De existentiële vragen zijn weer terug in Israël

Analyse

Traumatische oorlogsweek De shock na de Hamas-aanvallen uit Gaza ebt niet weg in Israël. Leidt vergelding tot chaos of toch tot een nieuw begin? „Israël moet eerst met zichzelf in gesprek voor het vrede kan worden.”

Palestijnen vluchten uit het noorden van Gaza.
Palestijnen vluchten uit het noorden van Gaza. Foto Hatem Moussa/AP

Een vreedzamer plaats dan het Meir-park is er nauwelijks in Tel Aviv. Op een bankje naast de vijver geeft Anastasia Ro haar baby de fles. Maar zoals heel Israël heeft de jonge moeder, die online fitnesslessen verzorgt, turbulente dagen achter de rug. „Steeds weer moest ik de baby wakker maken om naar de schuilkelder te gaan”, zegt ze, „en elke avond weer zat ik te huilen bij de beelden van het oorlogsgeweld. Stel je voor, al die moeders die nu hun kinderen moeten begraven.”

Israël is nog altijd in shock over de bloedige aanvallen van Hamas vanuit de Gazastrook, die zaterdag begonnen en ruim 1.300 landgenoten het leven kostten, onder wie talrijke kinderen, vrouwen en bejaarden. Nooit eerder staken zoveel Hamasstrijders de grens over, nooit eerder was de tol zo hoog. „Sinds de Holocaust zijn er niet zoveel Joden op één dag vermoord”, zei president Isaac Herzog.

Ook de Palestijnen hebben het nu zeer zwaar. Na bijna onophoudelijke vergeldingsbombardementen, waarbij vele honderden doden vielen, verkeren ze nu in angst over het verwachte Israëlische grondoffensief tegen Hamas. Velen staan bovendien voor een onmogelijke keuze: Israël heeft ruim een miljoen Palestijnen dringend geadviseerd de noordelijke helft van de Gazastrook te ontruimen, terwijl Hamas de burgers juist heeft bevolen om te blijven.

Inwoners van Gaza-Stad vluchten naar het zuiden na een waarschuwing van Israël om het Noorden van de Gazastrook te verlaten. Foto Mohammed Saber/EPA

Het is een inktzwarte rand om het jaar waarin Israël zijn 75-jarig bestaan viert en dat toch al in het teken stond van intense verdeeldheid over plannen van de regering van premier Benjamin Netanyahu om de rechterlijke macht drastisch te beknotten. Daarbij speelden oude tegenstellingen tussen seculiere en religieuze Joden op de achtergrond een belangrijke rol. Opnieuw staan de Israëliërs nu voor de vraag hoe het verder moet met hun land, met henzelf en met de Palestijnen in de bezette gebieden, die niet zomaar zullen verdwijnen.

Het zijn existentiële vragen, die al decennia voor diepe onenigheid zorgen. Ruby Lev, een jonge telefoonverkoper in het vrijwel klantenloze Dizengoff-winkelcentrum van Tel Aviv, weet wel raad. „Maak de Gazastrook met de grond gelijk. Kijk zo”, zegt hij, terwijl hij met zijn hand stevig over de egaal gladde bovenkant van de toonbank strijkt. Je hoort het vaker, vooral bij mannen, die er vaak bij vloeken.

Boven: Een Palestijnse man brengt zijn baby, gewond geraakt bij Israëlische aanvallen, naar het Shifa-ziekenhuis in Gaza-Stad op vrijdag
Midden: Palestijnen proberen een gewonde man te redden uit het puin van een verwoest gebouw na een Israëlische luchtaanval in Rafah in de Gazastrook op vrijdag.
Onder:Aanwezigen zoeken dekking na het horen van sirenes die waarschuwen voor raketter, tijdens de begrafenis van Tom Godo, gedood tijdens de aanval door Hamas-militanten op de kibboets Kisuffim vorige week.

Foto’s: Ali Mahmoud / AP, Hatem Ali / AP en Gil Cohen-Magen/AFP

Dat het weinig realistisch is om te suggereren dat Israël de 2,2 miljoen Palestijnen in de Gazastrook zomaar zou kunnen doden, in de Middellandse Zee schuiven of bij andere landen over de schutting dumpen, maakt voor hen weinig verschil. Al heeft Israël wel al een stevige stap gezet in die richting: heel veel in Gaza is kapotgebombardeerd en tot nu toe kwamen bijna 1.800 Palestijnse burgers om. Daarnaast sneuvelden 1.500 Hamasstrijders op Israëlisch grondgebied.

Anastasia Ro en haar echtgenoot, een voormalige scherpschutter in het leger die nu wegens rugklachten is afgekeurd, kiezen een andere weg. Zij denken vooral aan hun veiligheid en die van hun zoontje. Ze wilden een paar dagen eerder al naar Cyprus vluchten maar konden geen vlucht meer krijgen. „Voor ons is de maat door deze oorlog echt vol”, zegt ze, „Wij willen naar Australië verhuizen. Israël is een mooi land maar het is hier te gevaarlijk en ik zie geen enkel vooruitzicht op vrede. Al voor de coronapandemie overwogen we om te emigreren maar dat kwam er toen niet van. Nu gaan we het echt doen.”

