral de nederlaag van het CDA is historisch. De tijd dat de christen-democraten een vanzelfsprekende machtsfactor aan het Binnenhof waren, lijkt voorbij. Eind jaren tachtig piekte het CDA onder Ruud Lubbers nog met 54 zetels, en tot 2012 scoorde de partij altijd boven de twintig zetels. Nu zakt het CDA volgens de exitpoll naar vijf zetels en duikt voor het eerst in het bestaan onder de tien zetels. De nieuwe partijleider Henri Bontenbal, die veel sympathie heeft binnen en buiten de partij, heeft de neergang in de peilingen in een paar maanden niet meer kunnen keren.
Voor BBB valt het resultaat tegen. De partij van Caroline van der Plas won in maart nog met overmacht de provinciale verkiezingen en stond destijds in peilingen voor de Tweede Kamer boven de dertig zetels. Nu zijn daar volgens de exitpoll zeven van over. Dat is weliswaar een stijging ten opzichte van 2021, maar veel minder dan de 25 zetels die de partij dacht te kunnen halen. BBB voerde een ongelukkige campagne en kan veel last hebben gehad van de opkomst van met name NSC.
De SP levert opnieuw zetels in en lijdt de achtste verkiezingsnederlaag op rij. Voor partijleider Lilian Marijnissen is het haar zoveelste nederlaag en tweede serieuze nederlaag bij de Tweede Kamerverkiezingen, wat de vraag oproept of ze nog door zal kunnen. Woensdagavond gaf ze daarover nog geen uitsluitsel.