Door de klimaatcrisis groeit de interesse voor de ramp uit 1953

Herdenking Watersnoodramp De effecten van opwarming van de aarde komen door extreem weer heel dichtbij. „De ramp raakt ons nog ontzettend diep”, sprak de minister.

De fanfare bij de herdenking bij het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk.
De fanfare bij de herdenking bij het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk.

Foto Marco de Swart/ANP

De verhalen maken nog altijd indruk, zeventig jaar na de ramp. Enkele honderden belangstellenden, onder wie veel hoogwaardigheidsbekleders tot over de grenzen, luisterden in Ouwerkerk op Schouwen-Duiveland woensdag ademloos naar de verhalen van overlevenden. De Watersnoodramp is „ontzettend actueel” en „raakt ons nog altijd ontzettend diep”, stelde minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat, VVD).

„Ik merk het ook aan mezelf als ik de hartverscheurende verhalen hoor over moeders die het bedje met hun kinderen zien wegdrijven in de nacht en niks kunnen doen.”

De minister riep, staande voor de halfstok gehangen vlag naast het Watersnoodmuseum, de feiten nog maar eens in herinnering. Bij de ramp verdronken 1.836 Nederlanders maar ook de overige schade was „enorm”; ruim honderdduizend mensen verloren hun huis en bezittingen; er werden 3.500 huizen en boerderijen verwoest en 43.000 woningen en boerderijen beschadigd; tienduizenden dieren verdronken; en meer dan tweehonderdduizend hectare grond kwam onder water te staan.


Lees ook interviews met ooggetuigen: ‘Het enige wat je kon doen was bidden, je hoorde mensen verdrinken’

Gaten in de families

Toen het water in 1953 kwam, „sloeg het niet alleen gaten in de dijk maar ook gaten in families”, vertelde burgemeester Jack van der Hoek van Schouwen-Duiveland. Zoals de familie van een jongen uit een gezin van twaalf, Jos de Boet, die tijdens de rampnacht elders was gelegerd en later vernam dat hij 42 familieleden had verloren. „Hoe leef je dan door?”

Waar de toegenomen belangstelling vandaan komt, is speculeren. Maar het zou best kunnen, zei onder anderen de Zeeuwse commissaris van de koning Han Polman, dat de klimaatverandering een rol speelt. De effecten van de opwarming van de aarde komen door extreem weer akelig dichtbij en velen, van actievoerende jongeren tot bestuurders, piekeren of hun wellicht iets dergelijks als destijds kan overkomen. Het zijn de kinderen van nu die hun grootouders vragen over de ramp zijn gaan stellen. Het zijn de jongeren die zich afvragen of „de wereld” wel in staat zal zijn de klimaatverandering de baas te worden. Zeker is dat we leven in een „klimaatcrisis”, stelde de nieuwe hoofddirecteur van het KNMI, Maarten van Aalst. Hij maakt zich zorgen dat de „signalen” onvoldoende serieus worden genomen. Net zoals in 1953, toen meteorologen van het KNMI er niet in slaagden hun dramatische waarschuwingen bij de bedreigde mensen te krijgen, onder meer omdat de radio na middernacht niet wenste uit te zenden.

Bij alle bezorgdheid verbaast het niet dat tijdens de herdenking een zestienjarige Belg, ooggetuige van de watersnood in de zomer van 2021, de meeste indruk maakte. Benjamin van Bunderen Robberechts verbleef met een vriendin in een woning langs de Ourthe, plannen makend om de wereld later mooier en beter te maken, toen de rivier plots overstroomde. „Rosa werd gegrepen door het water. Ik hield haar vast, het monster was te sterk. Het water trok Rosa uit mijn handen.” Later werd zijn vriendin dood gevonden, zeven kilometer verderop, tegen het hek van een boer. Benjamin is klimaat-activist geworden. „Als we nu geen drastische maatregelen nemen, zullen we nog veel herdenkingen zoals die van vandaag nodig hebben.”