De zaak
„Tegenover mij stond een groepje Legia Warschau-supporters. Ze namen een gevechtshouding aan en raakten doelbewust mijn hoofd en lichaam. Ze hebben collega’s van mij geïsoleerd en mishandeld. Ik zag een collega bewegingloos op de grond liggen en een andere collega zonder helm die aan haar haren werd getrokken”, zo citeert de rechter een ME’er.
Daarna neemt de ME’er zelf het woord. „Er zijn agenten die zeggen al aardig wat bij de ME te hebben meegemaakt, maar nog nooit zo bang te zijn geweest. Ze verklaren: ‘Deze relschoppers wilden ons dood maken.’”
Terwijl de rechtbank Alkmaar de potige Marius K. confronteert met bewijsstukken uit het strafdossier staat hij plots op en draait zich om. In het Pools richt hij zich tot de vijftien politieagenten achter in de rechtszaal. De verbaasde simultaantolk naast hem herpakt zich snel. „Ik kan niet voor anderen spreken, maar wil namens mezelf zeggen dat ik enorm spijt heb dat zoiets is gebeurd”, vertaalt ze met zachte g. „Ik ben geen slecht mens, nogmaals mijn excuses voor dit alles.”
De 26-jarige Marius K. heeft zich misdragen, dat vindt hij zelf ook. De vraag waarover de rechtbank zich moet buigen, is in welke mate. „Ik kwam om naar mijn lievelingsclub te kijken, niet om mee te doen aan dit soort dingen”, zo verwijst hij naar het treffen tussen Legia Warschau en AZ in de Conference League, vorig jaar oktober. Aan de Stadionweg 1 te Alkmaar vielen Legia-aanhangers voor aanvang van de wedstrijd voor het stadion de twintig aanwezige ME’ers aan. Ook pakten ze twaalf wapenstokken, helmen en een schild af.
De wedstrijd ging gewoon door. K. zag vanaf de tribune met bebloede hand („een werkverwonding”) zijn club met 1-0 verliezen. Die donderdagavond, op de kop af een jaar geleden, heeft K. „maar” drie keer geschopt, zegt hij: tegen het schild van een ME’er.
Volgens de officier van justitie blijkt uit camerabeelden iets anders. Die tonen dat K. vooraan in het geweld een krachtige trap tegen het lijf van een ME’er geeft. Ook zou hij naar een liggende agent hebben getrapt en geslagen. Zijn dna-sporen zijn aangetroffen op een ME-uniform.
Het geweld was ‘zeer fors’, met grote impact op de ME-leden
K. was volgens justitie die avond een van de vijftien „grootste raddraaiers”. Hij is de enige die is opgespoord. Dat heeft voor K. de vervelende bijkomstigheid dat hij ook alle schadevergoedingsvorderingen voor zijn kiezen krijgt die negentien agenten indienden vanwege immateriële schade – variërend in hoogte van 350 tot 2.100 euro.
De Pool woont sinds het voorjaar van 2023 in Nederland. Tijdens de rellen droeg hij donkere kleding en trok hij een sjaal voor zijn gezicht. Voor de rechtbank heeft hij een lichtblauw overhemd en beige broek aangetrokken.
Drank en drugs waren die oktoberavond niet in het spel, bezweert hij. „Adrenaline heeft een werking op mij gehad.” Adrenaline, antwoordt hij op vrijwel iedere vraag waarom hij zich zo gedroeg. Behalve dan op de vraag waarom hij drie maanden na dato een foto van de rellen naar vrienden appte met de tekst: „heren dit is goud”. „Dat”, zegt K., „was een stommiteit.”
Hoewel K. het verschrikkelijk zegt te vinden wat er is gebeurd, vertelt hij ook dat de ME zich provocerend gedroeg. En hij vindt het belangrijk het beeld over de Legia-aanhangers bij te stellen. „De supporters in Polen zijn echt heel goede mensen. Ze helpen weeshuizen, de dierenopvang en mensen in Oekraïne.”
Evenwel heeft de officier daar geen boodschap aan. Als het aan hem ligt, gaat K. – die achttien dagen in voorarrest doorbracht – terug de cel in. Vanwege openlijke geweldpleging eist hij een celstraf van vijf maanden, plus vijf maanden voorwaardelijk en een gebiedsverbod voor Alkmaar.
K.’s advocaat Fatih Sakrak wil juist voorkomen dat zijn cliënt opnieuw wordt opgesloten vanwege de „verregaande gevolgen”. Dan verliest hij vermoedelijk zijn werk als productiemedewerker en de studiowoning die hij met zijn vriendin huurt en die zij niet alleen kan bekostigen. Een forse taakstraf – van 160 uur – waarbij hij „iets moois moet terugdoen voor de samenleving”, lijkt Sakrak gepaster.
Het oordeel
De rechtbank neemt het K. „zeer kwalijk dat hij zich, zonder enige aanleiding, agressief en gewelddadig heeft gedragen tegen ME-leden”. Maar weer terug de cel in, dat hoeft hij niet. Voor openlijke geweldpleging in groepsverband krijgt K. achttien dagen celstraf opgelegd: de duur van zijn voorarrest. Daar komen 72 dagen voorwaardelijke celstraf en een taakstraf van tweehonderd uur bij.
Die straf is hoger dan de honderdvijftig uur taakstraf die rechters als richtlijn meekrijgen voor openlijke geweldpleging. Dat het geweld tegen de politie betreft, vindt de rechtbank een strafverzwarende omstandigheid. Het geweld was bovendien „zeer fors en heeft een grote impact gehad op de ME-leden”. Daar komt bij dat K. volgens de rechtbank maar weinig introspectie heeft getoond.
Ook de gevraagde schadevergoedingen van de agenten worden door de rechtbank vrijwel volledig toegekend. In totaal moet K. 8.300 euro aan immateriële schadevergoedingen betalen aan negentien agenten.
Voor een gebiedverbod voor Alkmaar zien de rechters „geen aanleiding”. De grote discrepantie tussen de straf voor K. en de strafeis van het OM, laat de rechtbank onbesproken.
Lees ook
Twee spelers Legia Warschau aangehouden na wedstrijd tegen AZ, verdacht van mishandelen personeel
