Echte mensenmuziek of saaie perfectie? Pro en contra popster-componist Whitacre

Componist Eric Whitacre dirigeert zaterdag het Groot Omroepkoor in zijn twaalfdelige cyclus The Sacred Veil.


Foto Marc Royce

Profiel

Eric Whitacre Je houdt van hem of je houdt niet van hem: componist Eric Whitacre. In de NTR ZaterdagMatinee leidt de posterboy van de koormuziek het Groot Omroepkoor in zijn cyclus ‘The Sacred Veil’. NRC sprak vier specialisten over het fenomeen Whitacre.

Sommigen vinden zijn muziek een gimmick, veel koorzangers lopen ermee weg. En dan ziet Eric Whitacre er ook nog eens gelikt uit, half popster, half Hans Klok. In de NTR ZaterdagMatinee dirigeert Whitacre zelf het Groot Omroepkoor in zijn omvangrijkste werk tot nog toe, de twaalfdelige cyclus The Sacred Veil voor koor, cello en piano.

Met zijn veelal korte stukken en populaire ‘meezingconcerten’ bereikt Whitacre wereldwijd miljoenen luisteraars en (amateur)zangers. Wat is zijn geheim? Waarom zingt zijn muziek zo lekker? Er waar komt de scepsis vandaan die er óók is? NRC vroeg het vier specialisten.

Sopraan Evi Roelants (1981)

‘Erics muziek is herkenbaar, dat spreekt mensen aan’

„Toen Eric Whitacre in 2016 voor het eerst bij ons kwam had ik wel bepaalde vooroordelen: nou, hier komt de blonde Amerikaanse popster… Maar hij was helemaal niet arrogant, juist heel sympathiek en oprecht blij om met ons te werken. Repeteren met Eric is als de ideale teambuilding, met wederzijds respect, in een goede sfeer. Hij wilde ook meteen terugkomen. Vlak voor de coronacrisis hebben we voor het laatst met hem gewerkt. Inmiddels is hij zelfs getrouwd met een van onze sopranen en hebben ze samen een kind.

„Erics muziek is herkenbaar, dat spreekt mensen aan. Zijn stukken beginnen meestal eenvoudig, bewegen naar meer dissonante klanken en vervolgens weer terug. Het bereik is fijn, niet te hoog en niet te laag, er zijn geen moeilijke ritmes en het tempo is langzaam, zodat er tijd is om de klank mooi te vormen. Ze ademt dezelfde sfeer als koormuziek van Eriks Esenvalds en Ola Gjeilo.

„Wat ik ook prettig vind is dat Eric altijd praat met het publiek. De wereld van de klassieke muziek kan nogal afstandelijk zijn, maar hij legt helder uit wat we gaan zingen en verlaagt zo de drempel.”

Evi Roelants zingt in het Vlaams Radiokoor

Dirigent Daniel Reuss (1961)

‘De muziek van Whitacre heeft aan alle kanten iets waar ik niet van hou’

„Ik zag op YouTube een stuk uit The Sacred Veil, gezongen door Voces8. Utter perfection: het is volkomen volmaakte muziek, maar op een manier die mij niet interesseert. Ik vind het saai. Ik aarzel om dat hardop te zeggen, want wie ben ik nu helemaal? Als heel veel mensen Whitacre mooi vinden, dan zal er wel iets in zitten. Sowieso kun je er geen objectieve uitspraken over doen. Voor de koormuziek van Schnittke en Krenek, waar ik zielsveel van hou, is juist maar een klein publiek.

„Ik moet denken aan een anekdote over de dirigent Otto Klemperer, die van een orkest te horen kreeg dat hij veel duurder was dan zijn collega Von Karajan. ‘Maar ik ben ook beter,’ zei Klemperer. ‘Maar Herr von Karajan is veel beroemder!’ wierp het orkest tegen. Klemperer: ‘Coca Cola is ook heel beroemd.’

