DNB aan nieuw kabinet: let op de uitgaven, koester Europa

Het Nederlandse begrotingstekort neemt de komende jaren snel toe en stijgt richting het in de Europese Unie afgesproken plafond van 3 procent van het bruto binnenlands product. Om te voorkomen dat de staatsfinanciën verder uit het lood slaan, moet een nieuw kabinet scherp op de uitgaven letten, zo waarschuwde De Nederlandsche Bank (DNB) deze maandag.

Dit jaar blijft het begrotingstekort nog beperkt tot krap 1 procent, zo blijkt uit ramingen die DNB presenteerde. De komende jaren verslechtert dat beeld. Dit komt doordat de overheid door de gestegen rente duurder uit is op de financiële markten. Ook vertraagt de economische groei, waardoor de staat minder belastinginkomsten heeft.

In de DNB-prognose komt het overheidstekort volgend jaar uit op 2,6 procent en in 2024 op 2,9 procent, uitgaande van het huidige kabinetsbeleid. Eerder zei de Studiegroep Begrotingsruimte, een ambtelijke werkgroep, een tekort van 3,6 procent te voorzien aan het einde van de komende kabinetsperiode. De Nederlandse staatsschuld ligt overigens nog flink onder het EU-maximum van 60 procent: 46,8 procent in 2023, oplopend naar 47,5 procent in 2025.

‘Zorgelijk’

DNB-directielid Olaf Sleijpen noemde het oplopen van het begrotingstekort „zorgelijk”, temeer omdat de overheidsfinanciën op de langere termijn verder onder druk zullen komen, door de stijgende kosten van vergrijzing, zorg en klimaatverandering.

Sleijpen stelde dat de overheid buffers moet opbouwen voor mogelijke toekomstige schokken, zoals de recente schokken van de pandemie en van de energiecrisis. In beide gevallen sprong Den Haag grootscheeps bij om burgers en bedrijven te helpen. „Dat kón toen ook omdat de overheidsfinanciën op orde waren. Je moet voldoende speelruimte houden.” In het DNB-rapport staat dat de overheid daarom „keuzes moet maken in de begroting; niet alles kan tegelijk”. Sleijpen wilde niet ingaan op deze keuzes.

De Nederlandse economie groeit amper nog, zo luidt de prognose van de economen van DNB. Na een uitbundige groei van het bbp in 2022 (4,4 procent op jaarbasis) volgt een miniem groeicijfer in 2023: 0,1 procent. Daarna volgt bbp-groei van 0,3 procent in 2024 en van 1 procent in 2025. De oorzaken van de groeivertraging: de wereldeconomie hapert, onder meer door de opgelopen rentes, die consumptie en investeringen afremmen. Exportland Nederland heeft daar last van. Verder neemt de consumptie van Nederlandse huishoudens, die zwaar in de portemonnee zijn geraakt door de inflatie, amper nog toe.

De daling van de inflatie, die dit jaar is ingezet, zet volgens DNB door. De inflatie komt dit jaar uit op 4,1 procent, volgend jaar op 2,9 procent en in 2025 op 2,2 procent. De Europese Centrale Bank streeft naar inflatie van 2 procent.

In een alternatief, ongunstig scenario raakt Nederland in recessie: volgend jaar krimpt de economie dan met 0,4 procent. Dit scenario kan zich voltrekken wanneer de oorlogen in Oekraïne en in het Midden-Oosten de economische onzekerheid vergroten, en wanneer wereldwijd het protectionisme toeneemt. De inflatie valt dan ook hoger uit.

Belang van Europa

Om voorbereid te zijn op een dergelijk scenario, roept DNB politici op tot het verhogen van de „weerbaarheid” en „veerkracht” van de Nederlandse economie. Behalve het pleidooi voor begrotingsdiscipline, dat vanuit DNB wel vaker klinkt, gaf de centrale bank op dit vlak ook een andere boodschap af: bouw internationale samenwerking uit, „vooral binnen de EU”.

Sleijpen riep het beeld op van een Nederlandse economie als bootje op „woelige wateren”. „Het goede nieuws is dat de EU, waarvan we lid zijn, ons bescherming biedt.” Bij de recente Tweede Kamerverkiezingen werd een partij die uit de EU wil stappen – de PVV – duidelijk de grootste. Hiernaar gevraagd zei Sleijpen: „Wij zijn een open economie, we verdienen ons geld door handel te voeren, vooral handel met Europese landen. Gezien wat de EU ons heeft opgeleverd, is daaruit stappen een heel, heel slecht idee.”


Lees ook
Met Wilders aan het roer komt het Nederlandse verdienmodel onder druk te staan

Windmolens in aanbouw voor de Nederlandse kust. Bedrijven die actief zijn in de energietransitie zijn afhankelijk van investeringen van de overheid om te concurreren met de fossiele sector.


Leeslijst