Fake it till you make it. Zo begon de nog jonge geschiedenis van Trevoga. Koud afgezwaaid van de dansopleiding reageerden Neda Ruzheva en Antonina Pushkareva in 2022 op een open inschrijving van ICK Artist Space voor choreografisch talent in Amsterdam. „We schreven onze pitch alsof we al aan de voorstelling begonnen waren”, vertelt Ruzheva. „Daarna kwam Erikas (Žilaitis) erbij en toen ging het snel.”
Heel snel. Trevoga kreeg in december 2022 een residency bij ICK, sleepte zomer 2023 met 11 3 8 7 de Best of Fringe Award van het Amsterdam Fringe Festival in de wacht en werd onmiddellijk internationaal opgepikt. Nu staan ze in Moving Futures en met hun eersteling werd het drietal opgenomen in de zogeheten Twenty24, de jaarlijkse selectie van de belangrijke Europese ‘danshub’ Aerowaves. Een droomdebuut.
11 3 8 7 (de cijfers staan voor de letters M E A T en verwijzen onder andere naar het lichaam als vermarktbaar stuk vlees) is dan ook een van de opmerkelijkste, mafste creaties van 2023 – tegelijkertijd verontrustend én geestig. De drie makers-performers zijn een kruising tussen Instagram-fashionistas, videogamefiguurtjes of mislukte AI-creaties met dode ogen, een snoezig varkenssnuitje of een elegant sm-gezichtsmasker. Ze verplaatsen zich met net-niet-echt-menselijke, wezenloze bewegingen en gebaren over een hagelwitte laboratoriumvloer, waar zoiets als een onschuldige kus kan resulteren in twee tongen in een plasje bloed.
Absurdistische bovenlaag
De korte voorstelling bevat allerlei elementen die we herkennen uit commercie en sociale media, zoals de onvermijdelijke selfies en het tasje dat Pushkareva bij wijze van bh-tje draagt, met merknaam pontificaal in beeld. Onder de absurdistische bovenlaag ligt een lastig te definiëren gevoel van ongemak (waar zit ik naar te kijken? Producten van een AI-lopende band? ‘Reality’-tv met cyborgs?) en een impliciete kritiek op de neo-liberale (over)consumptiemaatschappij, die zich drogeert met zinloze, lege luxe en escapistische nonsens. Die komt niet uit de lucht vallen. Geboren net voor of in het jaar 2000 groeiden de drie oprichters op tijdens het hyperkapitalisme van het post-Sovjettijdperk, Ruzheva in Bulgarije, Pushkareva in Rusland en Žilaitis in Litouwen.
De drie ontmoetten elkaar op de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten en herkenden elkaar in die gedeelde achtergrond, met de belofte voor een betere toekomst die al snel werd verbroken. „De wereld is nog steeds grijs, mensen worden nog steeds uitgebuit. We zijn alleen overspoeld met Amerikaanse producten, televisieshows en informatie. Onze generatie is zich bewust van de ironie daarvan. In ons werk reflecteren we op de manier waarop de media onze lichamen conditioneren en tot een verzameling data reduceren.”
Een dergelijke benadering van het ‘instrument’ van de danser in een tijd van AI, deepfake en digitale bewerking, misten ze op de academie. Het onderwijs loopt altijd achter op de actualiteit, aldus Ruzheva. „Het gaat nog altijd over de diepere lagen enzovoort. Maar wij zien het lichaam niet meer als tempel of iets spiritueels. Eerder als een verlaten shopping mall, met goedkope troep en vervuiling.”
Persoonlijke levenservaring
Het is overigens niet de bedoeling op hun post-Sovjetervaring te blijven focussen, haast ze zich te zeggen. Wel willen ze met hun bewuste keuze om als collectief te werken kritiek leveren op de hiërarchische verhoudingen in de danspraktijk. „Antonina en ik leerden elkaar kennen op de opleiding. Ik moest een choreografie voor haar maken. Dat vonden we ouderwets. Ik ben zelf ook danser, sta niet boven haar. Waarom zou iemand mogen bepalen wat een ander met zijn lichaam moet doen? Maar daar leiden ze je dus voor op. Wij willen de persoonlijke levenservaring van iedere danser recht doen. Daarom zijn we over een collectief gaan nadenken.”
Ze giechelt. „We hadden de tijd. Het was tijdens de pandemie.”
Maar, relativeert Ruzheva, een rechtvaardigere en gelijkwaardigere danspraktijk is misschien wel de minste van hun zorgen. Er zijn in de wereld grotere problemen. Vandaar de naam Trevoga, Russisch voor ongerustheid, angst. „Die naam is een soort belofte. Een belofte om bezorgd en betrokken te blijven.”