N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Iedereen leest Door de verwoestende aardbeving in Turkije viel er een sluier van verdriet over het kookboek Karsu’s Kitchen van zangeres Karsu Dönmez. Hatay, de zuidelijke regio waar haar familie vandaan komt, werd zwaar getroffen.
Het boek Karsu’s Kitchen had alles in zich om een vrolijk eerbetoon aan de Turkse keuken te worden. De kleuren spatten van de pagina’s af, op de foto’s eet zangeres Karsu Dönmez – onberispelijk gekleed in zomerse outfits en met een grote lach – zich een weg door Hatay en Istanbul en de gerechten zou je direct van de pagina’s willen opscheppen, zo smakelijk zijn ze in beeld gebracht.
Maar nog voordat het eerste exemplaar in de winkel lag, vond de verwoestende aardbeving in Turkije en Syrië plaats. Hatay, de zuidelijke regio waar haar familie vandaan komt, werd zwaargeraakt. Familieleden verloren hun thuis, zij verloor dierbaren. En zo viel er een sluier van verdriet over haar allereerste kookboek.
In haar emotionele media-optredens zegde ze toe dat de opbrengst van de voorverkoop naar de slachtoffers van de aardbeving zou gaan. Het boek, dat inmiddels toe is aan een vierde druk, bevat een inlegvel waarin Karsu terugblikt op de totstandkoming van het boek en de onwerkelijke realiteit sinds de aardbeving steden wegvaagde en levens verwoestte. Een aantal familieleden met wie ze in de familie-app recepten uitwisselde, is niet meer.
Karsu groeide op in het inmiddels ter ziele gegane Turkse restaurant Kilim dat haar ouders in Amsterdam bestierden. Daar kreeg ze niet alleen de kneepjes van het vak mee, maar had ze als jonge tiener ook haar eerste muzikale optredens. Voor haar zijn koken en muziek maken hetzelfde, schrijft ze in haar voorwoord: een manier om verhalen te vertellen.
Je zou de gerechten direct van de pagina’s willen opscheppen
En daar zit het boek vol mee. Elk recept gaat vergezeld van een anekdote. Vaak uit haar jeugd, avonturen in haar ouders’ restaurant en zomervakanties met familie en buurtgenoten, zoals de „gillende buurvrouw” in het dorp met „een stem als een sirene”, die de beste kweeperenjam maakte.
Het zijn kleine pennenstreken die een wereld ontsluiten. Bij elkaar vertellen ze het verhaal van een getalenteerde Amsterdamse-Turkse, een gelauwerd artiest die op een dag besloot haar liefde voor eten en koken vast te leggen.
De toon is lichtvoetig, onbezorgd. De sfeerfoto’s verraden een aanstekelijke levenslust; overdaad, olijfgaarden om in te verdwalen, opengebarsten granaatappels, een prachtige natuur, gezellige kookmomenten met familieleden, mooie landschappen, een azuurblauwe zee en gerechten om spontaan honger van te krijgen.
Dat landschap is nu getekend door het natuurgeweld, de familie getraumatiseerd door het verlies. Wat begon als een ode aan haar culturele achtergrond, de geboortegrond van haar ouders (ze is vernoemd naar het dorp Karsu), haar familie in Turkije en de smaken van haar vakanties en jeugd, is door het noodlot een belangrijk document geworden. Een momentopname van een tijd die er niet meer is, van huizen die er niet meer staan, gelach dat niet meer klinkt.
Het zal lang duren voor de regio weer opgebouwd wordt. Voor wie dreigt te vergeten hoe mooi het allemaal was, hoe je dat doet, genieten van het leven, is dit boek er, als geheugensteuntje.