Het blijft riskant, publieksparticipatie. Want wat als het publiek niet wíl? Pijnlijk. Cyber Subin van de Thaise choreograaf Pichet Klunchun, eindigde dan ook wat ongemakkelijk. In elk geval niet met enthousiast meedenkende, -beslissende en -dansende toeschouwers.
Cyber Subin was woensdag de openingsvoorstelling van het Holland Festival. In aanwezigheid van koning Willem Alexander en koningin Máxima vond de aftrap plaats in het Amsterdamse Muziekgebouw aan ’t IJ. Na speeches van festivaldirecteur Emily Ansenk en associate artist Trajal Harrell werd vanaf de balkons van de foyer een ode gebracht aan de onlangs overleden Pierre Audi, de visionaire regisseur en voormalig directeur van Holland Festival.
Daarna volgde bepaald geen ‘lekkere’ openingsvoorstelling. Aan de basis van de choreografie voor vier dansers en hun avatars ligt een computermodel voor ‘human-AI co-dancing.’ Klunchun vergaarde in eerste instantie roem als sublieme uitvoerder van de Khon, een traditionele Thaise maskerdans, maar ontwikkelde zich tot een vernieuwer van die eeuwenoude kunst. Voor Cyber subin (cyberdroom) zocht hij samenwerking met Pat Pataranutaporn, een jonge wetenschapper van het MIT (Massachusetts Institute of Technology).
In de voorstelling zijn de fasen van hun onderzoeksproject te onderscheiden. In het eerste deel wordt de computer ‘gevoed’ met beelden van de 59 uiterst precies gearticuleerde houdingen van de Khon. Die worden vervolgens aan de hand van zes leidende principes (bijvoorbeeld cirkels en bogen, lichaamsassen en de onderlinge verhouding van ledematen) gedeconstrueerd, gedigitaliseerd en op avatars overgebracht. Daaruit ontstaan nieuwe, onbekende bewegingscombinaties die bovendien met variabele flow en snelheid kunnen worden uitgevoerd. Onduidelijk blijft overigens wat ‘snelheid zestig procent’ betekent. Zestig procent van wat? Daardoor krijgt het model voor de toeschouwer iets willekeurigs.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133567773-534465.jpg|https://images.nrc.nl/Uayhp92g6ALx6pRZDacMq5wYkng=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133567773-534465.jpg|https://images.nrc.nl/4P90yr_Z7jxWzctzKO84OqvAzQw=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data133567773-534465.jpg)
Foto Lee Chia Yeh & Pichet Klunchun Dance Company
De avatars voeren intussen alle instructies braaf uit, maar de mens heeft nu eenmaal de beperking van zijn stoffelijke lichaam. Dat is de crux: onderliggend thema is de relatie van de mens met AI. Gaan we volgen en kopiëren of blijven we zelf bepalen en nadenken? In de laatste scène zien we hoe de dansers telkens kiezen of ze de avatars op het scherm volgen of niet.
Hoe interessant op papier ook, als dansvoorstelling blijft het een kurkdroge aangelegenheid. Een nerdy choreografie met dansers die een postmoderne, abstracte choreografie uitvoeren tegen de achtergrond van een geprojecteerd controlescherm vol metertjes, schema’s en grafieken. Meer een wetenschappelijk project dan een artistiek product. Het oogt high-tech, maar William Forsythe deconstrueerde het ballet al in de jaren tachtig (zonder computers) en Merce Cunninghams experimenteerde in de jaren negentig al met digitale Motion Capture.
Verbazingwekkende keuze, deze openingsvoorstelling.