„De muziek van Whitacre heeft aan alle kanten iets waar ik niet van hou. Ze is wel heel slim gemaakt en ik geloof ook dat hij componeert uit overtuiging. Zijn samenklanken bestaan vaak uit akkoorden met een terts en een kwart, zodat het een beetje wrijft, maar zonder dat het zeer doet, en ze hoeven ook niet op te lossen. Dat werkt uitstekend, maar bij mij gaat het de verkeerde pijp in.”

Daniel Reuss is artistiek leider van kamerkoor Cappella Amsterdam

Componist Joep Franssens (1955)

‘De frisheid van Whitacres muziek vind ik typisch Amerikaans’

„Eric Whitacre schrijft echte-mensenmuziek. Zijn muziek blaakt van geloof over de goede afloop van de dingen, ze straalt vertrouwen en optimisme uit. Volgens mij heeft hij het kind in zichzelf heel goed bewaard. Neem de song ‘Goodnight moon’: heel eenvoudig, maar van een weergaloze schoonheid, zuiver en oprecht. Iedere keer dat ik dat stuk hoor krijg ik kippenvel.

Eric Whitacre Foto Marc Royce

„De frisheid van Whitacres muziek vind ik typisch Amerikaans. Zijn werk is op klassieke leest geschoeid, maar hij wordt niet overweldigd door de traditie, hij kan kiezen wat hij gebruikt. Qua moeilijkheid treft hij een goede balans: best een uitdaging, toch goed te doen. In elk geval moet er loepzuiver gezongen worden, qua intonatie kan ze niets hebben, dat heeft zijn muziek gemeen met die van mij.

„Daarbij is Whitacre een innemende persoonlijkheid, een charmante man, makkelijk in de omgang. En hij dirigeert zijn eigen muziek. Dat is een unieke positie voor een componist, want met alleen noten op papier heb je nog niets. Hij weet natuurlijk precies hoe zijn muziek moet klinken. Zijn stukken zijn ook veelal kort, minder dan tien minuten, dat vinden koren prettig. Zo bezien heeft hij het op elk niveau goed voor elkaar. Ik heb net The Sacred Veil beluisterd, dat is juist een omvangrijk werk en het laat een andere kant van hem zien, maar dat ligt vanwege het onderwerp voor de hand.” [in de tekst verwerkt tekstschrijver Charles Anthony Silvestri de ziekte en voortijdige dood van zijn vrouw, red.]

Dirigent Klaas Stok (1963)

‘Het commerciële aspect vind ik wel bezwaarlijk’

„Ik heb een wat tweeslachtig gevoel over Whitacre. Enerzijds componeert hij goedgemaakte, prettig zingbare koormuziek. Anderzijds maakt hij ook music for the millions, stukken die leunen op effectbejag en sentiment. Op zijn meezingconcerten komen veel mensen af, maar het commerciële aspect vind ik wel bezwaarlijk.

„Met mijn koor in Hamburg zongen we laatst Leonardo Dreams of his Flying Machine, dat is wel een erg goed en divers werk. De droom van het vliegen heeft hij er prachtig in verweven, het idee wordt ondersteund door de harmonieën en aan het einde vliegt de klank als het ware weg. Het stuk bevat ook snelle passages, maar Whitacre is doorgaans vooral gericht op klank en klankvorming, wat beter werkt in een langzaam tempo. Sleep is een mooi voorbeeld: tekst en harmonie passen perfect bij elkaar, de spanningsopbouw is sterk.

„De basis-sound van zijn werk sluit aan bij close-harmony en pop, met enkele kruidige noten voor de kleur. Vaak blijven die liggen, op een manier zoals je in lichte muziek veel hoort. Whitacre heeft een herkenbare signatuur, al moet ik zeggen dat dit type muziek wel te imiteren valt. Hij vraagt een specifieke manier van zingen, met strakke tonen en perfecte intonatie. Omdat zijn muziek zo toegankelijk is wordt ze veel gezongen door amateurkoren, die van zichzelf vaak strak zingen. Al moet het wel een góéd amateurkoor zijn.”

Klaas Stok is chef-dirigent van het NDR Vokalensemble