Ergernis over de regering speelt mee, zegt Ro. Die doet volgens haar veel te weinig voor de burgers. En over het leger is ze evenmin te spreken, al staan de meeste Israëliërs weer pal achter de eigen strijdkrachten. „Waarom wisten ze niets van die aanvallen, waarom moesten mensen in het zuiden acht uur wachten tot ze hulp kregen van het leger? Mijn man zegt dat het leger zelfs basisdingen niet meer heeft door geldgebrek, zoals accu’s en batterij-opladers.”

Het vertrouwen in de Israëlische overheid en de strijdkrachten heeft een dreun opgelopen”, zegt ook Dahlia Scheindlin, politiek analist bij de Amerikaanse denktank The Century Foundation, aan de telefoon: „Israël bleek kwetsbaarder dan gedacht en dat levert een trauma op dat nog lang zal doorwerken. En het sluimerende gevoel dat Israël altijd slachtoffer is kan de kop weer opsteken. Veel mensen zullen zeggen: kijk naar wat er is gebeurd, dat is het bewijs ervan”. Het kan de aandrang weer vergroten om keihard terug te slaan. „Je ziet nu al overal oproepen om wraak te nemen en ik vrees dat deze crisis Israël en de Palestijnen in een nieuwe cyclus van geweld zal storten”, aldus Scheidlin, die vorig weekend zo snel mogelijk uit het buitenland terugkeerde.

Israëlische soldaten maken de loop van een zelfrijdende pantserhouwitser schoon in het zuiden van Israël, grenzend aan Gaza. Palestijnen sloegen vanuit Gaza-Stad op de vlucht nadat het Israëlische leger de bewoners waarschuwde onmiddellijk het noorden van Gaza te verlaten. Foto Jack Guez/AFP

Ook de regering, die de vraag waarom Hamas zo ongestoord te werk kon gaan tot dusverre uit de weg is gegaan, put zich uit in krijgshaftige taal. „Elk lid van Hamas is ten dode opgeschreven”, zei premier Netanyahu woensdag. „Gaza zal nooit meer terugkeren naar wat het was”, beloofde defensieminister Yoav Gallant een dag eerder. „Wie komt om te onthoofden, om vrouwen en Holocaust-overlevenden te vermoorden zullen we met al onze kracht elimineren en zonder compromis.”

Bij een groot deel van de bevolking valt zulke retoriek goed. „Met extremisten kun je geen compromissen sluiten”, zegt ook de 76-jarige Alex, een gepensioneerde koopman die op een stoel onder de bomen op het centrale Dizengoffplein zit. Zijn achternaam wil hij niet geven. „Israël is nu in een hoek gedreven. Die aanhoudende bedreiging van terroristen moet verdwijnen. Daarmee valt niet te leven. Maar met de Palestijnse burgerbevolking hebben wij geen probleem. Hopelijk wil die ook proberen in vrede met ons te leven.”

Analist Scheindlin voorziet dat de oorlog gepaard zal gaan met een toenemende militarisering van de samenleving. „Die was al gaande maar zal hierdoor versterkt worden. Dat is ook slecht voor de democratie in Israël. In tijden van oorlog worden daar vaak beperkingen aan gesteld, wijst de ervaring uit. We hebben al gezien dat de protestbeweging tegen de juridische hervorming voor onbepaalde tijd is opgeschort.”

Hoewel iedereen het eens is dat Israël de aanvallen van Hamas niet onbeantwoord kan laten, betwijfelen velen of militair geweld op den duur een oplossing kan bieden. „Er zijn al drie keer eerder oorlogen met Hamas gevoerd”, zegt Anastasia Ro, „Feitelijk hebben die niets veranderd.” De regering kiest nu voor geweld maar lijkt op het moment ook geen coherent plan voor de verdere toekomst te hebben. Scheindlin en andere analisten geven wat dat betreft evenmin thuis. Scheindlin: „Het is al te laat voor een oplossing. Ze hadden eerder moeten zijn, toen het nog kon.”

Voorzichtig mengen zich ook schrijvers in deze gevoelige discussie. In een vraaggesprek met de Frankfurter Allgemeine Zeitung opperde de Israëlische schrijfster Lizzie Doron, dochter van een Holocaust-overlevende, deze week dat Israël eerst met zichzelf in gesprek moet gaan. „Voor het vrede kan worden, moeten wij, de mensen die hier wonen, uitvinden wie we willen zijn. Het zal een harde interne strijd worden tussen liberale Joden en ultraorthodoxen. Maar dat moet de volgende stap zijn. Pas daarna kunnen we over vrede met de Arabieren praten”, aldus Doron.

„Wie zullen wij zijn als we opstaan uit de as en onze levens weer binnengaan”, vraagt ook schrijver David Grossman in de Financial Times.

Hij houdt de huidige regering deels verantwoordelijk voor de crisis en voorspelt dat er „vele oorlogsloze jaren zullen moeten verstrijken voor aanvaarding en het helen van de wonden zelfs maar kan worden overwogen”. Waarschijnlijk zullen de tegenstellingen tussen Israël en de Palestijnen zich voorlopig alleen maar verder verscherpen. Grossman betwijfelt dan ook of Israëliërs ooit nog kunnen rekenen op „een normaal, vrij leven, vrij van dreiging en angst.”

Lees ook:Kritiek op Netanyahu is opgeschort, reservisten melden zich massaal om Israël te verdedigen

Israëliërs in Rehovot zoeken dekking terwijl de sirene klinkt die waarschuwt voor inkomende raketten afgevuurd vanuit de Gazastrook. Foto Dor Kedmi / AP