‘Ik houd me al ongeveer veertig jaar met oorlog bezig en ik heb nooit geloofd dat er nooit meer oorlog zou komen. Ik heb nooit gedacht dat het voorbij was. Nee, oorlog maakt deel uit van de politiek, of je het nu leuk vindt of niet. Onze samenleving is politiek. Je kunt oorlog nooit helemaal uitroeien.”
Stéphane Audoin-Rouzeau (1955) is historicus aan de Parijse École des Hautes Etudes en Sciences Sociales, met de Eerste Wereldoorlog als specialisatie. De muren in zijn werkkamer thuis, vlakbij het Parijse Montparnasse staan vol met boeken over die tijd. Jarenlang, zegt hij, geloofden veel West-Europeanen dat oorlog een afgesloten hoofdstuk was. „Zij dachten precies wat een Franse krantencommentator in 1918 schreef, aan het eind van de Eerste Wereldoorlog: ‘De oorlog is dood, wij hebben haar om zeep geholpen.’ Ik heb dat nooit gedacht. Maar als je dat zei, werd je tot voor kort als ophitser beschouwd. Alsof je oorlog wilde.”
Wat leert de studie van 1914-1918 u over vandaag?
„Bijvoorbeeld dat de oorlog waar Europa nu mee te maken heeft, de oorlog in Oekraïne, de derde loopgravenoorlog uit de moderne tijd is na de Eerste Wereldoorlog en de oorlog tussen Irak en Iran in de jaren tachtig. Een loopgravenoorlog duurt lang en heeft een brede frontlijn met overal loopgraven. Dat front verschuift amper. Er zijn weinig of geen veldslagen. Daardoor is het moeilijk te zien wie er wint of verliest. Het is een uitputtingsslag.
„Ik vrees dat Oekraïne deze oorlog verliest. Het heeft te weinig materieel, mede doordat Europese landen te weinig leveren. Het Oekraïense offensief van 2023 heeft gefaald. Maar veel Europeanen hebben moeite om het in te zien.
„Als je militaire experts in september 1918 had gezegd dat Duitsland ging verliezen, hadden ze je niet geloofd. Maar korte tijd later verdampte het Duitse leger gewoon en bijna niemand zag het aankomen. Hetzelfde gebeurde in de Iran-Irak-oorlog. Ook die heb ik bestudeerd. Ik ben er naderhand geweest. Deze oorlog stopte omdat Iran compleet uitgeput was.”
En wij zien de parallel niet?
„West-Europeanen zien het niet. Wij leven nog altijd in de ontkenning.”
Waarom? Omdat wij medeverantwoordelijk zijn voor de Oekraïense gebreken?
„Deels, zeker. Maar de ware oorzaak ligt dieper. Wij herkennen oorlog niet meer. We hebben Rusland jarenlang onderschat. President Poetin zette 200.000 manschappen aan de grens met Oekraïne, en ontkende dat hij Oekraïne ging binnenvallen. Ik heb dat geen seconde geloofd. Onze veiligheidsdiensten, media, politici en academici geloofden hem wel. Ze dachten bijna allemaal: er komt geen invasie. 200.000, dat is geen bluf, wierp ik dan tegen. En mensen antwoordden dan: ‘Tu en as trop envie’, je hebt er flink zin in.
„Wat interessant is: precies hetzelfde mechanisme zag je vlak voor de Eerste Wereldoorlog, toen sommigen waarschuwden voor oorlog maar de meesten dachten dat landen economisch geen belang zouden hebben bij oorlog en dat het dus niet zou gebeuren.”
Zitten mensen net als toen teveel met hun kop in de wolken?
„Elke tijd heeft zijn eigen logica. Zijn eigen rationaliteit. In oorlogstijd zijn dingen rationeel die het in vredestijd niet zijn. De rest komt daaruit voort. Verkeerde reacties, misvattingen, fouten die op eerdere fouten worden gestapeld.”
Zoals?
