‘De Britse grenzen blijven dicht en de deportatie van illegale immigranten zal doorgaan.” Dit zijn omineuze woorden van een verteller drie jaar vanaf nu, het tijdvak waarin Alfonso Cuaróns Children of Men zich afspeelt. De film toont het Verenigd Koninkrijk als dystopie waarin mensen met een andere culturele achtergrond dan de Angelsaksische doelwit zijn van staatsterreur en de toorn van de bevolking.
Opmerkelijk is hoe juist Britse dystopische fictie het gesprek rondom het migratievraagstuk in Europa en Amerika beschrijft én voorspelt, waarvan Children of Men een ijzingwekkend voorbeeld is. Het bronmateriaal is een roman van de Engelse schrijver P.D. James, maar Cuarón maakt er zijn eigen verhaal van door op de onderdrukking van vluchtelingen te focussen, fugees geheten, naar refugees.
De film raakt een zenuw nu het VK deze zomer op hete kolen zit vanwege de explosies aan extreemrechts geweld in verschillende steden. Aanleiding was de mesaanval in Southport waarbij drie kinderen omkwamen en verkeerd werd toegeschreven aan een islamitische migrant. En in de VS heeft Trump de speerpunten van zijn campagne extra benadrukt: landsgrenzen dicht vanwege de instroom van „the meanest guys you’ve ever seen”, en „de grootste massadeportatie uit de geschiedenis van de mensheid”.
Zo stookt Trump op televisie en sociale media het vuurtje op. Live in beeld, schuimbekkend, beschrijft hij de verkrachting van een jonge vrouw. „Het monster wilde haar niet doodschieten maar bewerkte haar met een mes, omdat hij wilde zien hoe ze leed.” Op CNN scharrelen fact checkers om het een en ander te verifiëren, maar ze komen er niet aan toe na te gaan of toevallig óók ‘normale Amerikanen’ zulke daden begaan.
Net als Trump spelen de Britse aanjagers van vreemdelingenhaat vernuftig met fictie door een dystopie te schetsen waarvan ze bewust of onbewust weten dat wij er al een beeld van in ons hoofd hebben, zie de post van X-topman Elon Musk : „Civil war is inevitable.” Dat vinden ook de geweldplegers in Britse steden. De aanleiding is altijd wrevel over open grenzen die álle sociale en economische problemen veroorzaken. Illustratief hiervoor zijn sociale-mediaposts zoals ‘ze maken jacht op onschuldige Engelse mensen’; ‘decennialang verkrachten immigranten-barbaren onze vrouwen’; en, ja, ‘het is oorlog’.
Vooruit, oorlog. De Amerikaanse schrijver Thomas Pynchon vangt de horror van de Blitz op Britse steden in zijn roman Gravity’s Rainbow (1973) waarvan de beroemde openingszin luidt: „A screaming came across the sky. It has happened before, but there is nothing to compare it to now.” Dit is dezelfde realiteit als in Children of Men – Londen in de greep van terroristische aanslagen die doen denken aan de Blitz.
Pynchon biedt een interessante blik op de interne werking van de dystopie. Ik stuitte per toeval op een nawoord van hem in George Orwells Nineteen-Eighty Four. Hierin kaart hij aan dat Orwell „de texturen van het repressieve leven in Engeland” beschrijft, bijvoorbeeld „sanitair dat niet wil meewerken”, „sigaretten die constant tabak verliezen” en het „verschrikkelijke eten”. Kleinigheden, zou je denken, maar die blijken ook in Children of Men relevant. Dan richt je je tegen de fugees, want die hebben het te goed.
De Britse racistische relschoppers, Trump en Musk – allemaal hebben ze iets blinds, iets fatalistisch in hun argumentatie. Hoe legitiem ook hun argumentatie voor wat betreft leven in een economisch wankele maatschappij die hen lang negeerde, voor reden vatbaar zijn ze niet. Dan zijn ze nét de vogels die in Daphne du Mauriers in Cornwall gesitueerde, korte verhaal The Birds (1952) het land platleggen en in enorme zwermen mensen aanvallen en verscheuren, „seeking some sort of liberation, never satisfied, never still”.
Gawie Keyser schrijft deze zomer een reeks columns over de relatie tussen werkelijkheid en verbeelding.