Column | Poetins multipolaire koekje van eigen deeg

Al een kwart eeuw vecht Rusland voor een multipolaire wereldorde. Afgelopen zondag kreeg het die multipolaire wereldorde in Syrië onverhoeds in de schoot geworpen. Maar is dit ook de „rechtvaardige multipolaire realiteit”, die president Poetin zelfs maandag voor de zoveelste keer bejubelde op een top van de Verdragsorganisatie Collectieve Veiligheid (zijn tegenpool van de NAVO)?

Multipolair was altijd een term voor een nieuwe mondiale tweedeling tussen het Westen van de NAVO en de EU, en een door Moskou geleid anti-Westen. Het stond nooit voor Russische militairen die halsoverkop het land van een oude bondgenoot ontvluchten en daarbij ook nog eens bij Turkije genadebrood moeten eten om hun materieel in veiligheid te brengen.

Toch geschiedde dat. Precies 45 jaar na het besluit om Afghanistan binnen te vallen, onder meer om zo de ayatollahs in Iran te stoppen, heeft een vergelijkbare interventie zich nu ook in het nadeel van het Kremlin gekeerd.

Analisten bezwoeren meteen dat het veiligstellen van Syrië anno 2024 logischerwijs ondergeschikt was geworden aan de nieuwe prioriteit om Oekraïne gewapenderhand te heroveren. Maar in de hogere kringen van de buitenlandpolitieke elite van Moskou werd de Russische aftocht toch ook een tikje minder ontspannen beleefd.

Poetins vaste gesprekspartner Fjodor Loekjanov, al twaalf jaar voorzitter van de Raad voor Buitenlandse en Defensiepolitiek, vertolkte de zorgen treffend. „De ineenstorting van het oude Syrië is slecht nieuws voor Rusland”. Er is niettemin hoop. „Een succesvolle afronding van de Oekraïense campagne zal weliswaar niet het hele mondiale fundament omverwerpen, maar ze is beslissend voor óns”, schreef hij in lijn met de officiële logica.

Daarna maakte Loekjanov echter een pirouette die hem een maand geleden zijn baan zou hebben gekost: hij omarmde niets minder dan de stelling van president Obama uit 2014 dat Rusland geen mondiale superstaat is, maar slechts een regionale macht. Poetin was indertijd in zijn kuif gepikt door deze denigrerende kwalificatie. Loekjanov nu niet meer. „Obama’s definitie is niet beledigend, integendeel”. Rusland heeft door „gebrek aan middelen” nu eenmaal niet „de noodzakelijke flexibiliteit” om op twee fronten tegelijkertijd te vechten, aldus Loekjanov.

Zijn collega Roeslan Poechov, die onder meer het ministerie van Defensie adviseert, wond er nog minder doekjes om. Dat Rusland onvoldoende militaire macht, hulpbronnen, invloed en gezag heeft om zich buiten de voormalige Sovjet-Unie te laten gelden, heeft geleid tot een „fundamentele strategische mislukking”. „Het is heel goed mogelijk om te bluffen op het wereldtoneel, maar het is belangrijk om niet te veel in je eigen bluf te geloven”, aldus Poechov.

Nu de grootspraak is doorgeprikt, rijst de vraag of het Kremlin ook dichter bij huis een prijs gaat betalen. Aan Oekraïne durfden de Kremlinloyalisten hun vingers afgelopen week niet te branden. Maar econoom Grant Mikaeljan, net als Loekjanov werkzaam voor een adviesraad voor de Russische regering, waarschuwde al wel voor Moskous macht in de Kaukasus. Daar verkeert protegé Armenië in oorlog met Azerbeidzjan en is Georgië in de greep van een strijd op straat tussen de russofiele regering en pro-Europese Georgiërs. „We moeten het zonder omwegen zeggen: Rusland heeft een existentiële nederlaag geleden en Turkije heeft een grote overwinning behaald”, aldus Mikaeljan.

Die coup van de Turkse president Erdogan is misschien wel de grootste vernedering. Sinds 2008 (Georgië) en 2014 (Oekraïne) voert Poetin oorlog om het ‘historische Rusland’ in oude glorie te herstellen. In het Midden-Oosten heeft hij vooralsnog het tegendeel bereikt. Niet Poetin kan onbekommerd hunkeren naar een Russisch imperium, maar Erdogan mag dromen van een herlevend Ottomaans Rijk.

Hubert Smeets is journalist en historicus. Hij schrijft om de week op deze plaats een column.