Achter hoge groene hekken, op een groot grijs terrein iets ten zuiden van Den Haag, doemen tientallen elektriciteitsmasten op. In de lucht hangt een groot web van elektriciteitsdraden die luid knetteren doordat miezerdruppels door de spanning uiteen knappen. Bij de ingang – in een klein glazen gebouw – trekken onderhoudsinspecteurs witte helmen, gele hesjes en grote rubberen laarzen aan vóór ze het terrein oplopen. Op dit terrein staat een van de hoogspanningsstations van netbeheerder Tennet, bestemd om hoogspanning – die vanuit energiebronnen hiernaartoe stroomt – om te zetten in lagere spanning. Daarna wordt de elektriciteit onder en boven de grond uiteindelijk naar huizen en bedrijven vervoerd. Als op dit station iets misgaat, zitten scholen, supermarkten en huizen uit de omgeving in het donker.
Onderhoudsinspecteurs houden hoogspanningsstations daarom vierentwintig uur per dag in de gaten, en voeren routinematige inspecties uit. Maar dankzij hun nieuwste collega hebben zij het straks wat minder druk. De nieuwe collega werkt veel efficiënter: binnen enkele seconden kan hij verschillende soorten gegevens verzamelen.
Docking station
Stijfjes staat de nieuwe onderhoudsinspecteur op in zijn docking station. Bij iedere stap maakt hij geluiden die uit een sciencefictionfilm lijken te komen. De nieuwe collega is een robothond die zelfstandig over het terrein rondloopt en metingen uitvoert. Hij kan gaslekken detecteren, controleren of onderdelen niet te heet worden en maakt 3D-foto’s. Hij maakt ook geluidsopnames, waarmee hij in het geknetter zoekt naar afwijkingen: een voorbode dat een onderdeel het gaat begeven. Hij doet dat zowel ’s nachts als overdag en ook als het regent. Via een poll noemden Tennet-medewerkers hun collega Sparky. Nu zit Sparky in de testfase op dit station in Wateringen bij Den Haag tot eind 2024.
Op de vraag wáárom een robot, antwoordt een Tennet-woordvoerder dat „het personeel niet aan te slepen is”. Netbeheerders en hun aannemers samen zullen tot 2030 naar verwachting een tekort hebben van 18.000 mensen. 13.264 hoogspanningsmasten en 350 hoogspanningsstations in Nederland moeten nu al routinematig geïnspecteerd worden. En de onderhoudsinspecteurs krijgen het alleen nog maar drukker. Door de energietransitie groeit de vraag naar elektriciteit exponentieel. Tennet investeert daarom in een kolossale uitbreiding van het stroomnet en zoekt naar manieren om meer uit het bestaande netwerk te halen. Technologie, zoals drones en een robothond, moeten een deel van het werk van onderhoudsinspecteurs overnemen.
Lees ook
Kabinet trekt meer dan 20 miljard uit voor Tennet om energietransitie niet in gevaar te brengen
Sparky, ongeveer zo groot als een labrador, heeft een rood lijfje, grijze poten en weegt vijftig kilo. Waarom een hond? Met vier poten kan hij over obstakels stappen en over de grindpaden op het terrein lopen. In het midden staat zijn donkergrijze kop met daarop sensoren en camera’s. Daarmee navigeert hij over het terrein. In opdracht van inspecteurs voert hij er metingen mee uit.
Geen plas vloeistof
Vanuit zijn docking station maakt Sparky een bocht naar links en koerst af op de enorme transformator: een groot grijs gebouw waarin de stroom wordt omgezet van hoge spanning (380.000 volt) naar lagere spanning (150.000 volt). Eenmaal aangekomen draait hij zijn kop een kwartslag en maakt een foto van de grond. Even verderop bekijken inspecteurs met witte helmen de foto op een iPad. Op de grond ligt geen plas vloeistof, dus geen lekkage. Hier hoeven ze vandaag niet langs.
Normaal moeten onderdelen van installaties worden uitgezet bij inspecties. Voor Sparky is dat niet nodig
Het blijft een gek gezicht. Even later loopt de robothond, alsof hij hier al jaren komt, langs de laagspanningsmasten tussen de inspecteurs met witte helmen. Sparky is zo geprogrammeerd dat hij altijd twee meter afstand houdt van mensen en objecten. Bij de geleiders stopt Sparky om snel een temperatuurscan te maken van een aantal geleiders. Een stijgende temperatuur in de oudere typen masten is een teken van een lekkage van olie waarmee de lijnen gekoeld worden, weten de inspecteurs hier.
Vol trots praat Gerhardt du Plessis, een van de onderhoudsinspecteurs, over wat zijn nieuwe collega allemaal kan. Is hij niet bang om uiteindelijk te worden vervangen door Sparky’s? Nee, dat niet. Hij is juist blij dat hij straks meer tijd heeft voor „belangrijke dingen” zoals het verzwaren van het elektriciteitsnet. Onderhoud en inspectie van stations en verbindingen is tijdrovend en routinematig.
