Economie van China hapert

Een langlopende crisis in het vastgoed, een consumptie die afzwakt, een bevolking die vergrijst. De Chinese economie hapert. De tweede economie van de wereld groeide in bijna zes jaar niet zo langzaam, bleek vanmorgen.

Dat China’s economie hapert, is dit jaar ook in het straatbeeld van Beijing goed zichtbaar geworden, schrijft onze correspondent Tabitha Speelman in een artikel dat we binnenkort publiceren. Winkels en restaurants die de moeilijke jaren met coronarestricties overleefden, sluiten alsnog hun deuren. Afgelopen halfjaar lag de winst in de hoofdstedelijke horeca 89 procent lager dan een jaar eerder.

China publiceerde vanmorgen een hele reeks macro-economische cijfers:

  • Bruto binnenlands product: +4,6 procent in het derde kwartaal. China streeft naar een groei van 5 procent in 2024.
  • Werkloosheid: -5,1 procent. Dat beeld is onvolledig, zeggen critici. Het getal gaat alleen over werklozen in de stad, niet arbeidsmigranten vanuit het platteland.
  • Winkelverkopen: +3,2 procent. De overheid gaf subsidies op de aankoop van huishoudelijke apparaten.

De staatsmedia, schrijft correspondent Speelman, blaken vooralsnog van vertrouwen. Natuurlijk, de Chinese economie staat voor uitdagingen, maar, zo citeert het Volksdagblad, spreekbuis van Xi’s partij, de president: „De positieve fundamentele condities van de Chinese economie voor de lange termijn zijn niet veranderd en zullen ook niet veranderen.”

Beurs in Hong Kong. FOTO EPA/BERTHA WANG
Beurs in Hong Kong. FOTO EPA/BERTHA WANG