Stel: je bent de president van het machtigste land ter wereld en je wil fabrieksbanen terughalen naar je land. Je wil daarvoor het wereldwijde handelssysteem herschikken. Je bent ook bereid je economie een prijs te laten betalen. Want goede banen en hogere lonen voor gewone mensen zijn je wat waard. Dus vind je het acceptabel dat de prijzen stijgen of de winsten dalen. Je bent de president die opstaat voor Main Street, niet Wall Street. Hoe zou je dat doen?
Je zou burgers, investeerders en ondernemers duidelijk uitleggen wat precies je plan was. Je zou de heffingen niet op korte termijn laten ingaan, maar een tijdpad schetsen, zodat iedereen zich kan voorbereiden en indekken.
Geloofwaardigheid zou je veel waard zijn: je wil mensen overtuigen dat die heffingen er echt komen, dat je ze niet zomaar laat vallen. Je wil immers dat bedrijven zo snel mogelijk hun fabrieken verplaatsen naar je land. Je wil dat ze kunnen berekenen dat dat in hun voordeel is.
Je zou, kortom, níét doen wat Donald Trump nu al maanden doet. Snel hoge heffingen invoeren, ze vervolgens tijdelijk weer wat verlagen met de expliciete dreiging ze weer te verhogen. Daarmee maakt hij de pijn groot en de kans op succes klein. Voor internationale bedrijven valt er geen businessplan voor een nieuwe fabriek te berekenen. En voor Amerikaanse bedrijven biedt Trump geen enkele zekerheid over de te verwachten pijn. Sterker nog, hij draait ze gek. Want het zijn niet de kosten van de heffingen die bedrijven nekken, het is de onzekerheid.
Daarom is wat Trump doet voor economen zo onbegrijpelijk. Zelfs een Amerikaanse econoom als Oren Cass, die al jaren pleit voor importheffingen en Amerikaans protectionisme, vindt dat Trump onnodige schade veroorzaakt. Ook als het doel is om betere handelsdeals met andere landen te sluiten, is de kans daarop groter als Trump aan bondgenoten duidelijker maakt wat hij wil, schrijft Cass. „De VS winnen niks door te weigeren een duidelijke visie uit te spreken.”
Loyaliteit en intimidatie
Telkens is de vraag: waarom zo? Waarom deze onnodige pijn? Omdat het bij Trump niet per se draait om de economie, dit gaat over macht. Of zoals Kustaw Bessems in de Volkskrant schreef, over het afdwingen van loyaliteit aan de leider. Elk land en elke bedrijfstak of multinational in de VS moet langs bij Trump om te bedelen: mogen de heffingen voor mij naar beneden? Zoals Trump ook advocatenkantoren, universiteiten, rechters en politici onder druk zet en tot loyaliteit dwingt, of dat probeert. Het is gedrag dat macht concentreert en de democratie ondermijnt.
Het past bij het plan van zijn economisch adviseur Stephen Miran. Miran beschrijft hoe Trump andere landen kan intimideren om heel goedkoop de Amerikaanse staatsschuld te financieren: door te dreigen met hoge importheffingen en het weghalen van de veiligheidsparaplu.
Het zijn niet de kosten van de heffingen die bedrijven nekken, het is de onzekerheid
Het gaat Trump niet om maximale macht voor de Amerikaanse economie, maar voor de kring rond het Witte Huis, zei politicoloog Abraham Newman deze week in een podcast van de Financial Times. Volgens Newman wil Trump de wereldorde gebaseerd op regels en samenwerken verlaten en naar een nieuwe orde gebaseerd op domineren en willekeurig gebruik van macht. Daarbij zet hij de economie in als wapen, op grotere schaal dan vorige presidenten.
De EU moet een deal met Trump niet zien als het hoogst haalbare, zegt Newman. Want concessies dreigen alleen maar meer eisen uit te lokken. Volgens Newman moet de EU een ander ‘model’ aan de wereld aanbieden waarin samenwerking, handel en een op betrouwbare regels gebaseerde democratie centraal staan.
Bullebak tijdelijk onoverwinnelijk
Trump is machtig, maar hij heeft niet eindeloos de beste kaarten in handen. Op de lange termijn ondermijnt hij de macht van de VS in de wereld, zegt politiek econoom Jakob de Haan. Trump vervreemdt bondgenoten van Amerika en drijft landen in de armen van China, bijvoorbeeld in Afrika of Azië. „De sympathie die daar nog was voor de VS, is Trump aan het verkleinen.”
Bovendien „schaadt hij de economie met zijn beleid. Hij maakt de economische macht van de VS kleiner”. Met twee collega’s akkerde De Haan recent alle onderzoeken naar waarom banen in de Amerikaanse industrie verdwenen door. „Door automatisering en nieuwe technologie kwamen er vooral middelbaar en hooggeschoolde banen bij. Door concurrentie uit lagelonenlanden in Azië en Mexico verdwenen laaggeschoolde banen.” De Haan ziet die banen niet in groten getale terugkomen. „Trumps heffingen maken die loonkostenverschillen niet goed.”
Macht verliest een groot land als de VS niet op een symmetrische manier, zeggen drie economen van Yale, Harvard en Columbia in een recent artikel. Er hoeft maar een relatief klein groepje landen af te haken en de macht van de VS neemt sterk af. Neem de Amerikaanse controle over het internationale financiële systeem.
Stel dat het aantal landen dat er gebruik van maakt, daalt van 90 naar 80 procent van de wereld. Dan lijken de VS nog steeds zeer dominant. Maar die ogenschijnlijk kleine daling zou een veel groter verlies aan macht betekenen, schrijven de drie. Zeker als er een alternatief betalingssysteem is van een ander landenblok. Het biedt afvallige landen namelijk een alternatief, en daarom wordt het moeilijker voor de VS om landen te dwingen. Zo bezien zou de euro wel eens eerder een alternatieve reservemunt voor de wereld kunnen worden dan we denken.
Bullebakken zijn dus louter tijdelijk onoverwinnelijk. Plus: Europa heeft alleen een handelsoorlog met Trump, Trump heeft een handelsoorlog met vrijwel de hele wereld. Uiteindelijk heeft híj dus een groter probleem.