Drones en ‘hololens’
‘Levensgevaarlijk’ schreeuwen zwarte letters op gele driehoekige bordjes die als versiering hangen aan de muren van ‘de keet’, een klein wit gebouw waar de onderhoudsinspecteurs normaal gesproken koffiedrinken. Nu demonstreren Tennet-woordvoerders hier de technologie waar het staatsbedrijf nog meer mee experimenteert, naast Sparky. Bijvoorbeeld de ‘hololens’: een grijze hoofdband met daaraan een soort vuurwerkbril. Een van de inspecteurs zet de hololens op en begint in de lucht te klikken. Met deze bril kan een andere inspecteur op afstand meekijken met de inspecteur die de bril draagt tijdens een onderhoudsoperatie. Bijvoorbeeld offshore. Door te klikken, zoomt de brildrager in op een gebied in zijn blikveld. „Nu moeten we experts nog in laten vliegen met een helikopter naar onze offshore locaties”, zegt een woordvoerder. „Dat is tijdrovend, duur en hoe minder mensen op een platform, hoe veiliger. Straks is dat niet meer nodig.”
Dan zijn er ook nog de drones. Nu controleren de inspecteurs iedere drie tot tien jaar alle 13.264 masten van Tennet in Nederland op bijvoorbeeld roestvorming, vogelnesten en vogelpoep of omgevallen bomen. Zij klimmen gezekerd de masten (zo’n zestig meter hoog) in, wat gevaarlijk en ook tijdrovend werk is. Drones die over en langs de masten vliegen, kunnen dat sneller en makkelijker. Kunstmatige intelligentie kan roest herkennen op de dronefoto’s. In plaats van alle masten af te gaan, hoeven de onderhoudsmonteurs nu alleen nog maar de masten in wanneer er écht iets aan de hand is. Tennet test de drones nu bij 270 masten, waarmee ze nu 1.400 manuren besparen.
Het verzamelen van gegevens met robots, drones maar ook met nieuwe sensoren helpt niet alleen bij het personeelstekort. „Ook om het stroomnet efficiënter te gebruiken”, zegt de woordvoerder. „Met technologie kunnen we onderdelen vaker inspecteren, wat de kans groter maakt dat we voorbodes van problemen opmerken vóór iets stukgaat en onderdelen moeten worden afgeschakeld. En normaal moeten onderdelen voor de veiligheid worden uitgezet bij inspecties. Voor Sparky is dat niet nodig.” En als het hard waait, koelen de lijnen af waardoor de lijnen meer kunnen transporteren voor ze oververhit raken. Nu hebben we een standaard limiet ingesteld op transport, maar met behulp van sensoren die de wind meten kan Tennet die limiet wat verhogen op winderige dagen. Op sommige locaties kan Tennet tot dertig procent meer capaciteit uit het net halen.
Bredere ontwikkeling
Het ontwikkelen van robotica is een bredere ontwikkeling in stroomland, want het personeelstekort speelt bij alle energiebedrijven. Ook netwerkbedrijf Alliander werkt samen met hogeschool Saxion aan een robothond, LASS-E, die in de toekomst mogelijk door de straten gaat lopen om gaslekken op te sporen. Netbeheerder Liander, onderdeel van Alliander, moet 42.000 kilometer leidingen en 2,5 miljoen aansluitleidingen in de gaten houden voor lekkages en door nieuwe Europese wetgeving moeten die controles steeds vaker plaatsvinden. Met behulp van een gps en een gassensor kan LASS-E daarbij helpen. Wanneer zijn gassensor een gaslek ‘ruikt’, kan hij bijvoorbeeld een foto van de omgeving maken of de locatie doorgeven aan Alliander.
Hoewel LASS-E de afgelopen weken in experimenten heeft bewezen dat hij autonoom gaslekken kan signaleren, zal hij voorlopig nog niet op straat te zien zijn, zegt Saxion-onderzoeker Victor Sluiter in een persbericht. Er zijn nog te veel vragen. Bijvoorbeeld: is het wel wenselijk dat er straks een robothond autonoom door de straten, tussen de mensen en tussen het verkeer, loopt?
Voor het afgesloten terrein van Tennet is zo’n ethisch vraagstuk minder relevant. Sparky loopt terug naar zijn docking station, ‘zijn hondenhok’. Eenmaal aangekomen schopt hij een bakje met schroeven om, die zijn collega’s voor de grap neerzetten als ‘voer’. Wel moet de technologie van Sparky nog worden verfijnd voor Sparky’s op stations in heel Nederland aan het werk zullen zijn. Dat zal nog jaren duren.