Diep in blessuretijd schopt PSV-middenvelder Malik Tillman woest tegen een reclamebord. Hij probeerde net een bal tegen een FC Utrecht-speler aan te tikken om zo een hoekschop mee te krijgen, maar dat mislukt. Zijn bal rolt over de achterlijn – weg aanval, weg moment. Coach Peter Bosz probeert Tillman op te peppen, klapt in zijn handen. Vergeefs, niet veel later wordt er afgefloten.
In een fraai, intens gevecht wordt het 1-1 bij FC Utrecht, dat het gelijkspel viert als een overwinning. Het is het eerste puntenverlies in de Eredivisie dit seizoen van PSV, dat jaagde op een verbetering van het eigen record: winst in de eerste achttien wedstrijden van een seizoen. Maar de reeks stokt dus bij zeventien, net als het PSV van coach Guus Hiddink in het seizoen 1987-1988.
„De tegenstanders worden beter, ze zijn fitter en ze gaan zich op ons instellen”, zei Bosz begin januari op een terras in de Spaanse badplaats Estepona, waar PSV verbleef voor een trainingskamp. „Ze kennen onze speelwijze.” Na een foutloze eerste seizoenshelft, voorzag hij dat tegenstanders zich extra zouden gaan wapenen.
Dat blijkt zondag tegen FC Utrecht, dat wakker is gekust na de komst van coach Ron Jans begin september. Op een moeilijk bespeelbaar veld gooit FC Utrecht het vol op strijdlust en duelkracht. De thuisploeg houdt het compact, geeft weinig ruimtes weg aan de snelle buitenspelers van PSV.
Ervaren krachten Nick Viergever en Jens Toornstra gaan voorop in de volle Galgenwaard. De rappe linksbuiten Othmane Boussaid creëert veel gevaar en de nieuwe, van Rangers gehuurde spits Sam Lammers functioneert prima als aanspeelpunt – waar het dit seizoen aan ontbrak bij FC Utrecht. Een kwartier voor tijd verlaat de moegestreden middenvelder Toornstra met een staande ovatie het veld, terwijl verdediger Mike van der Hoorn met kramp naar de grond gaat. Het illustreert de herwonnen overtuigingskracht bij de thuisploeg.
Minder solide
En zo snoept FC Utrecht – dat het seizoen dramatisch begon met vier nederlagen, maar inmiddels tien competitiewedstrijden ongeslagen is – de eerste punten af van PSV. Dat oogt voor het eerst, over een hele wedstrijd, minder solide in de Eredivisie. Waar het in eerdere wedstrijden bij enkele slechte fases bleef – zoals in de eerste helft thuis tegen Ajax.
Lees ook
Peter Bosz: Cruijff-adept die minder romantisch is geworden
PSV begint nog uitstekend. Rechtsbuiten Johan Bakayoko knikt een met gevoel gegeven voorzet van Sergiño Dest eenvoudig binnen, na zeven minuten. Maar FC Utrecht bijt fel van zich af, krijgt af en toe kansen. Na rust kopt Hidde ter Avest eerst nog op de lat. Waarna Boussaid kort erop raak schiet op een assist van Lammers, na een goede aanval over rechts: 1-1.
PSV kon in eerdere wedstrijden vaak het verschil maken met invallers – met Noa Lang, Hirving Lozano en Ricardo Pepi zit in Utrecht voor zo’n 40 miljoen euro aan aankopen op de reservebank. Dat lukt nu niet. Als Van der Hoorn over de bal struikelt en die daarop verspeelt, ontsnapt Lozano. De Mexicaan schiet hard tegen de onderkant van de lat – de bal stuitert centimeters voor de lijn weg.
„We kregen het niet voor elkaar om rust in ons spel te krijgen”, zegt Bosz. Behalve het vechtvoetbal van FC Utrecht was het hobbelige, glibberige veld daarin een factor. Dat maakte het volgens Bosz „heel lastig” om „snel en goed positiespel te spelen”.
Bosz grijpt halverwege de tweede helft in. Hij haalt centrale verdediger André Ramalho naar de kant, brengt de multifunctionele Patrick van Aanholt, waarop middenvelder Jerdy Schouten de opbouw gaat verzorgen. Het is een tactische zet die Bosz vaker doet: met de goede passing van Schouten is PSV aan de bal moeilijker te bestrijden. Ook nu helpt het. PSV krijgt meer controle – maar het lukt niet om een winnende goal te forceren.
Luuk de Jong is boos
Typerend voor de frustratie bij PSV is een moment begin tweede helft. Spits en aanvoerder Luuk de Jong geeft een uitbrander aan Bakayoko, die een veel te hoge voorzet geeft. De Jong staat wild te gebaren: waarom geeft hij voor met rechts, en niet indraaiend met links?
„Johan heeft dit seizoen juist veel ballen met links op het hoofd van Luuk gelegd”, zegt Bosz. „Dat zijn allemaal van die kleine dingetjes. Het was te veel nét niet.”
Het is opvallend dat De Jong, die vaak met het hoofd scoort, zondag niet één kopkans krijgt. „We zijn gewoon weinig bij de zestien van de tegenstander geweest, wat normaal juist onze kracht is”, zegt De Jong voor de camera van ESPN.
De teleurstelling was voelbaar in de kleedkamer, zegt Bosz. Het record leefde sterk in de spelersgroep, de afgelopen dagen ging het er vaak over. Bosz: „Ik heb geprobeerd de realiteit te geven: dat het ongelofelijk knap is, zeventien zeges en één gelijkspel. En dat we vandaag niet hebben verloren, want dat had ook gekund.” FC Utrecht creëerde zeventien doelpogingen, tegen dertien voor PSV. De voorsprong van PSV op Feyenoord, dat tweede staat, is met tien punten nog altijd ruim.
„Snel door nu”, zegt Bosz. Twee dagen rust, en dan woensdag in de achtste finale van de KNVB-beker in de Kuip tegen Feyenoord. Een blik op het formidabele PSV-jaar 1988 leert: na het eerste gelijkspel in januari dat jaar, won de ploeg in de eerstvolgende wedstrijd met 9-1 van ADO Den Haag.