Column | Ongehoorde politieke aanval op Europees hof – op het slechtst denkbare moment

Velen bekritiseren het kabinet-Schoof om wat het allemaal niet doet, en terecht. Maar soms is het ook goed als het kabinet een keer niks doet. Heel goed zelfs. Zo weigerde Schoof laatst goddank een brief van negen Europese regeringsleiders te tekenen die rechters van het Europese Mensenrechtenhof in Straatsburg vragen coulanter te zijn in bepaalde migratiezaken. Zij vinden dat de rechters vaak „de verkeerde mensen” beschermen en regeringen beletten om criminele migranten uit te zetten of asielzoekers te weigeren. Ze willen „een openhartig gesprek” over de manier waarop het Hof het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) interpreteert.

Dit is een ongehoorde, frontale politieke aanval op een onafhankelijk Hof. En de timing is beroerd. Europa ziet de Verenigde Staten wegzakken in barbarij, met een president die gerechtelijke uitspraken gewoon negeert. Alleen Europa staat nog voor mensenrechten, democratische waarden en principes, heet het. Maar datzelfde Europa leest nu in één adem ook rechters de les?

Het Mensenrechtenhof ziet erop toe dat de 46 lidstaten van de Raad van Europa hun eigen beloftes over mensenrechten respecteren. Beloftes die zijzelf in 1950 uit eigen vrije wil hebben vastgelegd in het Mensenrechtenverdrag, opdat het nooit meer zo gruwelijk van de rails zou lopen in Europa als in de Tweede Wereldoorlog en er altijd een hogere instantie zou zijn die een aberrant regime kon terugfluiten. De negen regeringen, van zeer rechts in Italië tot de Deense sociaaldemocraten, zeggen dat ze een probleem hebben met migratie. Ze zoeken nieuwe oplossingen om criminele migranten en illegalen te deporteren, asielzoekers te weren en familiehereniging verder te beperken. Soms gaan die oplossingen wettelijke grenzen over die Europese landen zelf in het EVRM hebben verankerd – in een tijd met véél meer migratie dan nu. Om dan rechters te verwijten dat ze hen spaken in het wiel steken, is laag en niet ongevaarlijk. Rechters passen enkel het verdrag toe, dus de negen zijn compleet aan het verkeerde adres.

Zonder wettelijke handboeien voor politici, komt de rechtsstaat in gevaar

Als de jurisprudentie uit Straatsburg de regeringen niet aanstaat, kunnen ze maar één ding doen: het verdrag aanpassen. Dat weten ze natuurlijk. Ze hebben allemaal juridische adviseurs. Maar rechters aanvallen is makkelijker. Sommige kiezers vinden dat mooi. Zo kun je anno 2025 verkiezingen winnen. Precies om die reden is het niet overdreven om te zeggen dat Schoof, als hij deze brief had getekend, de bijl had helpen zetten in de Europese rechtsorde. Op het slechtst denkbare moment, ook nog.

Zeker, migratie is geen succesverhaal in Europa. Maar het is evenmin het drama dat veel regeringen ervan maken. We worden niet „overspoeld”. Voor mensen die oorlog en repressie ontvluchten, is het bijna onmogelijk om nog legaal naar Europa te komen. Illegale migratie daalde volgens het grensagentschap Frontex in 2024 met 38 procent. Ook gewenste migranten (studenten, wetenschappers, verplegers, druivenplukkers) van buiten Europa kunnen steeds moeilijker legaal komen. Veel bedrijven hebben grote personeelstekorten.

Hét probleem, zeggen experts, is vooral dat Europa er ondanks alle stoere taal amper in slaagt mensen uit te zetten. In 2024 moesten 453.000 mensen het grondgebied verlaten, volgens Eurostat, maar drie van de vier zitten er gewoon nog. Dat ligt niet aan rechters (in november 2024 liet het Mensenrechtenhof Zwitserland en Denemarken criminele buitenlanders uitzetten, zelfs al hadden die familie hier) maar aan andere factoren: EU-landen werken slecht samen op migratiegebied, er zijn te veel mazen in de wet en herkomstlanden nemen niemand terug als ze er niks interessants voor terugkrijgen.

Rechten van migranten of asielzoekers worden al jaren steeds verder uitgehold. Je kunt twisten over bepaalde maatregelen – maar de wettelijke grens, daarover heeft het Mensenrechtenhof het laatste woord. En niet voor niets. De geschiedenis toont: als die grens wordt overschreden voor één groep, volgen vaak andere. Als er geen wettelijke handboeien zijn voor politici, wordt alles arbitrair en komt de rechtsstaat in gevaar. Voor iedereen. Hoe dat gaat, zien we nu in de VS.