Een Banksy Museum zónder originele kunstwerken: mag dat?

De pompoenkoets van Assepoester is gecrasht. De sprookjesprinses hangt levenloos uit het raam. Eromheen vuurt een cordon persfotografen een flitssalvo af. Straatkunstenaar Banksy staat bekend om beelden die in één klap een boodschap overdragen. En inderdaad, bevestigt het tekstbordje naast deze grote sculptuur: dit is Banksy’s commentaar op de dood van de Britse prinses Diana, die in 1997 omkwam bij een auto-ongeluk na achtervolging door paparazzi in Parijs.

Over iets anders is het wandbordje minder duidelijk: kijken we hier naar een origineel kunstwerk, of naar een reproductie? De tentoonstelling The Art of Banksy: Without Limits, die nu in de Amsterdamse NDMS-loods te zien is, bevat volgens de website „meer dan 200 werken”, waaronder „originele werken”, maar ook „prints, litho’s, foto’s, sculpturen”. In de grote loods is het echter regelmatig gissen: wat is echt en wat is een kopie?

De commerciële aantrekkingskracht van de dwarse straatkunst van Banksy is enorm: is Amsterdam zijn nu tegelijkertijd drie Banksy-exposities, allemaal door private bedrijven georganiseerd, zonder samenwerking met de anonieme Britse straatkunstenaar.

Het private Moco Museum (met vestigingen in Amsterdam, Londen en Barcelona) toont al sinds 2016 de permanente tentoonstelling Laugh Later (volgens het museum met enkel geautoriseerde werken, al beschuldigden medewerkers van het museum het museum eerder van het verkopen van vals-genummerde, dure platenhoezen) op het Museumplein. Tegelijkertijd met de rondreizende tentoonstelling in de NDSM-werf (waar gecertificeerd en niet-gecertificeerd werk door elkaar hangen) opende in een voormalige verfhandel op een bedrijventerrein naast het Westerpark het meer permanent bedoelde Banksy Museum. Dat museum, het zevende Banksy Museum van de Albanees-Belgische ondernemer Hazis Vardar (in Parijs heeft hij ook een ‘Banksy Hotel’ met zo’n 30 kamers), toont enkel ongeautoriseerde reproducties van Banksy’s straatkunst. Alledrie de tentoonstellingen verkopen niet-officiële merchandise.

Het roept de vraag op: mag dat zomaar? Een museum vol niet-officiële kopieën?

In een voormalige verfhandel op een bedrijventerrein in Amsterdam huist nu het Banksy Museum. Foto Banksy Museum

„Nee, het is duidelijk een overtreding van het auteursrecht”, zegt Dirk Visser, advocaat en hoogleraar intellectueel eigendomsrecht aan de Universiteit van Leiden. „Een legaal verkregen werk mag je exposeren – daarover is iedereen het eens. En wanneer je een kunstwerk bezit, mag je voor eigen gebruik een kopie maken. Maar tentoonstelling is per definitie niet ‘eigen gebruik’. Deze reproducties zijn bovendien waarschijnlijk illegaal gemaakt, het bezit daarvan is al een schending van het auteursrecht.”

Anoniem

Alleen – en daar wordt het ingewikkelder – is de auteur de enige die kan optreden bij een schending van het intellectueel eigendomsrecht. En die wil juist anoniem blijven. „In Nederland kan een uitgever optreden namens een auteur die anoniem wil blijven”, legt Visser uit. Banksy heeft het beheer van zijn rechten uitbesteed aan de organisatie Pest Control, die onder meer certificaten uitgeeft voor officiële werken in oplage. „Maar ook dan kan een rechter lastige vragen gaan stellen: bestaat Banksy wel? Is het een persoon of een collectief? Of zijn het misschien heel veel verschillende mensen die onafhankelijk van elkaar opereren?”

Oprichter van de zeven Banksy Musea Hazis Vardar zegt nooit iets van Banksy te hebben gehoord, en ziet dat als goedkeuring. „Hij treedt wel op tegen grote merken die zijn werken gebruiken, maar niet tegen ons – ik denk dat hij het goed vindt.”


Lees ook

Waar heeft het Moco Museum al die bezoekers aan te danken?

Amsterdamse tram met Moco-reclame.

„Banksy profiteert ook van het grijze gebied”, zegt Visser. „De tentoonstellingen en auteursrecht-kwesties genereren aandacht voor zijn werk. Jij schrijft er nu ook over.” Dat ziet ook Vardar: „Zou jij niet vereerd zijn als iemand een museum voor je oprichtte?”

Volgens Vardar is het logisch om bij Banksy alleen reproducties te laten zien: „We willen het gevoel van de straat overbrengen. Bij Van Gogh gaat het om de verfstreek. Bij Banksy gaat het om het idee, de gedachte. Hij werkt zelf met stencils, bedoeld om dezelfde afbeelding keer op keer te herhalen.”

Voor de bezoekers van het Banksy Museum lijkt het ondertussen niet zo’n kwestie, of de werken echt zijn of niet. Het museum wordt op Google Maps beoordeeld met een 4,9 uit 5. „Vetste museum in Amsterdam”, schrijft een bezoeker. Het is wel de vraag hoe betrouwbaar die online-recensies zijn. In de eerste weken bood het museum een gratis poster aan voor wie een online-recensie schreef – schrijf je in ruil voor een beloning nog een negatieve recensie?

In de wereld van Banksy blijft het twijfelen: wat is echt, en wat is het niet?


Lees ook

Banksy: ‘Monet had licht, Hockney had kleur, ik heb de reactietijd van de politie’

Een bezoekster van de tentoonstelling ‘Cut & Run’ in het Gallery of Modern Art in Glasgow.