De opkomst was relatief laag en tóch werd PVV de grootste: ‘Een duidelijk signaal aan andere partijen’

Een onverwachte uitslag, zelfs de winnaar was verrast. Voor het eerst kleuren de uitslagenkaartjes PVV-blauw: deze partij is daarmee voor het eerst de grootste geworden, de kaart van Nederland verschiet opnieuw van kleur. Bij de Provinciale Statenverkiezingen eerder dit jaar spoelde BBB als een groene golf over kaart, vorig jaar werden de lokale partijen de grootste in bijna alle gemeenten.

Nu is het de PVV die in 254 van de 342 gemeenten de grootste is geworden. In 59 gemeenten werd de partij van Geert Wilders tweede. De uitzonderingen op de kaart liggen in de lijn der verwachting: Groenlinks-PvdA wist in veel studentensteden de meeste stemmen te trekken, van Amsterdam en Delft tot Wageningen en Groningen. Maar ook in die gemeenten is PVV vaak als tweede geëindigd.

Ook bij de partijen die bovenaan eindigen in andere gemeenten zitten geen grote verrassingen. Nieuw Sociaal Contract (NSC) is de grootste in gemeenten in Twente, waar partijleider Pieter Omtzigt vandaan komt. De VVD is de grootste in rijke gemeenten zoals Baarn, Wassenaar en Haarlem; SGP blijft bijvoorbeeld overeind in Urk, Staphorst en Barneveld.

PVV

Ruim 2,4 miljoen mensen stemden dit jaar PVV. Waar komen die kiezers vandaan? Om die vraag te beantwoorden moet je weten wie de stemmers zijn, niet waar ze stemmen, zegt Jaap van Slageren, universitair docent aan de Universiteit van Utrecht. „Maar uit eerder onderzoek weten we dat opleidingsniveau veruit de belangrijkste indicator is. De PVV-stemmer is vaker praktisch geschoold, het is ook een stemmersgroep die zich zorgen maakt om zijn financiële situatie en zich minder gezond voelt.” En misschien voor de hand liggend: „Wie stemt op de PVV heeft vaker geen migratieachtergrond.”

De PVV is dit jaar vrijwel overal groot, maar krijgt relatief het grootste aandeel stemmen in de gemeenten waar veel mensen wonen die aan deze kenmerken voldoen. In krimpregio’s zoals Oost-Groningen en Limburg ten oosten van de Maas. Maar ook bijvoorbeeld in het West-Brabantse Rucphen, ziet Van Slageren. „Daar zijn veel mensen praktisch opgeleid en in een precairdere situatie.” Mensen die zich zorgen maken om hun inkomen zitten ook in de steden, benadrukt hij. „Maar dat is een andere groep, vaak met migratieachtergrond.”

Opkomst

Bij vorige verkiezingen ging een lage opkomst ten koste van stemmen voor de PVV en de SP. Deze kiezers bleken minder geneigd om daadwerkelijk te gaan stemmen. Bij deze verkiezingen is de opkomst relatief laag en tóch is de PVV de grootste partij. Volgens politiek analist Joost Smits van de stichting Politieke Academie is dit een duidelijk signaal aan de andere partijen. „De niet-hardcore PVV’er, die bij eerdere verkiezingen misschien wel thuisbleef, stemt toch. De andere partijen moeten zich afvragen: wat hebben we gemist?”

Vooral in de Randstad is de opkomst dit jaar lager dan bij de vorige verkiezingen. „Dat is vooral te wijten aan de combinatie jongeren en niet-westerse achtergronden”, verwacht Van Slageren. „Die twee groepen zijn sterk vertegenwoordigd in de grote steden en daarvan weten we dat ze sneller niet gaan stemmen.” De lage opkomst in de Randstad heeft mogelijk negatieve gevolgen gehad voor de linkse en progressieve partijen. „Als mensen met een migratieachtergrond en precaire economische situatie stemmen, dan stemmen ze vaker PvdA en de laatste jaren ook op Denk of Bij1. De jongere in de grote stad is vaak een hogeropgeleide jongere. Die stemt over het algemeen progressief, op GroenLinks, PvdD, Volt of D66.”

Groenlinks-PvdA

De regionale spreiding van kiezers voor GroenLinks-PvdA lijkt sterk op eerdere uitslagen van GroenLinks, minder op die van de PvdA. De linkse samenwerking is de grootste in de meeste stedelijke gebieden, ook de groei is daar het grootste ten opzichte van de opgetelde stemmen voor beide partijen bij de vorige verkiezingen. Dat zegt mogelijk iets over de motivatie van de kiezer, zegt Smits: „De grootstedelijke GroenLinks-PvdA-kiezers vormen vooral het groene deel van de partij. Dit zijn hoogopgeleide mensen die zich zorgen maken om het klimaat.”

Dat wil niet zeggen dat de PvdA-kiezer massaal is weggelopen of thuisgebleven, GL-PvdA groeit bijna overal wel iets, Oost-Groningen daargelaten.

VVD

De VVD verliest overal, maar dat verlies is het sterkste in het oosten en zuiden van het land. „Normaal gesproken is een lage opkomst goed nieuws voor partijen met een oudere trouwe achterban”, zegt Van Slageren. „Dat geldt klassiek vooral voor CDA, maar ook de VVD heeft een trouwe achterban. Maar nu dus niet.” In de Randstad-gemeenten met tegenvallende opkomst scoort de VVD wel nog steeds relatief goed.

Bij de vorige Tweede Kamerverkiezingen was de VVD de grootste in 291 gemeenten. Bij deze verkiezingen is dat in 29 gemeenten zo. In de Randstad en Brabant eindigt de VVD nog vaak als tweede.

NSC

„Het interessante aan NSC is dat het de enige is met een echt regionale invalshoek”, zegt Van Slageren. Bij de verkiezingen in 2021 bleek al hoe sterk Pieter Omtzigt verbonden is met Twente, toen hij daar in verschillende gemeenten meer dan vijfentwintig procent van de voorkeursstemmen haalde op de lijst van CDA.

Toch is het volgens Van Slageren verrassend dat deze binding ook voor de nieuwe partij NSC blijft bestaan. „Dat NSC niet veel stemmen haalt in grote steden of onder stemmers die jong en hoogopgeleid zijn, dat verbaast me niet zo veel. Maar de stemmer in het oosten van Overijssel is niet heel anders dan die in delen van midden-Gelderland, of in Drenthe. Dat is ook de praktisch opgeleide, oudere, witte stemmer.”

BBB

Ook de BBB scoort goed in het oosten van het land, maar in de NSC-gemeenten relatief wat minder. „Daaraan zie je dat kiezers wel zweven, maar binnen een vast setje van twee, drie, misschien vier partijen”, zegt Van Slageren. Enquêtes onder kiezers moeten volgens hem uitwijzen waar de BBB-stemmer van de provinciale verkiezingen van vorig jaar naartoe is gegaan. „Ik ben heel benieuwd hoeveel daarvan bij de NSC zijn terechtgekomen.”

De BBB is gegroeid ten opzichte van de vorige verkiezingen, maar niet meer zo groot als bij de Provinciale Statenverkiezingen eerder dit jaar. Joost Smits: „De BBB is weer uiteengevallen in boeren en burgers.” De BBB-stemmen in de Randstad bij de Provinciale Statenverkiezingen zijn nu niet meer duidelijk terug te zien. De BBB-stemmen van de Provinciale Statenverkiezingen kunnen bij de komende kabinetsformatie een grote rol gaan spelen. “De BBB neemt een bruidsschat van zestien Eerste Kamerzetels mee”, aldus Smits.