Column | Stille kracht achter topsporters

Bij de meeste mensen zal de naam Els van Kernebeek geen bel doen rinkelen, maar in de sportwereld is ze een begrip. „Chef lastige kwesties” luidde haar bijnaam bij sportkoepel NOC-NSF, waar ze tot begin dit jaar meerdere leidinggevende posities had. Als de technisch directeuren onder wie ze werkte – Joop Alberda (1997-2004), Charles van Commenée (2004-2008), Maurits Hendriks (2008-2022) en André Cats (vanaf 2022) met iets in hun maag zaten, kwamen ze al snel bij haar uit. „Els was mijn go-to person”, vertelt Hendriks. „Ze bijt zich vast in opdrachten. Is empathisch, maar ook veeleisend voor zichzelf en anderen. Haar netwerk is gigantisch.”

Het bevreemdde me dat ik nooit van haar gehoord had toen een collega me wees op de Vrouw & Sportprijs waarmee ze zondag in Arnhem werd geëerd, „voor vrouwen die met of via sport een maatschappelijk doel dienen”. Van de negen genomineerden, onder wie olympisch kampioenen Ranomi Kromowidjojo, Yvonne van Gennip, Kim Lammers en Fleur Jong, was Van Kernebeek de minst bekende. Maar de jury koos voor háár, de „stille kracht achter de grote boegbeelden van TeamNL”.

Bij NOC-NSF probeerde Van Kernebeek (61) vooral de kwetsbare positie van topsporters te verbeteren. Ze ijverde voor een goede zwangerschapsregeling en een vangnet voor sporters die door ziekte, werk of studie moeilijk kunnen rondkomen. Ook zorgde ze voor een financiële regeling tijdens de pandemie, toen veel sporters het zonder start- of prijzengeld moesten doen. Toen oud-shorttrackster Yara van Kerkhof in 2017 werd beschuldigd van doping, bedacht ze een regeling voor sporters die onvoldoende spaargeld hebben om zich goed te kunnen verdedigen bij sporttribunaal CAS. „Els heeft haar nek voor me uitgestoken”, vertelt Van Kerkhof, die na een lang juridisch gevecht (kosten: ruim een ton) in het gelijk werd gesteld – haar afwijkende bloedwaarden bleken het gevolg van een aangeboren hartafwijking. Van Kernebeek kreeg voor elkaar dat ook sporters die zo’n zaak verliezen, financieel gesteund worden – uniek in de internationale sportwereld.

Ik moest denken aan een onderzoek van het Mulier Instituut, uit 2022, naar diversiteit in de sport. Daaruit blijkt dat ruim een kwart van de bondsbesturen en 30 procent van de verenigingsbesturen volledig uit mannen bestaat. Vooral bondsvoorzitters zijn bijna altijd mannen. Moeten vrouwen als Van Kernebeek (die nu het Centrum Veilige Sport gaat verzelfstandigen als interim-manager) niet júíst de schijnwerpers opzoeken? Bijvoorbeeld door hun vinger op te steken als een topman vertrekt? Want zoals tennislegende Billie Jean King ooit opmerkte: „If you can see it, you can be it.”

Van Kernebeek, die de prijs vanwege rugklachten niet zelf in ontvangst kon nemen, begrijpt mijn redenering. „Maar die schijnwerper moet je liggen”, zegt ze. „En als ik een publiek figuur was geweest, had ik vast minder bereikt. Mensen zien me als betrouwbaar en integer. Dát wil ik zijn.”

Danielle Pinedo vervangt Gemma Venhuizen deze week.