„De eerste Europese inschattingsfout was dat velen dachten dat er geen oorlog zou komen. De tweede was dat ze, toen die oorlog toch kwam, dachten dat ze maar kort zou duren, omdat Poetin er nog altijd geen belang bij had. Ten derde: de shock van de slachtpartijen door Russische soldaten in Boetsja. We konden het niet geloven, zo gruwelijk. Mensen zeiden: er zijn toch regels over wat je mag doen in oorlogstijd en wat niet? Iedereen die iets weet over oorlogen en hoe die zich hebben ontwikkeld, weet echter ook dat de burgerbevolking er steeds meer bij betrokken wordt. Moderne oorlog is niet tussen militairen alleen. De hele burgersamenleving wordt meegezogen, helaas. Dat is de historische trend. De Boetsja-schok is dus bovenal een symptoom van onze ontkenning van oorlog als onderdeel van het moderne leven.
„Misvatting nummer vier: de vurige hoop op een Oekraïense overwinning bij het tegenoffensief in 2023. Gezien de krachtsverhouding Rusland-Oekraïne was die hoop helaas ijdel. Maar velen hopen dit nog altijd.”
Heeft u dan geen hoop?
„Natuurlijk wel! Maar die verleidt me niet tot onrealistische prognoses. Dat brengt me op de vijfde misvatting: de ontkenning dat Oekraïne aan het verliezen is. President Trump zei glashard tegen president Zelensky, in de Oval Office: ‘You don’t have the cards right now.’ Ik ben bang dat dit zo is. Amerika kan deze oorlog stoppen en dat valt waarschijnlijk niet gunstig uit voor Oekraïne.”
Waar komt de hardnekkige ontkenning van oorlog in Europa vandaan?
„Van ver. Heel ver. Het is een oude wens die teruggaat naar de filosoof Immanuel Kant, met zijn beroemde geschrift ‘Zum ewigen Frieden’. In de negentiende eeuw waren er allerlei vredesbewegingen actief die manieren zochten om oorlog uit te roeien. Er werden in die tijd meerdere vredesconferenties gehouden, zoals die in Parijs in 1849, waaraan prominente filosofen en politici deelnamen en waarvan de schrijver Victor Hugo voorzitter was. Daarna kwamen de twee wereldoorlogen. Die toonden aan hoe ijdel de hoop op eeuwige vrede was, maar versterkten die hoop tegelijkertijd. Elke keer wordt hoop dus weer opgebouwd. Ook in onze tijd: de Europese verdragen van Maastricht in 1992 en Lissabon in 2009 zijn hierop geënt.”
‘Europeanen konden zich niet voorstellen dat iemand hèn de oorlog zou verklaren’
Toch is de Europese eenwording, gebaseerd op het motto ‘Nooit meer oorlog’, een groot succes geweest.
„Absoluut: tachtig jaar geen oorlog, dat is zelden vertoond in Europa. Maar die lange vredestijd heeft ons ook verblind. Na de Koude Oorlog zei Ronald Reagan: ‘We hebben de oorlog gewonnen.’ Inderdaad, het monster was verslagen. Maar nu is het monster weer opgestaan. Precies waar de Franse denker Raymond Aron steeds voor waarschuwde: dat het monster altijd weer opstaat. Als verliezers zich niet neerleggen bij hun verlies, zoals Poetin, heb je een probleem.”
Zegt u daarom dat West-Europeanen op ‘vredestijd’ zijn ingesteld en Russen op ‘oorlogstijd’?
„Precies.”
Moet Europa overstappen op oorlogstijd?
„Ja, en dat is niet makkelijk. Psychologisch niet, en materieel evenmin. Een van de weinige serieuze legers in Europa is het Franse. De meeste andere Europese landen hebben armées de poche, zaklegertjes, meer niet. Maar de Franse wapenindustrie is sterk gekrompen afgelopen decennia. Ook wij hebben amper nog bataljons. Genoeg voor tachtig kilometer front, meer niet. Op papier hebben we een militaire doctrine, in de praktijk niet. Drie procent van de Fransen heeft iets van de militaire cultuur meegekregen. Aan het eind van de Koude oorlog, toen er mede door de dienstplicht nog een duidelijke link was tussen burger en leger, was dat 30 procent. In 1956, tijdens de oorlog in Algerije, waren er in Frankrijk nog anderhalf miljoen dienstplichtigen.”
U zegt: wij hebben ‘oorlog’ verbannen. Hoe verklaart u dan dat het woord ‘oorlog’ de laatste tijd vaak opduikt, zoals tijdens de pandemie?
