Column | Toch graag mensenrechten

‘Mijn breuk met Europa en het Westen is definitief.” (Sinan Çankaya in het Belgische dagblad De Morgen, 22/4). Hier spreekt woede. De schrijver en antropoloog Çankaya schreef het boek Galmende Geschiedenissen en gaf naar aanleiding daarvan allerlei interviews, waaronder aan De Morgen, voorzien van bovenstaande, bondige kop.

Çankaya’s ‘breuk’ met Europa en het Westen, ‘definitief’ nog wel, lijkt een geval van onvergelijkbare grootheden. Europa, het Westen en ik. Maar de schrijver geeft toelichting, die hierop neerkomt: de in Nederland geboren Çankaya, van Turkse komaf, die hier academicus werd, gelooft niet langer in het idee van ‘de westerse beschaving’. Hij geeft daar allerlei redenen voor: het alledaagse, Europese racisme en de institutionele kant ervan in ‘witte instituties’, en de koloniale erfenis die het Westen nog steeds tekent. Maar de meest directe aanleiding vormt toch de oorlog in Gaza, of liever gezegd: de verwoesting van Gaza, de eliminatie van haar burgers door het Israëlische leger. Çankaya is zeker niet de enige die daar woedend over is, integendeel, de protesterende rijen groeien aan, ook al omdat de Nederlandse regering tot nog toe weigerde een duidelijke ‘streep’ te trekken.

Vanaf hier wordt het ingewikkelder: Çankaya spreekt van een ‘genocide’, en ook die term wordt steeds vaker gebruikt, niet alleen door demonstrerende burgers, maar ook door bijvoorbeeld het Internationale Strafhof in Den Haag, dat wees op het ‘risico van genocide’. De ernst van de situatie is duidelijk, maar minder duidelijk is, welk ‘volk’ van die volkerenmoord Çankaya bedoelt: alle Palestijnen (waaronder ook christenen) of toch vooral de, in overgrote meerderheid islamitische Gazanen? Worden die laatste verdreven en uitgemoord omdat zij moslims zijn? Of omdat Israël Hamas wil vernietigen en het land wil annexeren, cynisch genoeg het liefst zonder inwoners? Voor de slachtoffers zal het weinig uitmaken, maar het moet wel van belang zijn voor een Nederlandse academicus, die zich via zijn Turkse en moslimachtergrond 1:1 vereenzelvigt met de Gazanen.

Hij noemt zichzelf nu een cultuurmoslim, maar die worden, net als belijdende moslims, niet strijk en zet in ‘Europa’ uitgeroeid. Is het solidariteit met het Palestijnse volk? Goed mogelijk, maar dan is de vergelijking met de situatie van Nederlandse moslims en migranten, die Çankaya voortdurend maakt, grotesk. Hier worden geen wijken gebombardeerd omdat er moslimmigranten wonen, hier hebben we de islamofobie, en dat blijkt lastig genoeg.

Het is noodzakelijk in verzet te komen tegen een genocide. Is daarbij een gedeelde religie of afkomst doorslaggevend? Tijdens de Armeense genocide (1915-1918) stierven meer dan een miljoen mensen. Die genocide werd overigens uitgevoerd door de zogeheten ‘Jonge Turken’ – niet perse deel uitmakend van het hart van Europa. Het overgrote deel van de Armeense slachtoffers, ik moest het nazoeken, waren christenen. Dat maakt voor mij het schandaal niet groter of kleiner, maar precies even schandalig als een genocide is.

Telkens is er de suggestie van Çankaya dat moslims geen religieuze, maar vooral een etnische, nationale of zelfs een klassenidentiteit delen, die wereldwijd onderdrukt wordt. Ik hoef alleen Saoedi-Arabië, Qatar en Dubai te noemen, om ook die gedachtegang te logenstraffen.

Blijft die verschrikkelijke, elke dag weer voortgaande verwoesting van Gaza en haar inwoners, de Israëlische verantwoordelijkheid, de Amerikaanse medeplichtigheid, de lafheid van een deel van officieel Europa. Maar als die moordpartij in Gaza wordt gestopt, zal dat niet zijn dankzij een Verenigd Arabië of de niet bestaande Moslimintern, maar dankzij mensenrechtenkrachten, die deel uitmaken van datzelfde, verachtelijke Westen.

Stephan Sanders is essayist.