N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Cabaret Nieuw op het Nederlands Theater Festival dit jaar is de Cabaret Collectie. Die selectie cabaretvoorstellingen heeft niets te maken met de selectie van de VSCD, die de cabaretprijzen uitreikt. Wat zijn de verschillen?
De VSCD cabaretjury reikt al bijna twintig jaar belangrijke cabaretprijzen uit: Neerlands Hoop en Poelifinario. Maar vanaf dit jaar heeft de VSCD-jury er een concurrent bij: de Cabaret Collectie.
Hoewel: „De collectie is geen concurrentie”, benadrukt initiator Jörgen Tjon A Fong, directeur van De Kleine Komedie in Amsterdam. De nieuwe cabaretselectie is wél bedoeld om voor het eerst sinds de oprichting in 1987 cabaret een vaste plaats te geven in de programmering van het Nederlands Theater Festival.
Net als de VSCD (Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties) wil ook de Cabaret Collectie de hoogtepunten van het afgelopen seizoen belonen. Maar op een andere manier. Zo is Tjon A Fong geen voorzitter van een jury, maar van een commissie. Tjon A Fong wil ook geen beste kiezen uit de zeven voorstellingen die zijn geselecteerd voor de Cabaret Collectie. Waar het hem vooral om te doen was, is cabaret onderdeel te maken van het jaarlijkse Nederlands Theater Festival.
Tjon A Fong: „Ik vind het ook leuk dat er nu een generatie theaterdirecteuren is die onderzoekt hoe oude evenementen en instellingen kunnen meebewegen met de huidige tijd. Ik zie steeds meer kruisbestuivingen tussen verschillende genres, wat resulteert in spannende mengvormen.”
Met de Cabaret Collectie wil Tjon A Fong deze diversiteit binnen het cabaret-genre laten zien, zegt hij: „Iemand als Stefano Keizers is bijvoorbeeld meer verwant aan Marina Abramovic dan aan Freek de Jonge.”
Op de vraag of de selectie volgens Tjon A Fong ook de beste voorstellingen toont, zegt hij: „Voor mij waren het zeker hoogtepunten van het afgelopen seizoen, maar we pretenderen niet dat we de allerbeste voorstellingen hebben geselecteerd. Dat is een belangrijk onderscheid.”
Meest indrukwekkend
De filosofie achter de Cabaret Collectie is dus wezenlijk anders dan die achter de VSCD-juryselectie, die eenmaal per jaar een kwaliteitsoordeel velt. Juryvoorzitter Charlotte Louwers, directeur van Theater de Bussel in Oosterhout: „De Cabaret Collectie is volgens mij vooral een eerbetoon. De VSCD-prijzen zijn dat ook, maar daar zit nog iets belangrijks aan vast: prijzen en een uitreiking.” De „meest veelbelovende” cabaretier krijgt de Neerlands Hoopprijs en de makers van „het meest indrukwekkende cabaretprogramma” krijgen een Poelifinario. Wat „meest indrukwekkend” precies betekent, is volgens Louwers per definitie subjectief. „Daarom leggen we onze overwegingen en conclusies altijd zo helder mogelijk uit in een juryrapport.”
Maar net als Tjon A Fong merkt ook Louwers op dat het cabaretlandschap steeds diverser wordt. De VSCD introduceerde in 2018 daarom meer prijscategorieën: zodat recht wordtgedaan aan de diversiteit van het genre. Er is nu niet meer één Poelifinario, maar drie, verdeeld over de categorieën entertainment, engagement en kleinkunst.
Nominatie weigeren
Wat vinden cabaretiers zelf van prijzen? In het verleden jaren waren er cabaretiers die een nominatie voor een VSCD-cabaretprijs weigerden. Zowel Daniël Arends als Micha Wertheim vonden een nominatie in 2015 „niet eervol”.
Peter Pannekoek is dit jaar zowel genomineerd voor een van de VSCD-prijzen als opgenomen in de Cabaret Collectie. Pannekoek: „Dat vind ik hartstikke leuk, maar het blijft een jury die beslist en dus is het oordeel subjectief. Een leuke blijk van waardering, maar uiteindelijk zit de waarde vooral in het onder de aandacht brengen van het vak en van jonge, nieuwe theatermakers.”
Dat op het Nederlands Theater Festival nu ook cabaret aanwezig is, vindt Pannekoek wel „meer dan terecht”. Het zegt volgens hem iets over de volwassenwording van cabaret.
En om nog een stapje verder te dromen: „Het lijkt me mooi als de uitreiking van de cabaretprijs op een dag wordt samengevoegd met de toneelprijs. Misschien zelfs de musicalprijs erbij. Die werelden zijn allemaal veel minder van elkaar gescheiden dan het soms lijkt.”
In antwoord op de vraag hoe je cabaret en cabaretiers het beste kan eren, lijkt het grootste verschil te zitten in de aard van de twee selecties. De VSCD eert één cabaretier per categorie door diegene tot winnaar te kronen, de Cabaret Collectie door de hele selectie nog eens het veld in te sturen opdat het publiek alle voorstellingen nog eens kan zien. Dat was ten minste het oorspronkelijke idee, want tot Tjon A Fongs spijt konden dit jaar slechts twee van de zeven geselecteerde shows ook daadwerkelijk geprogrammeerd worden tijdens het theaterfestival.
Tjon A Fong: „We moeten er nog beter voor zorgen dat impresariaten in hun planning rekening houden met het festival.”
Voor Pannekoek heeft zijn afwezigheid tijdens het festival overigens een praktische reden: het decor van zijn huidige voorstelling is te groot voor De Kleine Komedie.
Maar ondanks de uiterlijke verschillen is het hogere doel van de selecties hetzelfde: het vormen van een uithangbord voor de sector. Een sector waarmee het goed gaat, zo ziet Louwers. Tevreden constateert ze dat er afgelopen seizoen veel makers waren met een heel goed eerste programma, iets wat „zeker niet elk jaar het geval is. En dat geeft hoop voor de toekomst.”