Diplomaten van VS en EU aangevallen in Soedan, ‘grove schending’ internationaal recht

Verdrag van Wenen Het land waar een diplomaat gestationeerd is, is verantwoordelijk voor zijn of haar veiligheid. In Khartoem zijn deze week de EU-ambassadeur en een Amerikaans diplomatenkonvooi aangevallen.
De Soedanese hoofdstad Khartoem wordt geteisterd door gevechten tussen de RSF-militie en overheidstroepen.
De Soedanese hoofdstad Khartoem wordt geteisterd door gevechten tussen de RSF-militie en overheidstroepen. Foto via Reuters/Stringer

De Europese ambassadeur in Soedan is aangevallen in zijn woning in de Soedanese hoofdstad Khartoem, die al vier dagen geteisterd wordt door een ontluikende burgeroorlog. Dat meldt de buitenlandchef van de Europese Unie Josep Borrell dinsdag, zonder meer details te bieden. De Ier Aidan O’Hara maakt het volgens woordvoerders goed, hij zou weer aan het werk zijn. Even na de aanval op O’Hara is een Amerikaans diplomatiek konvooi beschoten in Khartoem. De Amerikanen bleven ongedeerd.

De Ierse minister van Buitenlandse Zaken noemt de aanval op O’Hara een „grove schending” van het Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer. Dat verdrag, opgesteld in 1961, is een hoeksteen van het internationaal recht. Volgens die overeenkomst is het land waar een diplomaat is gestationeerd verantwoordelijk voor zijn of haar veiligheid. Ook de Amerikaanse buitenlandminister Antony Blinken bekritiseert de strijdende partijen. Hij noemde de beschieting van het Amerikaanse konvooi „roekeloos, onverantwoord en natuurlijk onveilig”.

Afgelopen zaterdag werden drie medewerkers van de Verenigde Naties omgebracht, naar geruchten zelfs geëxecuteerd, in de West-Soedanese regio Darfur. De drie waren namens het Wereldvoedselprogramma(WFP), een VN-initiatief voor voedselnoodhulp, aanwezig in Soedan. Ook beschoot een van de strijdende partijen een WFP-vliegtuig op het vliegveld van Khartoem. Intussen heeft het Wereldvoedselprogramma alle operaties in Soedan gestaakt. „Het WFP zet zich in om de Soedanese bevolking te helpen die te maken heeft met ernstige voedselonzekerheid,” zei WFP-directeur Cindy McCain, „maar we kunnen ons levensreddende werk niet doen als de veiligheid en beveiliging van onze teams en partners niet gegarandeerd is.”

Sinds zaterdag vechten de troepen van de Soedanese president Abdel Fattah al-Burhan tegen de militie Rapid Support Forces. Die wordt geleid door generaal Hemedti, een voormalig bondgenoot van Burhan. Samen pleegden zij een coup tegen voormalig president Omar al-Bashir, waarna ze samen regeerden. Beide generaals geven elkaar de schuld van het uitbreken van het conflict. Intussen zijn er tenminste 185 mensen omgekomen, en om en nabij de 1.800 gewonden gevallen. De internationale gemeenschap roept de strijdende partijen op een vreedzame oplossing na te streven, maar tot nu toe krijgen zij geen gehoor.

Lees ook Wie zijn de twee Soedanese generaals die elkaar bevechten, ten koste van de bevolking?