„Goede vraag, dat viel mij ook op. Verplegers werden als frontsoldaten gezien in de ‘oorlog tegen het virus’. President Macron gebruikte die woorden tijdens tv-toespraken, meermalen. Hetzelfde gebeurde na de terreuraanslagen op de Bataclan en Charlie Hebdo in 2015. Ook blijft oorlog als thema enorm aanwezig in films, romans en stripverhalen. Er komt geen eind aan. Maar: het is altijd oorlog in de verleden tijd. Oorlog die niet meer terug zou moeten komen.”
Dus dat versterkt de ontkenning?
„Precies. We hebben oorlog niet de rug toegekeerd, we hebben haar onmogelijk verklaard. Dat is nog een graadje erger.”
Heeft de oorlog in Bosnië Europa niet wakker geschud?
„Nee, velen dachten dat het een ongeluk was. Of een burgeroorlog, waar wij buiten stonden. Voor mij was Sarajevo juist een signaal, een waarschuwing, zoals in 1914, toen de moord op de Habsburgse troonopvolger Frans Ferdinand het startschot was voor de Eerste Wereldoorlog. De Franse filosoof Julien Freund sprak eens de beroemde woorden: ‘Zoals alle pacifisten denkt u dat u uw vijand uitkiest. Maar het is andersom: de vijand kiest u uit.’ Dat is wat er nu in Europa gebeurt. Europeanen dachten dat er geen oorlog zou komen als zij zelf geen oorlog wilden. Ze konden zich niet voorstellen dat iemand hèn de oorlog zou verklaren. Precies dat doet Poetin nu.”
De Europeanen zijn de pacifisten in dit verhaal.
„Ja. Voor mij is de grote vraag nu wat er met de Europese Unie gebeurt als Oekraïne verliest. We zitten waarschijnlijk aan het eind van de oorlog. In 1918, als het ware. Ik zie een groot verschil van mening ontstaan tussen het noorden en het zuiden van Europa. Het noorden schrikt zich kapot en vreest dat het nu zelf doelwit wordt. Noordelijke landen worden steeds activistischer. Dat zal na een Oekraïens verlies enkel sterker worden. Het oosten is verdeeld. Het zuiden blijft pacifistischer. Dat zit verder weg van Rusland. Die verschillen worden steeds duidelijker.”
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data130723528-1c2dd9.jpg|https://images.nrc.nl/V2Q0MmK6cOgaPBi9ng-pgqecRvA=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data130723528-1c2dd9.jpg|https://images.nrc.nl/Ur-TC4nOj-aKgwNkhvPOPCdd2J8=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data130723528-1c2dd9.jpg)
Foto Chau-Cuong Lê
Krijgen Frankrijk en het VK anderen mee voor een vredesmacht in Oekraïne?
„Alles zal afhangen van het staakt-het-vuren en de vredesdeal die daaruit voortkomt. Hoe ziet die deal er uiteindelijk uit? Overleeft Oekraïne als onafhankelijke staat? En in welke vorm? We weten dat niet. Het enige wat we weten, is dat de oorlog de bepalende factor was, en is, voor het toekomstige Oekraïne. En dus voor de toekomst van Europa.”
Omdat Europa zijn kaarten op Oekraïne heeft gezet?
„Als Oekraïne valt, krijgen onze waarden, onze principes, onze cultuur een enorme knauw. Dat kan oorlog doen. Decennialang hielden we dat niet voor mogelijk. Als we het eerder hadden beseft, hadden we Oekraïne militair beter kunnen steunen en had het beter door deze oorlog kunnen komen. Het had zelfs kunnen winnen. Maar onze pacifistische instelling heeft ons belet die dingen scherp te zien. Wij hebben de Oekraïners met één hand op de rug laten vechten. Uit angst voor Poetin, en omdat we het geld er niet voor over hadden. ‘C’est le beurre ou les canons’, zeggen ze weleens: boter of kanonnen. Die keus wilden we niet maken. Nu wilden we dat we wat meer geld in kanonnen hadden gestoken.”
Is Europa daarmee terug bij af?
„In zekere zin wel. Door oorlog te verbannen hebben we onszelf verblind en verzwakt. Ze hoort weer een plek te krijgen in ons denken. Ons hele model kan gaan wankelen, nu.”
