Er waren high fives bij de Nederlandse ploeg Visma-Lease a Bike (LAB), er werd gevloekt bij het Belgische Soudal Quick-Step, en titelverdediger Tadej Pogacar verzuchtte dat hij blij was dat de dag voorbij was.
De eerste etappe van de Tour de France zou een dag worden voor de sprinters, en er kwam met de Belg Jasper Philipsen van Alpecin-Deceuninck ook een sprinter als winnaar. Maar verder ging het zaterdagmiddag na afloop bij de teambussen op de Façade de l’Esplanade in Lille over alles behalve de sprinters.
Geheel tegen de verwachtingen in maakten de klassementsrenners er met behulp van de wind die over de Noord-Franse platteland joeg gelijk een veldslag van. De conclusie na bijna vier uur fietsen: voor podiumkandidaten Remco Evenepoel (Soudal Quick-Step) en Primoz Roglic (Red Bull-Bora-Hansgrohe) kan na een dag de achtervolging al beginnen.
Vooraf werd vooral gevreesd voor grote valpartijen. Voor het eerst sinds 2020 lag er voor de eerste Tour-etappe een vlak parcours klaar waarmee sprinters en hun ploegen uit de voeten konden. Met de beloning van de gele trui in het verschiet was de verwachting dat het kleunen en duwen zou worden in het peloton in gevecht om de beste positionering voor de massasprint richting de finish. In het verleden leidde dat vrijwel altijd tot massale crashes.
Dit keer viel het mee, al was er wel een pijnlijke botsing tussen de Fransen Benjamin Thomas en Mattéo Vercher, die tot het gaatje gingen in hun strijd om de eerste bergtrui. In een uiterste poging een puntje te pakken op de met kasseien betegelde klim naar Mont Cassel drukte Thomas zijn fiets schuin over de streep, verloor controle over zijn achterwiel en kegelde daarmee niet alleen zichzelf, maar ook Vercher onderuit. Die laatste kon alleen maar zijn handen heffen in stomme verbazing. Thomas pakte de bergtrui.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data134576489-a07b51.jpg|https://images.nrc.nl/t4MlT6B1PNhE7hCyl5jk4ANa9kY=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data134576489-a07b51.jpg|https://images.nrc.nl/_d1KmV0MBt32fJ8wthUoDH8zjso=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data134576489-a07b51.jpg)
De kasseien in de buurt van Mont Cassel. Foto Marco Bertorello/AFP
Waaiers
Daarna begon het spel met de wind, die met windkracht 4 vanuit het noordwesten waaide. Richting gehuchten met namen als Steenvoorde, Méteren en Nieppe kreeg de wind op brede, rechte wegen alle ruimte om het peloton in stukken te scheuren. Een aantal keer leken er waaiers te ontstaan, maar de renners leken elkaar niet uit het oog te willen verliezen. Zo maakte iedereen zich op voor een massasprint.
Dat was buiten Visma-LAB gerekend. De ploeg met de Deense kopman Jonas Vingegaard, die dit jaar zonder Nederlanders rondrijdt in Frankrijk, zette op de laatste rechte strook asfalt nog maar eens aan, en ineens was er een gat. Pogacar was alert en zat bij de voorste groep van ruim dertig man, net als Philipsen en zijn teamgenoot Mathieu van der Poel. Daarachter liep het verschil met de rest van het peloton snel op tot een halve minuut. Op de streep was de schade voor Evenepoel en Roglic 39 seconden.
„Dit was het plan, aanvallen op twintig kilometer voor de finish”, zei Matteo Jorgenson van Visma-LAB tevreden terwijl hij bij de teambus uitfietste op de rollerbank. „Daar kwamen we tussen de gebouwen vandaag en kregen we te maken met zijwind, en het lukte ons bij elkaar te zitten en samen te versnellen.”
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data134576486-9ff854.jpg|https://images.nrc.nl/SYLKg23sv2cjN9j0nRviID2otis=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data134576486-9ff854.jpg|https://images.nrc.nl/jS7BeV8lAdFT2VM28l_gKaRgi28=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data134576486-9ff854.jpg)
Het peloton tijdens de eerste etappe. Foto Christophe Petit Tesson/EPA
De ploeg had op vrijdag de laatste zestig kilometer van de etappe verkend en gerealiseerd dat als er ergens in de finale nog waaiers zouden kunnen ontstaan, dat het op dat punt van het parcours zou zijn. „Dan kun je beter zelf het initiatief nemen dan dat iemand anders dat doet”, zei ploegleider Grischa Niermann.
Kopman Jonas Vingegaard – 1,75 meter groot, 58 kilo zwaar – verschool zich niet achter zijn ploeggenoten en draaide een aantal keer vol in de wind een kopbeurt mee. „Het voornaamste doel was om uit de problemen te blijven, en dan is het helemaal mooi als je zelf problemen voor anderen kunt creëren. Daar zijn we in geslaagd.”
‘Stomme seconden’
Zelfs de ploegen die wel meezaten, waren verrast door de actie van de Nederlandse ploeg. „We verwachtten het niet meer”, zei Kaden Groves, teamgenoot van winnaar Jasper Philipsen. „Maar uiteindelijk pakte het in ons voordeel uit.” Door de splitsing in het peloton was Philipsen in een klap verlost van zijn voornaamste concurrenten Tim Merlier en Jonathan Milan, die niet meezaten met de kopgroep. Hij sprintte daarna onbedreigd naar de zege.
Lees ook
Uniek: de Ronde van Frankrijk begint dit keer in Frankrijk en blíjft volledig in Frankrijk
De verliezers van de dag gaven zichzelf de schuld. „We hebben ons in slaap laten sussen. Dit was een collectieve fout van het team en we verliezen stomme seconden”, zei Evenepoel tegen het Franse persbureau AFP. De Belg ontsnapte aan ergere schade toen hij de berm instuurde en ternauwernood een val kon voorkomen. Roglic verdween na afloop snel in de teambus en liet zich niet meer zien.
Titelverdediger Tadej Pogacar van UAE Team Emirates-XRG zat wel mee en noemde het een hectische dag. „Net toen we dachten dat het niet meer ging gebeuren, moesten we toch nog aan de bak”, hijgde de Sloveen uit. „Het wordt nog een belangrijke week tot de eerste rustdag.”
De komende dagen staan de renners zeker vier etappes te wachten met veel steile klimmetjes, ideaal voor puncheurs als Mathieu van der Poel en Wout van Aert. Maar klassementsrenners als Pogacar en Evenepoel kunnen dit ook, en nu de strijd om het geel al is begonnen, belooft het een onvoorspelbare week te worden. „De eerste slag is gewonnen,” zei Jorgenson van Visma-LAB, „maar de oorlog is nog lang niet beslist.”
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data134576543-d41f1a.jpg|https://images.nrc.nl/knfNgumIcKIpbejX6cVCITgIah4=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data134576543-d41f1a.jpg|https://images.nrc.nl/Ew_t5IqUykk9z5uJ7vCNrTYBVrE=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data134576543-d41f1a.jpg)
Foto Marco Bertorello/AFP
